één, vierhonderd, vijfduizend, eerste, twintigste, veel, weinig, enkele, sommige, vele, alle, meer, minder, meeste, laatste, middelste zijn allemaal telwoorden.
Soms kun je precies zien hoeveel (vierhonderd) en soms niet precies hoeveel (weinig, meer, minder). Alle woorden wat met een hoeveelheid te maken heeft, noem je telwoorden.