Articles

Welcome
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Welcome

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

The
Als je in het Nederlands de lidwoorden de of het voor een zelfstandig naamwoord zet, dan gebruik je in het Engels het lidwoord the

Dit lidwoord is het bepaalde lidwoord, dat altijd naar iets specifieks verwijst (the bike = de fiets).


Slide 6 - Tekstslide

The
Bij instellingen als hospital, school, prison, college, university, church gebruik je geen 'the' als je denkt aan het gebruik van de gebouwen, en niet aan de gebouwen zelf. 

Ook bij straatnamen, jaargetijden en maaltijden wordt het lidwoord meestal weggelaten

Slide 7 - Tekstslide

The
We go to school every week.
He is in hospital now.
I live on Sloterkade 167 in Amsterdam.
I am going for lunch now. 

Je gebruikt wel "the" als je echt het gebouw bedoelt: 
She had been wandering around the hospital all night.

Slide 8 - Tekstslide

Exercise 1: use the correct articles


Slide 9 - Tekstslide

What ___ interesting place!
A
the
B
a
C
an
D
-

Slide 10 - Quizvraag

You should never look directly at ___ sun.
A
the
B
a
C
an
D
-

Slide 11 - Quizvraag

My brother's girlfriend is ___ architect.
A
the
B
a
C
an
D
-

Slide 12 - Quizvraag

My grandmother is ___ oldest person in my family.
A
the
B
a
C
an
D
-

Slide 13 - Quizvraag

My cousins live in ___ really nice house.
A
the
B
a
C
an
D
-

Slide 14 - Quizvraag

Do you still live in ___ Bristol?
A
the
B
a
C
an
D
-

Slide 15 - Quizvraag

Where can I buy ___ USB cable?
A
the
B
a
C
an
D
-

Slide 16 - Quizvraag

There's a lot you can do in ___ hour.
A
the
B
a
C
an
D
-

Slide 17 - Quizvraag

I like ___ Italian food very much.
A
the
B
a
C
an
D
-

Slide 18 - Quizvraag