Workshop ADHD

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Zijn jullie het eens of oneens met de afbeelding?
A
Eens
B
Oneens

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Tekstslide

Doel
  • Wat is ADHD en kenmerken hiervan.
  • Dat je je kunt verplaatsen in een student met ADHD.
  • Je tips mee te geven voor in de klas.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is ADHD
3 symptomen aandacht te kort, impulsiviteit en hyperactiviteit.

4 hersen gebieden iets kleiner.
De basale ganglia> stemming te reguleren en impulsieve uitbarstingen te reguleren.
De wormvormige structuur van het cerebellum > evenwicht, ritme gecoordineerde beweging en met taal.
De voorhoofdkwabben > Helpen bij het organiseren, tijdsindeling en besluiten maken.

Slide 6 - Tekstslide

     Positieve eigenschappen

  • Veel aanleg voor creativiteit
  • Een originele manier van denken
  • Neiging tot ongebruikelijke kijk op het leven.
  • Veel humor.
  • Goed doorzettingsvermogen en vasthoudendheid zo  niet koppig.
  • Hartelijk en gul gedrag 
       Negatieve eigenschappen.

  • Moeite met orde scheppen.
  • Moeite met op tijd komen.
  • Moeite met tijd indelen.
  • Opzoek gaan naar sterke prikkels.
  • Slecht in staat zijn om eigen talenten te waarderen of zwakheden te herkennen.
  • Zijn vaak verslavend gevoelig

Slide 7 - Tekstslide

oorzaak van ADHD& kan het overgaan
Familie > 1 ouder 30% kans. 2 ouders 50% kans.

Zuurstoftekort tijdens de geboorte.
Alcohol drinken tijden de zwangerschap.

Overgaan.
30 tot 40% bij de kinderen kan het weg gaan> door groeien van hersens.

Slide 8 - Tekstslide

Wat zijn volgens jou kenmerken/eigenschappen van een student met ADHD in de klas?

Slide 9 - Woordweb

Studenten met ADHD hebben moeite met.
  • Aan het werk te gaan en blijven.
  • Aanwijzingen op te volgend.
  • Hun werkt te organiseren en af te maken.
  • De hoofd- van de bijzaken te onderscheiden.
  • Zich te herinneren wat ze van plan waren.
  • Zich te herinneren waar ze hun spellen laten.
  • Prikkels van buiten te negeren

Slide 10 - Tekstslide

Gedrag in de klas.
  • Zijn voortdurend in de weer en draven maar door.
  • Praten aan een stuk.
  • Zijn rusteloos.
  • Houden zich tijdens de les bezig met andere zaken: krassen pennen         demonteren, praten met de buren.
  • Gooien het antwoord er al uit voordat de vraag afgemaakt is.
  • Verstoren bezigheden van anderen of dringen zich op.

Slide 11 - Tekstslide

Beste aanpak in de klas
  • Geeft korte duidelijke opdrachten en herhaal
  • Zorg voor voldoende prikkelende uitdagende stof.
  • Afwisselende werkvormen gebruiken.
  • Beloon ,complimenteer, ga geen discussies aan
  • Geef alternatieven bij ongewenst gedrag en benoem hierbij het gewenste gedrag.
  • Plan rust en ontspanningsmomenten gedurende les 

Slide 12 - Tekstslide

Tips wat je juist niet moet doen
  • Zonder begeleiding laten samenwerken.
  • Gedrag bestraffen zonder alternatieven aan te bieden.
  • Bij raam of deur neerzetten

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide