Waar = staan Niet waar = zittena. In een samenvatting zet je de belangrijkste dingen uit een tekst.
b. Goed laten zien dat je een tekst begrijpt, doe je door een samenvatting te maken.
c. In een samenvatting sla je alle kernzinnen over.
d. Je maakt een samenvatting door van alle kernzinnen een goedlopend verhaaltje te maken.
e. Je mag in een samenvatting je eigen woorden gebruiken om het beter te snappen.
f. De hoofdgedachte van een tekst is: wat de schrijver in zijn hoofd over de tekst denkt.
g. De hoofdgedachte van een tekst is: in één zin opschrijven wat de schrijver over het onderwerp van de tekst zegt.
h. De hoofdgedachte is een lange samenvatting van een tekst.