1 Zinsdelen Herhaling Leerjaar 2 Editie 6

Verwachtingen voor de les
Schakeltijd: 
1. Mobiel in tas,                  jas uit  
2. Boek - Laptop dicht op tafel
3. Kletsen, tekenen, lezen.
5 minuten
Geluidsniveau: 
gewoon praten

timer
5:00
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Verwachtingen voor de les
Schakeltijd: 
1. Mobiel in tas,                  jas uit  
2. Boek - Laptop dicht op tafel
3. Kletsen, tekenen, lezen.
5 minuten
Geluidsniveau: 
gewoon praten

timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe was het weekend? 
10 minuten uitwisselen.
Eén persoon tegelijk aan het woord.
Klaar? Geef de beurt door.
Reageren? Hand opsteken!

timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

TNetl
Start Cursus 5 Grammatica 
Grammatica zinsdelen: waarom doen we het? 
Herhalen grammatica uit leerjaar 2

Boekje met de theorie en opdrachten.


1. zin ontleden: aanpak, maken, nakijken
Bespreken zin 1 
Aan de slag met de opdrachten. Je werkt de opdracht door. Per opdracht nakijken met een kleur. 
Wat heb je geleerd in deze les?

Slide 3 - Tekstslide

3hb 16598
3vd 80960

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een werkwoord deelt rollen uit: 
A. Iemand huilt heeft 1 rol namelijk onderwerp
B. Iemand arresteert iemand: 2 rollen namelijk Ond. en LV
C. Iemand overhandigt iets aan iemand: 3 rollen namelijk Ond, Lv en Mv

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zin: Heb jij wel eens een politieman de weg gevraagd?
  • Zinsdeelproef: welke zinsdelen voor de pv?  
  • PV:
  • Ow:
  • Doen /zijn? Nw/wg?
  • Lv: ondergaat de handeling
  • Mv: werkt mee aan de handeling 
  • Bijw. bepaling

mv = aan een politieagent

bwb = weleens

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zinsdelen 
Heb jij wel eens een politieman de weg gevraagd?
  • Heb/jij /wel eens/een politieman/de weg/gevraagd?
  • PV: heb
  • Ow = jij
  • Doen of zijn? Nw/wg? WG = heb gevraagd
  • Lv = de weg
  • Mv = een politieman 
  • Bwb=wel eens 

bwb = weleens

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nw gez/Wwgez
  • Naamwoordelijk gezegde of werkwoordelijk gezegde
  • Zijn?  Doen?

timer
2:00

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nw gez
  • Naamwoordelijk gezegde benoemen: het onderwerp is iets
  • werkwoordelijk deel: een koppelwerkwoord + ww
  • naamwoordelijk deel: wat iemand is 
  • Zinnen met naamwoordelijk gezegde bevatten geen lijdend voorwerp, dat wat de handeling ondergaat.

timer
2:00

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijvoeglijke bepaling:

zinsdeelstuk,  
geeft extra informatie over de kern van het zinsdeel
Vb. De boomlange spits van VVZ/heeft/ in de belangrijke wedstrijd tegen SO Soest/ een heel spectaculair doelpunt/ gescoord.
timer
2:00

Slide 11 - Tekstslide

c en d zijn fout: ev zin met 1 pv
Enkelvoudig of samengesteld
Enkelvoudige zin: 1 persoonvorm 
Samengestelde zin: meerdere persoonsvormen
HZ: tussen ond en pv past bijna nooit iets; pv voor in de zin
BZ:  tussen ond en pv past wel iets (bv 'niet'); pv vaak achter in de zin
Een samengestelde zin bestaat uit: 
HZ en BZ, HZ en HZ, BZ en HZ

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zinsdeelzinnen
Samengestelde zin: meerdere persoonsvormen
Een samengestelde zin bestaat uit: 
HZ en BZ, HZ en HZ, BZ en HZ
Zinsdeelzinnen kunnen een grammaticale functie hebben: 
vervang de bijzin door 1 woord en benoem deze.


timer
2:00

Slide 13 - Tekstslide

5.2 c en d zijn fout: beide ev
Zinsdelen toelichting uit lj 1
zie volgende slide

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Vzv
In zinnen met een voorzetselvoorwerp, zoals ‘De minister onthield zich van commentaar’, doet de letterlijke betekenis van het voorzetsel van er niet toe. Je zou zelfs kunnen zeggen dat het voorzetsel ‘betekenisloos’ is - het is alleen het verbindende woord tussen werkwoord en voorwerp.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vzv
Sommige 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies