les 6 Krachtig staan, noodzaak eerst de vragen lezen bij toetsen, associëren

les 6 Krachtig staan
en waarom je 
eerst de vragen 
moet doorlezen
bij toetsen

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
StudielesMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

les 6 Krachtig staan
en waarom je 
eerst de vragen 
moet doorlezen
bij toetsen

Slide 1 - Tekstslide

                     Welkom!
              - jas: kapstok/kluis 
              - mond : leeg
              - telefoon:  kluisje
               - iPad: tas (grond)
               - deur dicht:  mond dicht

Slide 2 - Tekstslide

herhaling
2 helften
een brug
sterk
valkuilen

Slide 3 - Tekstslide

timer
1:00
creatief
details
Taal
volgens vaste regels
luisteren
snel denken
Gericht op het geheel
emotie

Slide 4 - Sleepvraag

De aan- en uit knop

Slide 5 - Tekstslide

Lesdoelen


Aan het eind van deze les weet je:

  • waarom en hoe je krachtig moet staan
  • Waarom je de vragen eerst moet lezen voor je aan de toets begint

Slide 6 - Tekstslide

Actie!!
Ga stevig staan met je voeten iets uit elkaar op schouderbreedte.
Adem in door je neus: 3 tellen.
Adem uit: 6 tellen.
                                                  Op de inademing strek je je helemaal uit met de armen omhoog.


                                          Op de uitademing laat je je helemaal voorover zakken 
                                          als een slappe pop. 
                                          Je laat je schouders los naar beneden hangen 
                                           en je laat je armen bungelen.

Slide 7 - Tekstslide

Krachtig staan
Stevig staan is belangrijk voor de balans van je lichaam èn voor je denken. 

Je hebt dan meer zelfvertrouwen en je kunt moeilijke situaties beter aan.

Deze houding oogt sterk en krachtig maar straalt ook rust uit.
  • - op eigen benen staan
  • - dat staat als een huis
  • - Niet van je stuk te brengen

Slide 8 - Tekstslide

1. Beide benen stevig op de grond op schouderbreedte, knieën licht gebogen, 
schouders naar achteren en rechtop staan (gronden)
 2. Je buik is het middelpunt van elke beweging. 
       De aandacht en adem wordt verzameld in de buik. 
       Dat geeft rust en kracht (centreren).
3. Focus/doel: Kijk naar een vast punt voor je (uiterlijke focus) om in balans  te blijven.

Innerlijke focus: Waar richt jij je energie op? Wat wil je? waar ga je naar toe? 
Zonder focus ben je niet krachtig, niet in balans en gevoelig voor groepsdruk.

Slide 9 - Tekstslide

Oefening 1: op één been staan
  • Hou je armen gestrekt zijwaarts en trek 1 been op. 
  • Blijf zo stil mogelijk staan. 
  • Focus op een punt voor je en laat je niet afleiden. 
  • Hou 30 seconden vol
  • Wissel van been
Vraag: Hoe voelde dit en hoe belangrijk was het om te focussen?
timer
0:30

Slide 10 - Tekstslide

Oefening 2: zwaaien met 1 been
  • Ga op 1 been staan
  • maak met je andere been zwaaibewegingen
  • begin met kleine zwaaibewegingen
  • blijft je balans goed? maak dan de zwaaibewegingen groter
  • Hou je bovenlichaam zo stil mogelijk
  • Concentreer je op het voetcontact met de grond
  • Stel je voor dat je voet aan de grond geplakt zit en uitgroeit tot maat 80 

Vraag na 1 min.: Voel je verschil tussen je ene been en de andere? Lijkt 1 been langer? Hoe is het grondcontact  bij beide benen nu je weer op de grond staat?
timer
1:00

Slide 11 - Tekstslide

oefening : krachtig staan
  • Zet beide voeten iets uit elkaar
  • zet je voeten op schouderbreedte
  • Focus! Kijk naar een vast punt
  • Adem rustig in door je neus en zet je adem vast in je buik 
  • Bedenk dat je zo krachtig staat als een boom, je voeten krijgen wortels tot diep in de grond
  • Sta je zo krachtig, dat je niet omgeduwd wordt?

Slide 12 - Tekstslide

De 3 minuten test
  • Je krijgt een toetsblad met vragen over van alles en nog wat.
  • Laat het op de kop op je tafel liggen.
  • Ik zet de timer op 3 minuten en pas als ik het zeg mag je het blad omdraaien en beginnen.
  • Schrijf de antwoorden op een apart antwoordenblad.
  • Zorg dat je zoveel mogelijk vragen goed beantwoord in 3 minuten. 
  • Het is heel belangrijk dat je geconcentreerd en vlot werkt. 
  • Hoe meer antwoorden je af en goed hebt hoe beter natuurlijk, laat je dus niet afleiden. 
  • Het zou super zijn als je alle vragen binnen de tijd af hebt. 
  • Ben je zelfs eerder klaar, dan leg je je pen neer en blijf je rustig met je armen over elkaar. wachten tot de 3 minuten om zijn. 
timer
3:00

Slide 13 - Tekstslide

Wat was de clou???
  • Hoe kan het dat sommigen zo snel klaar waren?
  • Om optimaal te scoren bij toetsen, is het belangrijk dat je eerst alle vragen/teksten doorleest. Dit lijkt kostbare tijd, maar uiteindelijk win je ermee. Denk aan die slak.
  • Ook als je dyslectisch bent is het voor je hersenen fijn om eerst alle vragen door te lezen. 
  • Je krijgt bij het doorlezen overzicht! Vaak staat nl. verderop in de toets een woord, zin of formule die je kunt gebruiken bij een van de eerste vragen.
  • Ook krijg je bij het doorlezen inzicht in waar de leraar naartoe wil met zijn vragen. Dat lijkt tijdverspilling, maar het levert je hersenen rust op en daardoor kunnen ze beter nadenken en herinneren en associëren. Doen dus!!

Slide 14 - Tekstslide

Wat heb je
geleerd deze les?

Slide 15 - Woordweb

Wat heb je in deze les
van jezelf laten zien
waar je trots op bent?

Slide 16 - Woordweb

Wat heb je deze les
van een klasgenoot gezien,
waar deze trots op mag zijn?

Slide 17 - Woordweb