Verschillen bepalen bij nominale variabele(dus geen volgorde):
- Het percentage verschil (PV)
- De odds-ratio (OR)
- De phi-coëffiënt (phi)
Verschillen bepalen bij ordinale en kwantitatieve variabele :
- Maximale verschil in cumulatieve percentage (max. Vcp)
- Effectgrootte
- Twee boxplots vergelijken