3 vmbo-b 2.3: veranderingen in de puberteit deel 2

thema 2 voortplanting en seksualiteit
2.3 veranderingen in de puberteit deel 2
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

thema 2 voortplanting en seksualiteit
2.3 veranderingen in de puberteit deel 2

Slide 1 - Tekstslide

wat gaan we vandaag doen?
herhalen vorige les: 2.3 deel 1
leerdoelen vandaag
nieuwe theorie: 2.3 veranderingen in de puberteit deel 2
zelf aan de slag
herhalen leerdoelen

Slide 2 - Tekstslide

waar worden vrouwelijke geslachtshormonen gemaakt?
A
eierstokken
B
eileider
C
baarmoeder

Slide 3 - Quizvraag

waar worden mannelijke geslachtshormonen gemaakt?
A
prostaat
B
teelballen
C
zaadblaasjes

Slide 4 - Quizvraag

primaire geslachtskenmerken zijn aanwezig vanaf je geboorte
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een van de secundaire geslachtskenmerken bij een vrouw?
A
vagina
B
borsten
C
schaamlippen
D
baarmoeder

Slide 6 - Quizvraag

Wat is een secundair geslachtskenmerk van de man?
A
penis
B
balzak
C
baardgroei
D
prostaat

Slide 7 - Quizvraag

leerdoelen vandaag
Aan het einde van de les:
- kan je de menstruatiecyclus beschrijven
- kan je de kenmerken en functie van een eicel noemen
- kan je de kenmerken en functie van een zaadcel noemen

Slide 8 - Tekstslide

menstruatiecyclus
Een ander woord voor menstruatie is 'ongesteld zijn'

vanaf de puberteit tot aan de overgang

maandelijks; 3-5 dagen

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

menstruatie
Een deel van het baarmoederslijmvlies met wat bloed komt door de vagina naar buiten.

Slide 11 - Tekstslide

2.3 Veranderingen in de puberteit
Tijdens de menstruatie kan het meisje buikkrampen hebben.
Dat komt doordat de spieren in de baarmoederwand samentrekken.
Dit helpt om het slijmvlies naar buiten af te voeren.




Slide 12 - Tekstslide

2.3 Veranderingen in de puberteit
Na de menstruatie wordt het baarmoederslijmvlies weer opgebouwd.
Dit gebeurt onder invloed van vrouwelijke geslachtshormonen.

Ondertussen rijpt er een eicel.
Ongeveer 14 dagen na het begin van de menstruatie vindt de ovulatie (eisprong) plaats.
Het slijmvlies van de baarmoeder is dan dik.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

2.3 Veranderingen in de puberteit
Als de eicel niet wordt bevrucht, wordt het baarmoederslijmvlies weer afgebroken.
Ongeveer 14 dagen na de eisprong begint de menstruatie.

Als de eicel wel wordt bevrucht, blijft het baarmoederslijmvlies dik. De vrouw wordt dan niet ongesteld.

Slide 15 - Tekstslide

2.3 Veranderingen in de puberteit
De menstruatiecyclus duurt niet bij iedereen even lang.
Hij kan ook onregelmatig zijn, vooral de eerste jaren.

Een vrouw kan ongesteld zijn vanaf de puberteit tot aan de overgang (rond het 50e levensjaar)

Slide 16 - Tekstslide

Links zie je een afbeelding van een eicel en een zaadcel.

Ze zien er verschillend uit.

Slide 17 - Tekstslide

2.3 Veranderingen in de puberteit
eicel:
- een eicel is groot
- een eicel bevat voedingsstoffen
- een eicel kan zichzelf niet voortbewegen

Slide 18 - Tekstslide

2.3 Veranderingen in de puberteit
zaadcel:
- een zaadcel is erg klein
- een zaadcel heeft een kop en een zweepstaart
- de zweepstaart zorgt voor voortbeweging van de zaadcel
- een zaadcel bevat geen voedingsstoffen
- een zaadcel haalt voedingsstoffen uit het vocht van de zaadblaasjes en de prostaat

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Vragen?

Slide 23 - Tekstslide

zelf aan de slag
2.3 Veranderingen in de puberteit (vanaf menstruatie): lees de tekst en maak de opdrachten:

opdracht 4 t/m 8 maken
(vanaf blz. 113)

Slide 24 - Tekstslide

herhalen leerdoelen
Aan het einde van de les:
- kan je de menstruatiecyclus beschrijven
- kan je de kenmerken en functie van een eicel noemen
- kan je de kenmerken en functie van een zaadcel noemen

Slide 25 - Tekstslide