Hoofdstuk 8 Paragraaf 1 Atomen als stralingsbron

Hoofdstuk 8 Paragraaf 1 Atomen als stralingsbron
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 8 Paragraaf 1 Atomen als stralingsbron

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Leerdoelen
Paragraaf 1: Atomen als stralingsbron.

8.1.1 Je kunt uitleggen wat wordt bedoeld met ‘natuurlijk radioactief’ en ‘kunstmatig radioactief’.
8.1.2 Je kunt het verschil toelichten tussen de moleculen van een verbinding en de moleculen van een element.
8.1.3 Je kunt beschrijven hoe atomen zijn opgebouwd uit drie verschillende kleinere deeltjes.
8.1.4 Je kunt de overeenkomsten en de verschillen noemen tussen de isotopen van één element.


Slide 3 - Tekstslide

ioniserende straling

Sommige stoffen stralen ioniserende straling uit.

Deze straling zorgt ervoor dat de bouwstenen van de moleculen veranderen : de atomen veranderen.

Slide 4 - Tekstslide

Radioactieve stoffen

Henri Becquerel ontdekt dat sommige stoffen ioniserende straling hebben in 1896.

Hij noemt dit Radioactief.



Slide 5 - Tekstslide

Natuurlijk radioactief

Overal om je heen vindt je kleine hoeveelheden radioactieve stoffen dit noem je natuurlijk radioactief.

Slide 6 - Tekstslide

Kunstmatig radioactief
We kunnen sinds de ontdekking ook zelf stoffen radioactief maken we noemen dat kunstmatig radioactief.

Dit wordt veel gebruikt in ziekenhuizen. 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

moleculen en atomen

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

ingezoomde atoom
Als we inzoomen op een atoom zien we dat om de atoomkern elektronen zweven. 

Deze zijn negatief elektrisch geladen.

Slide 11 - Tekstslide

atoomkern
De kern is opgebouwd uit 2 onderdelen namelijk neutronen en protonen

De protonen zijn negatief geladen (tegenovergestelde van elektronen)

Neutronen zijn neutraal geladen (dus niet positief maar ook niet negatief)


Slide 12 - Tekstslide

atoom

elektronen: negatief geladen

Protonen : positief geladen

Neutronen: neutraal geladen

Slide 13 - Tekstslide

bepaling onderdelen atomen (som)

In het periodiek systeem kan je vinden van Oxygen (oxide) atoom nummer 8 heeft. 

Dit betekend dat hij 8 protonen heeft. 

Het aantal protonen is gelijk aan elektronen. 
Dus hij heeft ook 8 elektronen.


Slide 14 - Tekstslide

Binas tabel 34
Koolstof heeft atoom nummer 6 
Dus 6 protonen en 6 elektronen.

Slide 15 - Tekstslide

Koolstof
Je kan nu dus bepalen hoeveel deeltjes protonen en elektronen er in een atoom zitten maar je kan ook bepalen hoeveel deeltjes er totaal in zitten. 

Het atoommassa geeft ongeveer aan hoeveel protonen en neutronen het atoom heeft

Koolstof heeft 6 protonen en atoommassa 12.
12-6 = 6 --> dit betekend dat hij 6 neutronen heeft. 

Slide 16 - Tekstslide

isotopen


Soms komen in de natuur verschillende samenstellingen van atomen voor. De atoommassa verschilt dan, je noemt dit isotopen.

Koolstof heeft verschillende isotopen. Om het atoommassa duidelijk aan te geven schrijf je achter het atoom dit.




C-12
C-13
C-14

C-14 heeft ioniserende straling de andere 2 niet. 

Slide 17 - Tekstslide

Huiswerk

Maken Hoofdstuk 8 paragraaf 1 Atomen als stralingsbron.

Digitaal

Slide 18 - Tekstslide