Week 2 M&Z herhalingsles thuiszorg

• Zorg en Welzijn
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Casus 2 A Thuiszorg herhaling

Lesdoel:

Herhaling lesdoelen les 2 A

- Praktijkopdracht Meneer Cohen

- Begrippenlijst aanvullen (Classroom)

Wat is zelfredzaamheid?

1. Iemand die alles netjes wilt hebben.
2. Iemand die zich zo veel mogelijk op eigen kracht kunnen redden.
3. Taken kunnen doen zonder hulp

Mevrouw De Wit kan zichzelf wassen, aankleden en haar eigen tanden poetsen. Ze is .....

1. Dement
2. Hygiënisch
3. zelfredzaam
4. zelfvoorzienend

Wat zijn waarden?

1. Wat JIJ belangrijk vindt in het leven
2. Hetzelfde als normen
3. Regels die de wet bepaalt
4. Wat anderen belangrijk vinden

Waarden zijn cultuur- en persoonsafhankelijk 

Praktijk opdracht 

Meneer Cohen verzorgen

In de thuiszorg werk je niet alleen overdag. Ook ’s avonds moeten mensen geholpen worden. Een andere cliënt is meneer Cohen (72). Els komt 's avonds om hem bij het naar bed gaan te ondersteunen. Meneer Cohen zit in een rolstoel, zijn bed staat in de woonkamer. Hij heeft vier maanden geleden een beroerte (CVA) gehad. Hierdoor is hij halfzijdig verlamd. Hij heeft geen kracht meer in zijn rechterbeen en -arm.

Als je een cliënt verzorgt, moet je wat weten van de situatie van de cliënt, zodat je goede hulp kunt bieden. Wat is een beroerte?

Tijdens het examen wordt er altijd een casus voorgelegd. Geef dan zorg op maat! zie volgende slide.

Praktijk opdracht 

Meneer Cohen verzorgen

Samen met Els help je meneer Cohen met het uitkleden en aantrekken van de pyjama, het wassen van het gezicht en de handen en het poetsen van de tanden. Daarna help je hem vanuit de rolstoel in bed. Meneer Cohen voelt zich vandaag een beetje verdrietig over zijn situatie. Hoe kun jij hierop reageren?

De opdracht staat in Classroom uitgewerkt.

Begrippenlijst aanvullen

Zelfredzaamheid, waarden, normen, mantelzorg, stimuleren, zorgplan en zorgdossier

Zijn alle opdrachten af? ja? dan heb je hard gewerkt!

Nog niet...... dan heb je nog wat te doen!

Casus 2 B Thuiszorg herhaling

Lesdoel:

Herhaling lesdoelen les 2 B (wat was dat ook al weer)

-Wat is een beroerte

-Begrip tonen voor gevoelens en wensen van de ander

-Een persoonlijk gesprek voeren met een cliënt

en

-Begrippenlijst aanvullen (Classroom)

Wat weet jij nog van de vorige les?

- denk aan communiceren met een client 

-Begrip tonen voor gevoelens en wensen van een ander (privacy)

We gaan het controleren..................

Privacy

• Bespreek altijd vooraf de wensen van de zorgvrager;
• Als een zorgvrager opkijkt tegen de verzorgingen, neem de tijd en bespreek dit;
• Maak duidelijke afspraken over de privacy.
  

Waar wordt er GEEN rekening gehouden met privacy?

1. Je kan alleen bij de gegevens van de verzorgende met een code
2. De gordijnen worden dicht gedaan tijdens het wassen
3. Tijdens het verzorgen staat de deur op een kier

Wie heeft te maken met een medisch beroepsgeheim?

1. Iedereen die werkt in de zorg voor mensen
2. Alle autotechnieken
3. Iedereen
4. Alle docenten

Beroepsgeheim: betekend dat je NOOIT zonder toestemming gegevens van andere mag gebruiken of bespreken met anderen

Beroepsgeheim uitzonderingen

• Huisarts mag met ouders of wettelijke vertegenwoordigers praten over de medische siutatie van hun kinderne jonger dan 12. tussen de 12 en 16 beslist de huisarts zelf;
• Bij Besmettelijke ziekten (melden GGD) of kindermishandeling mag de huisarts zijn beroepsgeheimplicht verbreken;
• Zorgverlener moet toestemming vragen voordat die medische gegevens mag aanmelden, voor andere zorgverleners. Toestemming zet die in de administratie. 
  

Een jongetje van 6 komt bij de dokter met een gebroken arm e vol blauwe plekken, dit is al vaker voorgekomen. Mag de dokter de politie waarschuwen?

1. Ja
2. Nee

Ja, want deze symptomen lijken op kindermishandeling. De dokter mag de politie waarschuwen

De tandarts heeft een patient gehad met extreem vieze tanden. dit verhaal wil de tandarts met naam van de patient vertellen op een verjaardag. Mag dat?

1. Ja
2. Nee

Nee, want dit gaat om de privacy van de patient en het bezoek op de verjaardag zijn geen ouders of zorgverleners van de patient

De ouders van Stan (11 jr.) zijn bij de dokter en de dokter geeft hun info over de medicatie gebruik van Stan. Mag de dokter dit doen?

1. Ja
2. Nee

Verkeersborden zijn geen
vorm van communicatie

1. Juist
2. Onjuist

Bij communicatie is er sprake van een

1. Boodschap
2. Ontvanger
3. Zender
4. Alle drie

Wat voor communicatie is dit?

1. Verbale communicatie
2. Non-verbale communicatie
3. Goede communicatie
4. Ondersteunende communicatie

Waarom wordt de zelfredzaamheid van ouderen zoveel mogelijk gestimuleerd?

1. Omdat er in de zorg minder tijd is om mensen te helpen
2. Omdat er steeds meer mantelzorgers zijn
3. Zodat iemand zo lang mogelijk thuis kan blijven wonen
4. Omdat de wachtlijsten in de woonzorgcentra steeds langer worden

Wat is verbale communicatie?

1. Glimlachen
2. Een app sturen
3. Je duim opsteken
4. Zwaaien

Begrippenlijst aanvullen

Beroerte, vooroordeel, communicatie, belangstelling, feedback, non-verbale communicatie, verbale communicatie.

Zijn alle opdrachten af? ja? dan heb je hard gewerkt!

Nog niet...... dan heb je nog wat te doen!

Casus 2 C Thuiszorg herhaling

Lesdoel:

- Ondersteunen bij medicijngebruik. 

- Nakijken Portfolio Onderzoeksopdracht week 2

Medicijnen

Nakijken 

Portfolio uren:  Onderzoeksopdracht

Theorie: Gesprekken voeren

Opdracht 12.1 

Meneer heeft de bijsluiter van het nieuwe medicijn in zijn hand en kijkt er een tijdje naar. Het is niet duidelijk of hij de inormatie op de bijsluiter ook echt leest. Els vraag meneer Cohen of hij weet hoe hij dit medicijn moet innemen. Meneer knikt.

Is dit een open of een gesloten vraag????

Even een quizzzzz

Als je interview-vragen stelt, dan vraag je gesloten vragen...

1. als je feiten wilt weten
2. als je meer wilt weten over de mening van deze persoon
3. als je de persoon niet aardig vindt
4. als je denkt dat deze persoon er weinig verstand van heeft

Wat is een gesloten vraag?

1. Ben jij morgen jarig?
2. Vier je morgen je verjaardag?
3. Waarom vier je morgen je verjaardag niet?
4. Hoe vind je het nu je je verjaardag niet kan vieren door corona?

Wat is een voorbeeld van een gesloten vraag?

1. Wat gebeurde er toen de verdachte weg liep?
2. Wat zag u precies?
3. Heeft u de verdachte gezien?
4. Hoe zag de verdachte eruit?

"Wil je nu boodschappen doen"?

Is dit een open of een gesloten vraag?

1. Gesloten vraag
2. Open vraag

Gesloten vragen zijn vragen:

1. Waarop heel veel antwoorden mogelijk zijn
2. Waarop maar 1 antwoord mogelijk is
3. Die je stelt met de deur dicht
4. Die in een toets gesteld worden

Wat is een voorbeeld van een gesloten vraag?

1. Wat gebeurde er toen de verdachte weg liep?
2. Wat zag u precies?
3. Heeft u de verdachte gezien?
4. Hoe zag de verdachte eruit?

Open of gesloten vraag?
Wil jij later topsporter worden?

1. open vraag
2. gesloten vraag

Wat is een gesloten vraag?

1. Hoe heet je?
2. Kruis aan wat je wilt gaan doen

Shirley hoe is het op je werk?
open of gesloten vraag?

1. open vraag
2. gesloten vraag

Een gesloten vraag is:
"Zit jij in de 3e klas?"

1. waar
2. niet waar

Wat is géén voorbeeld van een open vraag?

1. Wat heb je vandaag gedaan?
2. Hoe laat rijdt de bus?
3. Wat vond jij van de film in de bioscoop?
4. Waarom vind jij voetbal zo leuk?

Door het stellen van een open vraag kun je veel informatie achterhalen.

1. Juist
2. Onjuist

Wat is een open vraag?

1. Een vraag waar je alleen ja of nee op kunt antwoorden.
2. Vraag begint met wie, wat, waar, wanneer, waarom of hoe en kan je niet met ja of nee beantwoorden.

Welke hiervan is GEEN open vraag?

1. Wat eten we vanavond?
2. Hoe fiets jij naar school?
3. Gaan we nog iets leuks doen?
4. Wanneer is de les voorbij?

Waarom is hij op vakantie naar Australië gegaan?

1. Open vraag
2. gesloten vraag

Wat kan ik voor doen?

1. open vraag
2. gesloten vraag

Een open vraag stel je....

1. Om een uitgebreid en vloeiend gesprek te voeren
2. Als je Ja of Nee als antwoord wilt hebben
3. Als je niet meer weet wat je moet zeggen
4. Aan het einde van de dag

Open vragen zijn vragen...

1. Met een open antwoord
2. Die je kunt beantwoorden met ja en nee

Een open vraag is bijvoorbeeld:
Zit jij op het Zuiderlicht?

1. onjuist
2. juist

"Kevin hoe gaat het op school"
gesloten of open vraag?

1. Open vraag
2. Gesloten vraag

Wat is een open vraag

1. Vind je dit leuk? Ja of nee
2. Wat zou je zelf graag willen doen?

Welke is een open vraag?

1. Ga je mee?
2. Wat vind je leuk aan school?
3. Heb je een 10 gehaald?
4. Is Nederlands je lievelingsvak?

Open vragen zijn vragen waar je alleen ja of nee op kunt antwoorden.

1. Juist
2. Onjuist

Fotospel medicijnen

Begrippenlijst aanvullen

Open vraag en gesloten vraag

Zijn alle opdrachten af? ja? dan heb je hard gewerkt!

Nog niet...... dan heb je nog wat te doen!