Taal Actief Thema 6 les 2

Les 3 en 4
In deze les gaan we.....
 (kies 1 werkwoord)
Thema 6 les 2
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Les 3 en 4
In deze les gaan we.....
 (kies 1 werkwoord)
Thema 6 les 2

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

infinitief
Een infinitief wil zeggen zonder einde, zonder finish.
Dit werkwoord geeft niet de tijd aan in de zin; dit werkwoord is tijdloos. Ofwel: onbepaalde tijd

Slide 3 - Tekstslide

infinitief
Het kind zit te kleuren
Het kind zat te kleuren
De kinderen zitten te kleuren

Slide 4 - Tekstslide

infinitief
Hij staat te kijken
Hij stond te kijken
Ze hebben staan kijken

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

infinitief
denken.
De kinderen zitten te ................
De professor zit te .....................

rusten
De zieken .............................
Ik ben moe en ga..................................

Slide 7 - Tekstslide

Infinitief of voltooid deelwoord?

gebukt
A
infinitief
B
voltooid deelwoord

Slide 8 - Quizvraag

Infinitief of voltooid deelwoord?

twijfelen
A
infinitief
B
voltooid deelwoord

Slide 9 - Quizvraag

Infinitief of voltooid deelwoord?

gereden
A
infinitief
B
voltooid deelwoord

Slide 10 - Quizvraag

Infinitief of voltooid deelwoord?

verhelpen
A
infinitief
B
voltooid deelwoord

Slide 11 - Quizvraag

Infinitief of voltooid deelwoord?

verzachten
A
infinitief
B
voltooid deelwoord

Slide 12 - Quizvraag

Infinitief of voltooid deelwoord?

passen
A
infinitief
B
voltooid deelwoord

Slide 13 - Quizvraag

Wat voor soort werkwoord is:

snappen
A
infinitief
B
voltooid deelwoord

Slide 14 - Quizvraag

Wat voor soort werkwoord is:

lopen
A
infinitief
B
voltooid deelwoord

Slide 15 - Quizvraag

Wat voor soort werkwoord is:

gegeten
A
infinitief
B
voltooid deelwoord

Slide 16 - Quizvraag

Een infinitief is nooit de persoonsvorm.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 17 - Quizvraag

Wat voor soort werkwoord is:

gewandeld
A
infinitief
B
voltooid deelwoord

Slide 18 - Quizvraag

Welk werkwoord van de deze zin is een infinitief?

Zonder onze fietsen kunnen we niet school.
A
fietsen
B
Er is geen infinitief.
C
kunnen

Slide 19 - Quizvraag

Wat is het infinitief van de deze zin? De gebraden kippen zijn erg lekker geworden.
A
gebraden
B
Er is geen infinitief.
C
zijn

Slide 20 - Quizvraag

Hoe kun je de infinitief ook wel noemen?
A
voltooid deelwoord
B
persoonsvorm
C
hele werkwoord
D
verleden tijd

Slide 21 - Quizvraag

Lopen (TT)
De jongen......................op straat.
A
loopt
B
loop
C
liep
D
lopen

Slide 22 - Quizvraag

helpen (TT)
Amyra ...................groep 4/5 met hun surprise.
A
hielp
B
helpt
C
help
D
geholpen

Slide 23 - Quizvraag

begeleiden (TT)
Daan.................de kinderen met Bouw.

Slide 24 - Open vraag

vinden (TT)
................jij dat een goed idee?

Slide 25 - Open vraag

GOED GEOEFEND!!!!

Slide 26 - Tekstslide