PVTT

Klas 1
PVTT
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Klas 1
PVTT

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

PVTT (persoonsvorm tegenwoordige tijd)
Zoek eerst het onderwerp dat erbij hoort!

Makkie! Gewoon 'lopen' gebruiken en dan doe je het altijd goed.

Slide 3 - Tekstslide

1

Slide 4 - Video

01:34
Dus? Welke regel moet je altijd gebruiken bij de PVTT?

Slide 5 - Open vraag

Voorbeeldzin: Hij (verbieden) mij dat te doen.

Wat is stap 1?

Slide 6 - Open vraag

Voorbeeldzin: Hij (verbieden) mij dat te doen.

Het is dus een PV! Wat schrijf je als eerste op?

Slide 7 - Open vraag

Voorbeeldzin: Hij (verbieden) mij dat te doen.

Ik-vorm = verbied. Welke regel gebruik je nu?

Slide 8 - Open vraag

Als je weet dat het een PV is, wat schrijf je altijd EERST op?

Slide 9 - Open vraag

(Ondervinden) je veel last van die blessure?
A
ondervindt
B
ondervind
C
ondervint

Slide 10 - Quizvraag

Piet (verbinden) zijn ene veter aan de andere.
A
verbind
B
verbindt
C
verbint

Slide 11 - Quizvraag

Wat is dus DE regel die je gebruikt bij de PVTT? De regel die altijd werkt?

Slide 12 - Open vraag