▪ Cliënten hebben vertrouwen en accepteren de aanwezigheid en aangereikte hulp van de
thuisbegeleider om problemen tot een voor de cliënt hanteerbare schaal terug te brengen;
▪ Cliënten hebben basisvaardigheden geleerd om zelf de zorg te organiseren en uit te voeren;
▪ Cliënten zijn beter in staat zelf keuzes te maken en eigen verantwoordelijkheid te nemen;
▪ Cliënten zijn in staat zelf een vangnet op te bouwen en hun netwerk te betrekken;
▪ Cliënten pakken de draad weer op en kunnen zelfstandig verder. Ze beschikken over
handvatten hoe om te gaan met situaties, belemmeringen of vragen;
▪ Cliënten kennen hun eigen mogelijkheden (en beperkingen) en weten wat ze nodig hebben.