Klassikale examentrainingles 4 (tijdens excursie tekenen)

Op weg naar het eindexamen

Doel:
  • Een betere lezer worden / wennen aan langere teksten
  • Hoger scoren op je centraal examen
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Op weg naar het eindexamen

Doel:
  • Een betere lezer worden / wennen aan langere teksten
  • Hoger scoren op je centraal examen

Slide 1 - Tekstslide

Klassikale examentraining 5H
Doelen van deze les:
- herhaling vaste tekststructuren (indeling van de tekst)
- Oefenen met examenvragen

Slide 2 - Tekstslide

Tekststructuren...
Vaste recepten voor een tekst: ingrediënten voor inleiding, middenstuk en slot
Welke zeven vaste tekststructuren ken je?
  • 1. argumentatiestructuur
  • 2. aspectenstructuur
  • 3. probleem-oplossingstructuur
  • 4. verklaringsstructuur
  • 5. verleden-heden(-toekomst)structuur
  • 6. voor- en nadelen structuur
  • 7. vraag-antwoord structuur



Slide 3 - Tekstslide

Vaste tekststructuren
Waar vind je deze theorie?
Boek Nieuw Nederlands
Hoofdstuk Basis
Paragraaf: Middenstuk

Slide 4 - Tekstslide

Vaste tekststructuren
Tekst 'Ridder' blz. 9
Vraag: welke tekststructuur herken je in deze tekst?
Overleg in groepjes van 
3 of 4. Probeer het eens te 
worden!
1. argumentatiestructuur
2. aspectenstructuur
3. probleem-oplossingstructuur
4. verklaringsstructuur
5. verleden-heden(-toekomst)structuur
6. voor- en nadelen structuur
7. vraag-antwoord structuur

Slide 5 - Tekstslide

Vaste tekststructuren
Tekst 'Ridder' blz. 9
Welke tekststructuur herken je in deze tekst?
1. argumentatiestructuur
2. aspectenstructuur
3. probleem-oplossingstructuur
4. verklaringsstructuur
5. verleden-heden(-toekomst)structuur
6. voor- en nadelen structuur
7. vraag-antwoord structuur

Slide 6 - Tekstslide

Vaste tekststructuren
Tekst 'Ridder' blz. 9
Nog andere vragen bij deze tekst?
(opgave 36-41 gemaakt en nagekeken?)

Slide 7 - Tekstslide


Welke structuur zou je herkennen in deze tekst?
tekst 1
Inleiding: het probleem (bijv. klimaatverandering)
Middenstuk: waarom het een probleem is/oorzaken/oplossingen
Slot: de beste oplossing

  • Voorbeeld:
    Een krantenbericht over het klimaat
    Doel: informeren

Slide 8 - Tekstslide

Welke structuur zou je herkennen in deze tekst?
1 Probleem-oplossingsstructuur
Inleiding: het probleem (bijv. klimaatverandering)
Middenstuk: waarom het een probleem is/oorzaken/oplossingen
Slot: de beste oplossing

  • Voorbeeld:
    Een krantenbericht over het klimaat
    Doel: informeren

Slide 9 - Tekstslide

Welke structuur zou je herkennen in deze tekst?
tekst 2
Inleiding: onderwerp introduceren (bijv. mode)
Middenstuk: het onderwerp vroeger; hoe het nu is
Slot: conclusie of vooruitblik naar later

  • Voorbeeld:
    Een artikel over mode, toen en nu
    Doel: informeren

Slide 10 - Tekstslide

Welke structuur zou je herkennen in deze tekst?
2. Verleden-heden(-toekomst)structuur
Inleiding: onderwerp introduceren (bijv. mode)
Middenstuk: het onderwerp vroeger; hoe het nu is
Slot: conclusie of vooruitblik naar later

  • Voorbeeld:
    Een artikel over mode, toen en nu
    Doel: informeren

Slide 11 - Tekstslide

Welke structuur zou je herkennen in deze tekst?
tekst 3
Inleiding: een verschijnsel (bijv. neerslag in bergachtig gebied)
Middenstuk: voorbeelden/uitleg waarom dat zo is
Slot: samenvatting/conclusie

  • Voorbeeld:
    Een hoofdstuk uit een schoolboek aardrijkskunde
    Doel: informeren

Slide 12 - Tekstslide

Welke structuur zou je herkennen in deze tekst?
3. Verklaringsstructuur
Inleiding: een verschijnsel (bijv. neerslag in bergachtig gebied)
Middenstuk: voorbeelden/uitleg waarom dat zo is
Slot: samenvatting/conclusie

  • Voorbeeld:
    Een hoofdstuk uit een schoolboek aardrijkskunde
    Doel: informeren

Slide 13 - Tekstslide

Welke structuur zou je herkennen in deze tekst?
tekst 4
Inleiding: er wordt een vraag gesteld. 'Hoe kan jeugdcriminaliteit worden
                                  teruggedrongen?'
Middenstuk: een antwoord, of meerdere antwoorden
Slot: samenvatting/conclusie (antwoord op de vraag)

  • Voorbeeld: achtergrondartikel in krant
    Doel: informeren

Slide 14 - Tekstslide

Welke structuur zou je herkennen in deze tekst?
4. vraag-antwoordstructuur
Inleiding: er wordt een vraag gesteld. 'Hoe kan jeugdcriminaliteit worden
                                  teruggedrongen?'
Middenstuk: een antwoord, of meerdere antwoorden
Slot: samenvatting/conclusie (antwoord op de vraag)

  • Voorbeeld: achtergrondartikel in krant
    Doel: informeren

Slide 15 - Tekstslide

Welke structuur zou je herkennen in deze tekst?
tekst 5
Inleiding: onderwerp, bijvoorbeeld: verzuimprotocol
Middenstuk: diverse aspecten van het onderwerp: te laat komen, spijbelen,
                           preventie, consequenties, verantwoordelijkheid.
Slot: samenvatting (maar niet altijd)

  • Voorbeeld: verzuimprotocol van een school
    Doel: informeren

Slide 16 - Tekstslide

Welke structuur zou je herkennen in deze tekst?
5. Aspectenstructuur
Inleiding: onderwerp, bijvoorbeeld: verzuimprotocol
Middenstuk: diverse aspecten van het onderwerp: te laat komen, spijbelen,
                           preventie, consequenties, verantwoordelijkheid.
Slot: samenvatting (maar niet altijd)

  • Voorbeeld: verzuimprotocol van een school
    Doel: informeren

Slide 17 - Tekstslide

Welke structuur zou je herkennen in deze tekst?
tekst 6
Inleiding: standpunt, stelling. Iedereen van 16 jaar en ouder zou stemrecht 
                                                         moeten hebben.
Middenstuk: argumenten, tegenargumenten met weerleggingen.
Slot: herhaling stelling

  • Voorbeeld: ingezonden brief of een betoog 
    Doel: overtuigen

Slide 18 - Tekstslide

Welke structuur zou je herkennen in deze tekst?
6. argumentatiestructuur
Inleiding: standpunt, stelling. Iedereen van 16 jaar en ouder zou stemrecht 
                                                         moeten hebben.
Middenstuk: argumenten en tegenargumenten met weerleggingen.
Slot: herhaling stelling

  • Voorbeeld: ingezonden brief of een betoog 
    Doel: overtuigen

Slide 19 - Tekstslide

Welke structuur zou je herkennen in deze tekst?
tekst 7
Inleiding: onderwerp. Kan je beter wel of geen elektrische step kopen?
Middenstuk: voor- en andelen
Slot: afweging en conclusie

  • Voorbeeld: tijdschriftartikel 
    Doel: opiniëren

Slide 20 - Tekstslide

Welke structuur zou je herkennen in deze tekst?
7. voor- en nadelenstructuur
Inleiding: onderwerp. Kan je beter wel of geen elektrische step kopen?
Middenstuk: voor- en andelen
Slot: afweging en conclusie

  • Voorbeeld: tijdschriftartikel 
    Doel: opiniëren

Slide 21 - Tekstslide

tekststructuren
Verschillende recepten voor een goed
opgebouwde tekst
passend bij
tekstdoel
- de hoofdgedachte


  1. vraag-antwoord S.
  2. argumentatie S. 
  3. Aspecten S.
  4. probleem-oplossing S.
  5. Verleden, heden, (toekomst) S.
  6. Verklarings S.
  7. Voor- en nadelen S.

Slide 22 - Tekstslide

Verder oefenen met examenvragen
Maak opgave 1-6 (blz. 19 en 20) bij tekst 1 (blz. 16-18)
'Leve de vleesetende vegetariër - Wantrouw de rechtlijnigen'

Deze tekst komt uit het havo-examen van 2021 - I

Slide 23 - Tekstslide

Antwoorden opgave 1-6 (examen 2021 I, tekst 1)
1 maximumscore 1
“Diervriendelijk vlees bestaat niet” (regels 1-2) (Beoordeel de spelling.)
2 maximumscore 1
(alinea) 5
3 maximumscore 1
(alinea) 10
4 D 1
5 maximumscore 1
De kern van een goed antwoord is:
consequent (zijn) / consequentie (Beoordeel de spelling.)
6 B 1

Slide 24 - Tekstslide