GGZ 2 VVT 2 week 2Begeleiden van psychiatrisch patiënten in de VVT

Begeleiden van psychiatrisch patiënten in de VVT

Leerjaar 3 periode 3 week 2
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Begeleiden van psychiatrisch patiënten in de VVT

Leerjaar 3 periode 3 week 2

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Je kunt in het bieden van verpleegkundige zorg en begeleiding in de geestelijke gezondheidszorg gespecialiseerde kennis van revalidatie en rehabilitatie toepassen.
Je kunt de psychiatrische zorgvrager begeleiden bij het onderhouden van sociale contacten.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar hebben we het de vorige les over gehad?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Deze les
  • Revalidatie en rehabilitatie
  • Oplossingsgericht werken


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rehabilitatie en revalidatie
Revalidatie:
Iemand in een zo goed mogelijke lichamelijke, psychische en sociale toestand terugbrengen.

Rehabilitatie:
Heeft als doel activiteiten en deelname aan de maatschappij zo veel mogelijk te vergroten.

Slide 5 - Tekstslide

‘Revalidatie’ betekent letterlijk ‘hervalideren’, dus Psychiatrische behandeling is revalideren van een psychiatrische ziekte. Aangezien een aantal psychiatrische ziekten veelal een chronisch beloop hebben en er nauwelijks sprake is van genezing, wordt de behandeling veelal gericht op rehabilitatie en herstel

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken rehabilitatie

Slide 7 - Woordweb

  • Rehabilitatie is een proces zonder duidelijk einddoel waarnaar gestreefd wordt.
  • Ontwikkelingsgericht.
  • Gericht op activiteiten en maatschappelijke participatie.In sommige gevallen betekent dit dat behoud van activiteiten het doel is van rehabilitatie. Bijvoorbeeld: naar het zwembad blijven kunnen gaan door een kortingspas van de gemeente.
  • Gebruikmaken van de capaciteiten van de zorgvrager.
  • Rehabilitatie richt zich niet op hulpverlening.
  • Men houdt rekening met de stoornis die dit in de weg staat.
  • Het streven is een zo normaal mogelijk sociaal leven.
  • Streeft naar normalisatie.
Er wordt ontwikkelingsgericht gewerkt aan doelen die gezien de beschikbare middelen in een bepaalde periode haalbaar zijn. Bijvoorbeeld: op zwemles gaan om mensen te ontmoeten en meer zelfvertrouwen te krijgen.


Rehabilitatiegericht handelen
Doel:
Zo veel mogelijk normaliseren en te participeren aan de maatschappij.
Het belangrijkste doel van rehabilitatie is sociale re-integratie.

Slide 8 - Tekstslide

Participeren (deelnemen)
Sociale re-integratie: weer een onderdeel worden van de maatschappij

Maatschappelijke ontwikkelingen in de GGZ?

Slide 9 - Open vraag

  • Bedden reductie -> zorgvragers langer thuis, kortere opnames -> meer mensen in de maatschappij met psychiatrische problematiek (laag tot hoog complex)
  • ‘zorgen voor’ -> ‘uitgaan van eigen kracht’
  • Overheid verantwoordelijk -> burger zelf verantwoordelijk
  • Belemmerd door het stigma op psychiatrisch patiënten.
Een sociaal stigma is een ernstige sociale afkeuring van persoonlijke kenmerken of opvattingen die tegen de culturele normen ingaan. ‘Samen sterk zonder stigma’

ontwikkelingen in de GGZ weerspiegelen een manier van anders denken, de kanteling. Het is niet meer ‘zorgen voor mensen’, maar uitgaan van eigen kracht. En niet meer de ‘overheid verantwoordelijk’, maar de ‘burger’ zelf. Weer participeren in de maatschappij betekent voor de zorgvrager: blijvend herstel, kunnen omgaan met zijn ziekte, zelfstandig wonen en werken. Dit houdt in dat er veel verschillende factoren van invloed zijn op het functioneren.
Een veelgebruikte term om zo veel mogelijk zorgvragers binnen de GGZ te laten participeren in de samenleving is: rehabilitatie. Het is een proces waarin activiteiten plaatsvinden om een zorgvrager met psychische problematiek te helpen de kwaliteit van leven te verbeteren en zijn zelfredzaamheid te behouden, versterken of herpakken zodat hij persoonlijk en maatschappelijk tot tevredenheid kan functioneren op gebied van werken, wonen of andere gebieden naar keuze.

Slide 10 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Werkwijze verpleegkundigen
  • Persoonsgericht te werken:  wat wil en kan de zorgvrager? Waarin wil hij groeien of zich ontwikkelen? De persoonlijke tevredenheid staat centraal.
  • De omgeving te betrekken: is er voldoende aandacht en ondersteuning?
  • Betrokken te zijn: investeren in contact en vertrouwen.
  • Doelgericht te werk te gaan: hoe gaat de zorgvrager zijn maatschappelijke participatie vormgeven?


Het verbeteren en stimuleren van verschillende partijen, met als doel optimale ondersteuning voor de zorgvrager.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oplossingsgericht werken
‘Oplossingsgericht werken is een manier om te voldoen aan een goede begeleiding van zorgvragers.’

Doel:
 Zorgvragers behouden hun eigen kracht en autonomie, raken gemotiveerd, werken doelbewust en ervaren zelfregie.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aandachtspunten oplossingsgericht werken
  • Stimuleer de eigen kracht van de zorgvrager.
  • Ga uit van de sterke kanten van de zorgvrager.
  • De zorgvrager is de kenner.
  • Werk doelgericht.
  • Het enige doel waaraan gewerkt wordt, is het doel van de zorgvrager.
  • Een doel is positief geformuleerd en moet haalbaar zijn voor de zorgvrager.
  • De verpleegkundige luistert goed en stuurt de zorgvrager aan op het bedenken van oplossingen.
  • Laat de zorgvrager zichzelf ontwikkelen en zichzelf versterken.

Slide 14 - Tekstslide

Oplossingsgericht werken heeft een aantal belangrijke aandachtspunten:
  • Stimuleer de eigen kracht van de zorgvrager. Ga uit van de sterke kanten van de zorgvrager. Wat kan hij zelf?
  • De zorgvrager is de kenner. Hij heeft als enige kennis over zijn eigen leven. Wat werkt wel en wat niet? Stel hier bijvoorbeeld de vraag: Wanneer deed het probleem zich niet of minder voor? Wat deed u toen anders?
  • Werk doelgericht. Het enige doel waaraan gewerkt wordt, is het doel van de zorgvrager. In de samenwerkingsrelatie tussen zorgvrager en verpleegkundige staat dat doel centraal. Een doel is positief geformuleerd en moet haalbaar zijn voor de zorgvrager. Hierdoor zal hij zich verbonden voelen met het oplossen van het probleem. De zorgvrager zal gemotiveerd raken wanneer het stapje voor stapje beter gaat.
  • Stuur aan op zelfregie door goed te luisteren. De verpleegkundige luistert goed en stuurt de zorgvrager aan op het bedenken van oplossingen. Wat wil de zorgvrager zelf als oplossing? Als verpleegkundige is het belangrijk om los te laten. Hulpverleners hebben de neiging om te helpen, zelf oplossingen aan te dragen en het over te nemen. Het is belangrijk om die rol los te laten. Bij oplossingsgericht werken help je de zorgvrager door goed te luisteren, veel vragen te stellen en eigen kracht en zelfregie te stimuleren.
  • Laat de zorgvrager zichzelf ontwikkelen en zichzelf versterken. Als iets niet werkt, stop er dan mee en doe iets anders. Als iets wel werkt, doe er meer mee. Als iets wel werkt, leer het dan van of aan een ander. Kortom, vergeet wat niet goed gaat en versterk wat goed gaat.

'Wat doe je dan anders?'
Is een voorbeeld van een oplossingsgerichte vraag.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelf bepalen
Zelf kunnen
Zelfstandig mee kunnen doen
Zelf moeten of mogen
Zelfregie
Eigen kracht
Zelfredzaamheid
Eigen verantwoordelijkheid

Slide 17 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1
Zoek de onderstaande begrippen op die je nog niet kent en werk deze uit. 

  1. Participatiewet/participatieladder
  2. WMO
  3. POH-GGZ
  4. IRB
  5. UWV
  6. SRH
  7. WLZ

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 2
Er zijn verschillende interventies/trainingen voor psychiatrisch patiënten in de wijk. Zoek de verschillende interventies op en beschrijf een casus met daarbij een interventie die jij zou aanbevelen en waarom. 

  1. Welzijn op recept
  2. Herstellen doe je zelf
  3. Niet meer door het lint
  4. Wijk en Psychiatrie
  5. Wie is er nou raar?

Slide 20 - Tekstslide


Welzijn op recept:
  • Deze interventie wordt ingezet bij volwassenen met psychosociale problemen die regelmatig bij de huisarts komen. De zorgvrager kan ‘op recept’ een keuze maken uit bijvoorbeeld creatieve activiteiten, vrijwilligerswerk, sport, bewegen of een combinatie hiervan. Het doel van deze interventie is dat de zorgvrager het gevoel krijgt normaal te functioneren, dat hij plezier in het leven heeft, dat hij autonomie en verbondenheid ervaart en dat hij voelt een nuttige bijdrage aan de maatschappij te leveren.
Herstellen doe je zelf:
  • Deze interventie wordt ingezet wanneer de zorgvrager zijn eigen zelfredzaamheid verder kan versterken en dit ook zelf wil. Het draagt bij aan meer zelfwaardering, zelfredzaamheid, hoop en kwaliteit van leven. Het is een cursus van twaalf bijeenkomsten.
Niet meer door het lint:
  • Deze interventie wordt ingezet als de zorgvrager agressieproblemen heeft en vrijwillig hiervoor in behandeling is. Het is een groepscursus waarin deelnemers handvatten krijgen om met moeilijke situaties om te gaan. De bijeenkomsten blijken effectief, waardoor zorgvragers beter in staat zijn om goed te participeren in de maatschappij. Doordat ze bijvoorbeeld geen of minder agressie laten zien, behouden ze ook eerder hun baan.
Wijk en Psychiatrie:
  • Deze interventie wordt ingezet bij mensen met psychische beperkingen om maatschappelijke uitsluiting in de wijk te verbeteren en hun sociale netwerk te vergroten. Zo wordt eenzaamheid voorkomen of verminderd. De aanpak richt zich enerzijds op het creëren van ontmoetingsplekken in de wijk en anderzijds op het leggen van contact.
Wie is er nou raar?:
  • Deze interventie wordt ingezet om bij jongeren een positieve houding te ontwikkelen ten aanzien van mensen met psychiatrische problematiek. Jongeren krijgen in zes lessen een kijkje in het leven van mensen met psychiatrische problemen via ervaringsverhalen

Leerdoelen
Wat is het verschil tussen revalidatie en rehabilitatie?
Welke vraag zou je kunnen stellen in het kader van oplossingsgericht werken?

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bestuderen
e-Xpert mbo GGZ: Methodische begeleiding (herhaling)

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies