samenvatting paragraaf 1 (deel 3)
• Voor peper was het moeilijk om een handelsmonopolie te krijgen omdat dit overal in Zuidoost Azië groeide --> moeilijk om die handel te controleren
• De VOC sloot handelscontracten met lokale vorsten in ruil voor bescherming
• De VOC betaalde lagere prijzen dan de concurrenten maar de VOC organiseerde strafexpedities als een vorst toch verkocht aan een ander
• De VOC trad hard op bij contractbreuk --> strafexpedities --> hongitochten
• De VOC vernietigde op alle eilanden behalve op Ambon de kruidnagelboompjes
• De belangrijkste handelspost was Batavia (nu Jakarta) van waaruit Nederland de gebieden ging besturen
• Ook in de rest van Zuidoost Azië stichtte de VOC handelsposten