Als dit geen liefde is, wat is het dan?
En als het liefde is, is ze dan goed?
Kan liefde goed zijn, als ze lijden doet?
En is ze slecht, geniet men daar dan van?
Wat klaag ik als ik zelf beslissen kan?
Heeft klagen zin als ik beminnen moet?
O dood die leven geeft, o leed zo zoet,
geniet ik van de dwang van een tiran?
Zo dool ik stuurloos rond op hoge zee,
bij wisselende wind. Mijn schip is zwaar
van twijfel en draagt weinig wijsheid mee,
zodat ik, niet meer wetend wat ik wil,
het gloeiend warm heb in de winter, maar
in hartje zomer van de koude ril.