5.1 en 5.2 Samenwerking en conflict

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

5.1 en 5.2 Samenwerking en conflict

Periode 3

Wat we gaan behandelen: hoofdstuk 5, 6 en 7

Toets en starten met het onderzoeksPO

Hoofdstuk 5: de ontwikkeling van het welvaartsvraagstuk: welke ontwikkelingen zijn er geweest in hoe we onze welvaart verdelen?

Leerdoelen

-Ik kan uitleggen wat het kernconcept samenwerken inhoudt.

-Ik kan uitleggen wat het kernconcept conflict inhoudt.

-Ik kan collectieve en private goederen onderscheiden.

Welke situatie zou je liever willen?
a. Jij hebt 10.000 euro en je klasgenoten 20.000
b. Jij hebt 7.000 euro en je klasgenoten 3.500

A

B

Schaarste

Schaarste: iets waar weinig van is, maar waar we wel veel waarde aan hechten. 

De vraag is: hoe verdeel je schaarse goederen eerlijk?

Hoe behalen mensen doelen?

Mensen zijn erg succesvol als soort: we kunnen op verschillende manieren omgaan met situaties waarin belangen botsen. 

Grofweg zijn er twee strategieën om doelen te behalen.

 

Samenwerken: het proces waarin individuen, groepen en/of staten relaties vormen om hun handelen op elkaar af te stemmen voor een gemeenschappelijk doel.

Conflict: een situatie waarin individuen, groepen en/of staten elkaar tegenwerken om de eigen doelen te bereiken.

Hoe kan 'conflict' er in de samenleving uit zien? Bedenk minimaal drie manieren waarop mensen en groepen in conflict kunnen gaan.

Collectieve en private goederen

Samenwerken kan ook om algemene belangen na te streven. Dus zaken die voor iedereen belangrijk zijn. 

Collectieve goederen:
-Niemand kan/mag ervan worden buitengesloten

-Iedereen moet mee betalen

-Het gaat niet 'op’ (Bijv. schoon water,
onderwijs, zorg, wegen, veiligheid)

Alle andere goederen zijn private goederen.

Collectief goed

Privaat goed

Dijken die beschermen tegen water

Tolwegen

Onderwijs

Privé school

Schone lucht

Villa met zwembad

De trein

Leerdoelen

-Ik kan uitleggen wat het kernconcept samenwerken inhoudt.

-Ik kan uitleggen wat het kernconcept conflict inhoudt.

-Ik kan collectieve en private goederen onderscheiden.

Opdracht

Lezen: paragraaf 5.2

Maken: opdracht 4 (behalve vraag 8 en 9) en opdracht 8 (blz. 89 en 91)

-> bespreken we vrijdag