In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Thema 4 Evolutie
B7
Ontstaan van soorten
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoel B7
Je kunt manieren van reproductieve isolatie beschrijven
- door geografische verschillen - door verschil in gedrag
Je kunt aan de hand van het eilandbiogeografiemodel de eilandtheorie uitleggen
Slide 2 - Tekstslide
Ontstaan van soorten
Voor het ontstaan van nieuwe soorten, moet langere tijd geen uitwisseling van genen zijn: reproductieve isolatie
Vindt in één populatie een mutatie plaats, dan komt die niet in de andere populatie. Na een tijdje zijn ze zó verschillend, dat het twee soorten zijn geworden.
Reproductieve isolatie kan plaatsvinden door geografische isolatie (bv. een bergketen) --> allopatrische soortvorming
Slide 3 - Tekstslide
Sympatrische soortvorming
Een andere oorzaak kan zijn verschillen in gedrag: de organismen begrijpen elkaar niet (meer).
Of door polyploïdie: een meervoud van het diploïde aantal chromosomen in een (deel van een) organisme
Polyploïdie ontstaat door fout tijdens de mitose
Slide 4 - Tekstslide
Eilandtheorie
In het voorkomen van het aantal soorten op eilanden zag Darwin een wetmatigheid:
- hoe groter het eiland, hoe meer soorten.
- hoe verder van het vaste land, hoe minder soorten.
Na verloop van tijd ontstaat een evenwicht tussen immigratie en uitsterven.
De eilandtheorie beschrijft dus de biodiversiteit in relatie tot de grootte van een eiland (of een ander geïsoleerd ecosysteem) en de afstand tot het vaste land (of tot andere ecosystemen).
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Eilandtheorie
Groottevan het eiland beïnvloedt de snelheid van uitsterven:
- Klein eiland: veel concurrentie -> soorten sterven sneller uit.
- Groot eiland: minder concurrentie -> soorten sterven minder snel uit.
Groene lijnen in de grafiek.
Slide 8 - Tekstslide
93C
Slide 9 - Tekstslide
Eilandtheorie
Afstandvan het eiland tot het vaste land (bron van migratie)
- Dichtbij: veel migratie
- Ver weg: weinig migratie
Meer bij groot eiland dan bij klein eiland door meer beschikbare niches!
Rode lijnen in de grafiek.
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Eilandtheorie
Dynamisch evenwicht: het punt waarop de immigratie gelijk is aan de snelheid van uitsterven.
De biodiversiteit blijft gelijk.
Er verdwijnen wel soorten en die worden vervangen door nieuwe.
Slide 12 - Tekstslide
Eilandtheorie
De eilandtheorie voorspelt dus de grootte van de biodiversiteit van geïsoleerde gebieden, zoals eilanden, bergtoppen, meren en bossen.
Slide 13 - Tekstslide
Binas 93C
Slide 14 - Tekstslide
Eilandtheorie op de Wadden
Welke Waddeneiland heeft de grootste biodiversiteit?
Waar meer soorten vanuit Den Helder?
Verklaar met de eilandtheorie van BINAS 93C.
A Texel
B Ameland
C Terschelling
Slide 15 - Tekstslide
Aan de slag
Slide 16 - Tekstslide
Maak opdracht 93 t/m 101
Lees daarna de context 'Evolutie in een meer' en
maak opdracht 102
Check je leerdoelen met de Flitskaarten en Test Jezelf en
vink alles af in Magister.me
Volgende week gaan we de samenhang en de examentrainer maken.
Slide 17 - Tekstslide
Op de volgende slides staan drieoefentoetsen van het hele hoofdstuk. Deze moet je volgende week ook maken en je percentages invullen die je gescoord hebt.