H2P2.2

Afzet en opbrengst (TO)
Afzet: aantal verkochte stuks

voorbeeld: Ik heb 12 telefoons verkocht --> afzet: 12

Omzet = P x Q (Afzet x Verkoopprijs)

voorbeeld: ik heb  12 telefoons voor € 500 verkocht --> omzet: € 6.000
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Afzet en opbrengst (TO)
Afzet: aantal verkochte stuks

voorbeeld: Ik heb 12 telefoons verkocht --> afzet: 12

Omzet = P x Q (Afzet x Verkoopprijs)

voorbeeld: ik heb  12 telefoons voor € 500 verkocht --> omzet: € 6.000

Slide 1 - Tekstslide

Een bedrijf verkoopt 1.600 producten tegen een verkoopprijs van € 12. De producten zijn ingekocht voor € 2.

Wat is de totale afzet?

Slide 2 - Open vraag

Een bedrijf verkoopt 1.600 producten tegen een verkoopprijs van € 12. De producten zijn ingekocht voor € 2.

Wat is de totale opbrengst?

Slide 3 - Open vraag

Belangrijkste formules:
Q = afzet                                    (QV vaak als afzet gehanteerd)
TO = P x Q --> Omzet
TK = Totale kosten = TVK + TCK
TVK = Totale variabele kosten = Q x variabele kosten per product
TCK = Totale constante/vaste kosten
Kostprijs = Kosten per product = TK/Q of TVK + (TCK/Q)

Slide 4 - Tekstslide

Marktmechanisme
Vragers                                              Aanbieders
                                    =
                                  Prijs

Vragers: Degene die een product willen kopen
Aanbieders: Degene die een product aanbieden

Slide 5 - Tekstslide

Hoe hoger de prijs, hoe ..... het aanbod
A
Hoger
B
Lager

Slide 6 - Quizvraag

Aanbodlijn (Qa)
Hoe lager de prijs... hoe lager het aanbod
Hoe hoger de prijs... dan hoger het aanbod

Als de prijs verandert is er dus vanuit de aanbodlijn af te lezen, wat er met het aanbod gebeurt

Slide 7 - Tekstslide

Wat is het aanbod bij € 0,40?

Slide 8 - Open vraag

Waarom start de aanbodlijn niet op 0,0?

Slide 9 - Open vraag

Aanbodlijn verwerkt in een formule (Qa)
Het aanbod kan ook weergegeven worden in een formule.
Met deze formule is het mogelijk om zelf een aanbodlijn te maken.

De formule kan bijvoorbeeld zijn:

Qa = 25.000P - 10.000

Door een prijs in te voeren bereken je het aanbod bij die prijs

Slide 10 - Tekstslide

Aanbodlijn verwerkt in een formule (Qa)

Qa = 25.000P -10.000
Bijvoorbeeld een prijs van € 4

 25.000 x 4 -10.000 = 90.000

Slide 11 - Tekstslide

Wat is het aanbod bij een prijs van € 6, indien Qa = 25.000P – 10.000 is?

Slide 12 - Open vraag

Verschuiving langs de aanbodlijn



De prijs gaat omhoog = meer aanbod. Verschuiving langs of op de aanbodlijn

Slide 13 - Tekstslide

Verschuiving van lijn
Bedrijven kunnen goedkoper produceren en bieden meer aan. 
Reden: Technische vernieuwing (Innovatie)
Meer aanbod = Lijn naar rechts.

Slide 14 - Tekstslide

Paragraaf 2 vraag 8,9,10 af

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video