4 ZORG-ETHISCHE PRINCIPES
Weldoen: gericht op het verrichten van een handeling.
Niet schaden: gericht op het afzien van een bepaalde handeling.
Autonomie: dat een mens tot op zekere hoogte in staat is zijn eigen keuzen te maken op basis van een eigen oordeel over goed en kwaad (geweten).
Rechtvaardigheid: dat je uitgaat van een fundamenteel gelijkheidsbeginsel.