Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
§1.1 produceren
1.1 Begrippen
Beroepsbevolking
Particuliere sector
Vier sectoren
Productiefactoren (KANO)
Verschillende kleuren werk (wit, grijs en zwart)
1 / 21
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
In deze les zitten
21 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
1.1 Begrippen
Beroepsbevolking
Particuliere sector
Vier sectoren
Productiefactoren (KANO)
Verschillende kleuren werk (wit, grijs en zwart)
Slide 1 - Tekstslide
Werklozen
Beroepsbevolking
Beroepsbevolking:
Alle mensen tussen 15 en pensioen-leeftijd die werken of werkloos zijn
Werkzame beroepsbevolking:
Het werkzame deel van de beroepsbevolking
Slide 2 - Tekstslide
Beroepsbevolking:
Alle mensen tussen 15 en pensioen-leeftijd die werken of werkloos zijn
Werkzame beroepsbevolking:
Het werkzame deel van de beroepsbevolking
Slide 3 - Tekstslide
Collectieve sector
Collectieve goederen
Daar maken wij samen gebruik van.
Bijvoorbeeld: een dijk
Semicollectieve goederen
Overheid vind het beter als zij het regelen.
Bijvoorbeeld: onderwijs
Individuele goederen
Bijvoorbeeld: ID en paspoort
(hiervoor betaal je retributie)
Goederen
Marktsector
Individuele goederen
Bijvoorbeeld: smartphones en scooters.
Winst maken is het doel.
Privatiseren
Een overheidsbedrijf wordt verkocht aan een ondernemer/bedrijf en gaat dan winst maken
Slide 4 - Tekstslide
Productiesectoren
Er zijn vier productiesectoren waarin je kunt werken:
Primaire sector: landbouw, visserij, winning delfstoffen
Secundaire sector: industrie, bouw, ambachten(slager)
Tertiaire sector: commerciële dienstverlening zoals winkels, banken en transportbedrijven
Quartaire sector: niet commerciële dienstverlening zoals scholen, ziekenhuizen en overheidsdiensten
Slide 5 - Tekstslide
Arbeid en productie worden ingedeeld in
vier productiesectoren
Primaire sector (landbouwsector)
Landbouw, visserij, winning van delfstoffen
Secundaire sector (industriesector)
Industrie, bouw, ambachten (zoals bakkers)
Tertaire sector (dienstensector)
Commerciële dienstverlening (winkels, banken, transportbedrijven, etc)
Quartaire sector
Niet-commerciële dienstverlening (gezondheidszorg, overheidsdiensten, etc)
Slide 6 - Tekstslide
Productiefactoren
Alles wat je nodig hebt, kun je indelen in de volgende productiefactoren:
K
apitaal
A
rbeid
N
atuur
O
ndernemerschap
Slide 7 - Tekstslide
Productiefactoren
Middelen die je nodig hebt om te kunnen produceren
er zijn in totaal 4 productiefactoren:
K
apitaal--> machines en gebouwen
A
rbeid--> werknemers
N
atuur-->alles wat zonder bewerking uit de natuur komt
O
ndernemerschap-->de ondernemer combineert
de productiefactoren.
Slide 8 - Tekstslide
Wit werk
Betaald werk, waarover belasting en sociale premies wordt betaald.
Grijs / zwart werk
-
grijs
werk: onbetaald werk
-
zwart
werk: betaald werk, zonder belasting en sociale premies te betalen.
Dit is strafbaar!
Slide 9 - Tekstslide
Wit, grijs of zwart werk?
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
zwart werk
A
betalen je belasting
B
betalen je premie
C
betaal je geen belasting
D
betaal je geen btw
Slide 12 - Quizvraag
bij wit werk betaal je:
A
geen belasting maar wel premie
B
wel belasting maar geen premie
C
wel belasting en premie
Slide 13 - Quizvraag
Wat is de beroepsbevolking?
A
Iedereen die werkt of werkloos is
B
Iedereen die werkt
C
Iedereen van 15 jaar tot de pensioenleeftijd die werkt
D
Iedereen van 15 jaar tot de pensioenleeftijd die werkt of werkloos is
Slide 14 - Quizvraag
grijs werk
A
accountant
B
docent
C
collectant van leger des Heils
D
schoonmaker
Slide 15 - Quizvraag
Wat is een nadeel van zwart werken?
A
Je verdiend minder
B
Je moet sociale premies afdragen
C
Je bent niet verzekerd
Slide 16 - Quizvraag
Er zijn 3 productiefactoren, welke is geen productiefactor?
A
Natuur
B
Werk
C
Arbeid
D
Kapitaal
Slide 17 - Quizvraag
Wat hoort niet tot ´wit werken´
A
Politieagent
B
Docent
C
Arts
D
Vrijwilliger
Slide 18 - Quizvraag
Wat is het
indexcijfer
voor 2009?
Jaar
2007
2008
2009
aantal (milj)
18,6
19,8
19,4
indexcijfer
100
106
??
Slide 19 - Open vraag
Wat voor indexcijfer heeft het basisjaar altijd?
Slide 20 - Open vraag
Patatprijs
2015 - 2,75 - indexcijfer 89
2016 - 3,10 - indexcijfer 100
2017 - 3,00 - indexcijfer ?
2018 - ? - indexcijfer 95
Reken de vraagtekens uit
Slide 21 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
§1.1 produceren
Augustus 2024
- Les met
27 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
§1.1 produceren
Augustus 2024
- Les met
15 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Economie: Productiefactoren, Productiesectoren en Indexcijfers
Juli 2023
- Les met
15 slides
leerjaar 3 hst 4 les 3
Januari 2020
- Les met
20 slides
Economie
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Paragraaf 1 Produceren
November 2021
- Les met
19 slides
Economie
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 4
Paragraaf 1 Produceren
Augustus 2021
- Les met
20 slides
Economie
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 4
Productiesectoren
Januari 2019
- Les met
15 slides
door
economie voor vmbo
Economie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3,4
economie voor vmbo
§1.1 Produceren
Januari 2024
- Les met
23 slides
Economie
Middelbare school
vmbo k, mavo
Leerjaar 4