Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
3A Oefenen bloed
Wat weet je nog?
1 / 41
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
In deze les zitten
41 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslide
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Wat weet je nog?
Slide 1 - Tekstslide
Wat is de taak van rode bloedcellen?
A
Ze vervoeren zuurstof
B
Ze vervoeren suikers
C
Ze maken ziekteverwekkers dood
D
Ze geven bloed een witte kleur
Slide 2 - Quizvraag
Wat bevat een celkern?
A
Fibrinedraden
B
Bloedplaatjes
C
Rode bloedcellen
D
Witte bloedcellen
Slide 3 - Quizvraag
Wat kan van vorm veranderen en zo door een bloedvatwand heen gaan richting weefsels.
A
Fibrinedraden
B
Bloedplaatjes
C
Rode bloedcellen
D
Witte bloedcellen
Slide 4 - Quizvraag
Waaruit bestaat pus?
A
Rode bloedcellen en dode ziekteverwekkers
B
Witte bloedcellen en dode ziekteverwekkers
C
Bloedplaatjes en dode ziekteverwekkers
D
Fibrinedraden en dode ziekteverwekkers
Slide 5 - Quizvraag
Wat is de taak van witte bloedcellen?
A
vervoeren zuurstof
B
vervoeren afvalstoffen
C
doen niks
D
maken ziekteverwekkende stoffen onschadelijk
Slide 6 - Quizvraag
Waaruit bestaat bloed voor het grootste deel?
A
Water
B
Rode bloedcellen
C
Witte bloedcellen
D
Bloedplaatjes
Slide 7 - Quizvraag
Wat doen de bloedplaatjes?
A
Helpen bij de bloedstolling
B
Zorgen ervoor dat je bloed zuurstof kan vervoeren
C
Vervoeren bepaalde vetten
D
maken ziekteverwekkers kapot
Slide 8 - Quizvraag
Welke bloeddeeltjes maken antistoffen?
A
Bloedplaatjes
B
Bloedplasma
C
Rode bloedcellen
D
Witte bloedcellen
Slide 9 - Quizvraag
Welk bloedvat heeft de hoogste bloeddruk?
A
Slagader
B
Ader
C
Haarvat
D
Ze hebben allemaal dezelfde druk
Slide 10 - Quizvraag
Welk bloedvat heeft de meeste wisselingen qua voedingsstoffen?
A
Kransslagader
B
Darmslagader
C
Poortader
D
Onderste holle ader
Slide 11 - Quizvraag
Een slagader heeft als kenmerk dat hij elastisch is. Wat zal er gebeuren als hij niet meer elastisch is?
A
Hij kan gaan scheuren
B
Hij zal een omleiding maken
C
Er zal niks gebeuren
Slide 12 - Quizvraag
Longslagader
Rechterkamer
Bovenste holle ader
Slagaderklep
Hartklep
Slide 13 - Sleepvraag
Blaas
Urineleider
Nier
Slide 14 - Sleepvraag
Hoe noem je de eiwitten op een ziekteverwekker?
A
antistoffen
B
lichaamseigen
C
antigenen
D
lichaamsvreemd
Slide 15 - Quizvraag
Welke lijn toont de vorming van antistoffen na een tweede infectie?
A
P
B
Q
C
R
D
S
Slide 16 - Quizvraag
antiserum
vaccin
Natuurlijke passieve immuniteit
Natuurlijke actieve immuniteit
Kunstmatige actieve immuniteit
Kunstmatige passieve immuniteit
Slide 17 - Sleepvraag
Waartegen werkt antibiotica?
A
Alle ziekteverwekkers
B
Bacteriën en virussen
C
Alleen virussen
D
Alleen bacteriën
Slide 18 - Quizvraag
Wat is lymfe?
A
Lymfe is hetzelfde als weefselvloeistof.
B
Vloeistof die uit de lymfevaten de weefsels in gaat.
C
Weefselvloeistof met rode bloedcellen.
D
Weefselvloeistof die in de lymfevaten is gestroomd.
Slide 19 - Quizvraag
De artsen onderzoeken bloed voordat ze dat aan iemand geven. Ze hebben bloed zonder antigenen op het celmembraan.
Welke mensen zouden zulke rode bloedcellen kunnen ontvangen zonder dat er samenklontering plaatsvindt?
A
alleen mensen met bloedgroep 0
B
alleen mensen met de bloedgroepen 0 en AB
C
alleen mensen met de bloedgroepen A en B
D
mensen met de bloedgroepen 0, A, B en AB
Slide 20 - Quizvraag
Hoe noemen we de gelige vloeistof in het bloed?
Slide 21 - Open vraag
Wat is de taak van rode bloedcellen?
Slide 22 - Open vraag
Op welke 2 manieren kunnen witte bloedcellen ziekteverwekkers bestrijden?
Slide 23 - Open vraag
Welk woord hoort bij "bloedplaatjes"?
A
Zuurstof
B
Bloedstolling
C
Antistoffen
D
Hemoglobine
Slide 24 - Quizvraag
Wat is er aan de hand bij bloedarmoede?
A
Te weinig bloed
B
Veel bloed verloren (wond)
C
Te weinig bloedplasma
D
Te weinig hemoglobine
Slide 25 - Quizvraag
Rode
bloedcellen
Bloedplasma
Bloedplaatjes
Witte bloedcellen
Zorgen voor bloedstolling
Bestrijden ziekteverwekkers
Vervoeren zuurstof met behulp van Hemoglobine
Vervoert stoffen zoals vitaminen, hormonen, Co2 etc.
Slide 26 - Sleepvraag
Welke afvalstoffen komen vrij bij verbranding?
Slide 27 - Open vraag
Pietertje rent een rondje in het park. 's Avonds zit hij Netflix te kijken op de bank. Wanneer komen er meer afvalstoffen van verbranding vrij?
A
Als Pietertje een rondje rent
B
Als Pietertje thuis op de bank netflix zit te kijken.
Slide 28 - Quizvraag
Via welke drie organen raakt het lichaam water kwijt?
A
Hart, longen, darmen
B
Longen, huid, nieren
C
Nieren, darmen, longen
D
Lever, nieren, longen.
Slide 29 - Quizvraag
Zie afbeelding. Welk type bloedvat is dit?
A
ader
B
slagader
C
haarvat
Slide 30 - Quizvraag
Juist of onjuist
In weefselvloeistof komen rode bloedcellen voor.
A
juist
B
onjuist
Slide 31 - Quizvraag
Juist of onjuist
In weefselvloeistof komen witte bloedcellen voor.
A
juist
B
onjuist
Slide 32 - Quizvraag
In de slagaders.....
A
stroomt zuurstofrijk bloed van het hart weg
B
stroomt zuurstofarm bloed van het hart weg
C
stroomt zuurstofrijk bloed naar het hart toe
D
stroomt zuurstofarm bloed naar het hart toe
Slide 33 - Quizvraag
Welke letter geeft een slagader weer?
A
Q
B
R
C
S
Slide 34 - Quizvraag
Slagader
Ader
Naar het hart toe
Van het hart af
Dikke gespierde wand
Dunne slappe wand
Kleppen over de gehele lengte
Kleppen alleen bij het hart
Bloed stroomt snel
Bloed stroomt langzaam
Hoge bloeddruk
Lage bloeddruk
Liggen vaak dieper
Slide 35 - Sleepvraag
Aorta
Onderste holle ader
Longslagader
Bovenste holle ader
Rechterkamer
Rechterboezem
Linkerboezem
Linkerkamer
Slide 36 - Sleepvraag
Er is maar één moment dat de slagaderkleppen opengaan, namelijk tijdens....
A
het samentrekken van de boezems
B
het samentrekken van de kamers
C
de hartpauze
Slide 37 - Quizvraag
In welke volgorde gaan de afvalstoffen vanuit je nieren je lichaam uit?
A
urineblaas-urineleider-urinebuis-nier
B
nier-urinebuis-blaas-urineleider
C
nier-urineleider-blaas-urinebuis
D
urineblaas-urineleider-nier-urinebuis
Slide 38 - Quizvraag
Wat is geen functie van de nieren?
A
Overtollige stoffen zoals water, zouten en vitamines verwijderen
B
Giftige stoffen zoals alcohol en medicijnen verwijderen
C
Overbodige stoffen zoals kleurstof verwijderen
D
Afbraakprodukten vanuit de lever zoals ureum verwijderen
Slide 39 - Quizvraag
Waar zat het vocht dat uit een blaar komt?
A
in cellen
B
tussen cellen
C
in haarvaten
D
tussen haarvaten
Slide 40 - Quizvraag
Op welke plek in je lichaam komt de lymfe weer in je bloed terecht?
Slide 41 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
Bloedsomloop
Januari 2019
- Les met
36 slides
Biologie
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2
afsluiting bloedsomloop
Januari 2021
- Les met
18 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
T3 Herhaling B1 tm B6
Juni 2022
- Les met
41 slides
Biologie
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
herhalingsles
December 2022
- Les met
37 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
bloed
December 2023
- Les met
47 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t
Leerjaar 2
herhalingsles basisstoffen 1, 2, 3
December 2022
- Les met
45 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
D2BTh4 B4 Bloedvaten - lln
April 2019
- Les met
50 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 2
Oefenen bloed 4TL
September 2021
- Les met
37 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4