Hst 12 Nauwkeurig formuleren

1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Agenda
Korte uitleg  nauwkeurig formuleren (hst 12)

Oefenen met hst 12 in lessonup (je huiswerk kun je zelf nakijken via Teams) 

Aan de slag met je huiswerk. 

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoel 
Je leert hoe je nauwkeurig formuleert, welke formuleringen taal onnauwkeurig maken en wat het effect daarvan is. 

Slide 3 - Tekstslide

Nauwkeurig formuleren

Sleutelwoorden
Aantekeningen
2. Geen lege woorden/beperking




8. Geen homoniemen zonder context

9. Juiste verwijzing 




11. Komma op de juiste plek


12. Vragen van de lezer beantwoorden


Ik heb heel vaak gewonnen
ik heb drie keer gewonnen
Over het algemeen ben ik blij op school

Er staat een bank op de hoek


De kok vertelde de ober dat hij ontslagen was, omdat hij (de kok) steeds te laat kwam opdagen.


Schiet op jongens!
Schiet op, jongens!

Wie/wat/waar/waarom/wanneer/hoe?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Maak dit minder vaag
Hans zei Grietje zal ik mijn rokje aan doen?

Slide 6 - Open vraag

Betekenis 1: Hans zei: ‘Grietje, zal ik met dit mooie weer mijn rokje aan doen?’
Betekenis 2: ‘Hans,’ zei Grietje, ‘zal ik met dit mooie weer mijn rokje aan doen?’

Slide 7 - Tekstslide

Duidelijk of niet? Zo nee, maak duidelijker:
De sollicitant bedankte voor de baan.

Slide 8 - Open vraag

Duidelijk of niet? Zo nee, maak duidelijker:
Denk niet aan dat tandartsbezoek, maar aan ons tripje, want het is voorbij voor je er erg in hebt.

Slide 9 - Open vraag

Duidelijk of niet? Zo nee, maak duidelijker:
Snij de tomaten, scheur de slabladeren van de nerven en was ze in ijskoud water.

Slide 10 - Open vraag

Hebben jullie een stopwoord? Een woord dat weinig tot niets betekent, maar dat je wel vaak zegt? Zoals 'ehhhh....'

Slide 11 - Woordweb

Slide 12 - Tekstslide

Vraag 8
‘De Vuurtoren is een aantrekkelijke school voor leerlingen en leerkrachten. De sfeer is open, positief en er is sprake van een herkenbare eigen identiteit. Als directeur ga je het team begeleiden bij het vaststellen en implementeren van een toekomstbestendige visie op onderwijs om deze positie te behouden. Je benut kansen op het gebied van ICT en onderzoekt de integratie van zaakvakken. Daarbij betrek je ook de partners in het gebouw. Daarnaast neem je het voortouw om samen met het team passende én ambitieuze onderwijskundige doelstellingen te formuleren. Je stimuleert en faciliteert teamleden om de ontwikkeling naar een professionele schoolcultuur, waarin verantwoordelijkheden worden gedeeld binnen het team, verder uit te bouwen.’ 

Slide 13 - Tekstslide

Hulp?
Theorie-boek
Aantekeningen
Docent

Klaar?
Lees hst 13 alvast door 
Opdracht 
Maak de basisopdrachten H12 
2, 3 en 8 

Slide 14 - Tekstslide

Stijl

Slide 15 - Tekstslide

begrijpelijk             duidelijk                                              nauwkeurig            precies


               understandable



                         bondig            verkort                                     aantrekkelijk           pakkend

Slide 16 - Tekstslide

Begrijpelijk formuleren

Sleutelwoorden
Aantekeningen
1. Zinslengte aanpassen

10. Kern bij elkaar & geen tangconstructie










13. Actieve vorm 


15. Naamwoordstijl vermijden


17. Geen lastige/lange woorden


10-15 woorden

Niet: om te voorkomen dat mensen zich somber voelen, krijgen ze lichttherapie
Maar: Mensen krijgen lichttherapie om...

Sommige mensen durven een jurk
nadat ze die hebben gedragen naar een leuk feestje, niet terug te sturen, nadat ze die...


De kok bakt brood (het brood wordt gebakken door de kok)

Niet: Het duiken naar oesters is lastig. Maar: Duiken naar oesters is lastig.

Slide 17 - Tekstslide

Nauwkeurig formuleren

Sleutelwoorden
Aantekeningen
2. Geen lege woorden/beperking




8. Geen homoniemen zonder context

9. Juiste verwijzing 




11. Komma op de juiste plek


12. Vragen van de lezer beantwoorden


Ik heb heel vaak gewonnen
ik heb drie keer gewonnen
Over het algemeen ben ik blij op school

Er staat een bank op de hoek


De kok vertelde de ober dat hij ontslagen was, omdat hij (de kok) steeds te laat kwam opdagen.


Schiet op jongens!
Schiet op, jongens!

Wie/wat/waar/waarom/wanneer/hoe?

Slide 18 - Tekstslide

Bondig formuleren

Sleutelwoorden
Aantekeningen
5. Tautologie & pleonasme vermijden



6 & 16 - zo min mogelijk bijwoorden/bijvoeglijke naamwoorden


7. Zo min mogelijk hulpwerkwoorden

Het was gratis en voor niets -> het was gratis / het koste niks + ronde cirkel


De oude, grijze, vriendelijke vrouw had heel veel moeite met de storm -> De oude vrouw had moeite met de storm

Als je een abonnement zou nemen, zou je veel geld kunnen besparen -> Als je een abonnement neemt, bespaar je veel geld 


Slide 19 - Tekstslide

Aantrekkelijk formuleren

Sleutelwoorden
Aantekeningen
3. Creatieve woordkeuze



4. Neologisme/archaïsmen zo min mogelijk gebruiken

14. Beeldspraak/stijlfiguren






18. Persoonlijk taalgebruik
Synoniemen, beeldspraak, metaforen


thans/tiktokken


Maak gebruik van voorbeelden/vergelijkingen
/stijlfiguren
Bij ons op school smaakt koffie als rioolwater - Het duurde een eeuw voordat ze er was 

Schrijf vanuit jezelf 


Slide 20 - Tekstslide

Checkvragen
Begrijpelijk = hand omhoog 

Bondig = wijsvinger in de lucht 

Nauwkeurig = duim in de lucht 

Aantrekkelijk = twee handen in de lucht 



Slide 21 - Tekstslide

Vraag 2
a Metonymie. De docent wilde horen welk van de twee soorten beeldspraken het was.
 b Bijvoorbeeld: Ja, want het was inderdaad een ‘voorbeeld van een zuivere metafoor of van metonymia’. Als de docent een eenduidiger antwoord had gewild, had hij de vraag beter moeten formuleren.
Of: Nee, want je kunt de vraag weliswaar op twee manieren opvatten, maar iedereen snapt heus wel wat bedoeld werd met de vraag.
 c Bijvoorbeeld: ‘Nederland heeft goud gewonnen op de Olympische Spelen.’ Van welke vorm van beeldspraak is hier sprake: een zuivere metafoor of metonymia?

Slide 22 - Tekstslide

Vraag 3
a Je vraagt je als luisteraar af hoe deze problemen opgelost zullen worden en door wie.
 b De troonrede gaat over de grote lijnen van het regeringsbeleid. Het is erg moeilijk om dan overal heel precies op in te gaan.


Slide 23 - Tekstslide

Vraag 8
‘De Vuurtoren is een aantrekkelijke school voor leerlingen en leerkrachten. De sfeer is open, positief en er is sprake van een herkenbare eigen identiteit. Als directeur ga je het team begeleiden bij het vaststellen en implementeren van een toekomstbestendige visie op onderwijs om deze positie te behouden. Je benut kansen op het gebied van ICT en onderzoekt de integratie van zaakvakken. Daarbij betrek je ook de partners in het gebouw. Daarnaast neem je het voortouw om samen met het team passende én ambitieuze onderwijskundige doelstellingen te formuleren. Je stimuleert en faciliteert teamleden om de ontwikkeling naar een professionele schoolcultuur, waarin verantwoordelijkheden worden gedeeld binnen het team, verder uit te bouwen.’ 

Slide 24 - Tekstslide

Vraag 8
b Voor een lezer van deze vacature is het lang niet altijd duidelijk wat er precies gevraagd wordt van de nieuwe directeur. Een sollicitant en de persoon die de vacature heeft geschreven, kunnen verschillende verwachtingen hebben.
 c Bijvoorbeeld:   De directeur begeleidt het personeel van de school bij het schrijven van een onderwijsvisie.
  De directeur ziet waar en hoe ict kan worden toegepast binnen het onderwijs.   De directeur werkt samen met andere gebruikers van het schoolgebouw en betrekt daar de leerlingen van zaakvakken bij.
  De directeur stimuleert het personeel en biedt hen de mogelijkheid om samen verantwoordelijk te zijn voor de cultuur op school.


Slide 25 - Tekstslide