H3.3 Hoe werkt de markt? (les 8)

Vandaag

  • Leg je boek (+schrift) klaar. Pen/potlood. 

  • GEEN TASSEN OF ANDERE SPULLEN OP TAFEL.

timer
15:00
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Vandaag

  • Leg je boek (+schrift) klaar. Pen/potlood. 

  • GEEN TASSEN OF ANDERE SPULLEN OP TAFEL.

timer
15:00

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Praktische opdracht
H3.3 Hoe werkt de markt?

Slide 2 - Tekstslide

Praktische opdracht


Deadline: 16-02-2024

6 ingeleverd!
4 x NIET ingeleverd.


Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik kan met voorbeelden aangeven wat het verschil is tussen een homogeen en heterogeen product.
  • Ik kan verschillen benoemen tussen de verschillende marktvormen.

Slide 4 - Tekstslide

H3.3 Hoe werkt de markt?

Slide 5 - Tekstslide

Marktvorm

Slide 6 - Tekstslide

Marktvorm
Om te bepalen van wat voor marktvorm er sprake is kijk je naar:

  • Het type product: homogeen of heterogeen
  • Het aantal aanbieders op de markt

Slide 7 - Tekstslide

Homogeen product
Gelijksoortige producten.

Bijvoorbeeld benzine 98
 

Slide 8 - Tekstslide

Heterogeen product
Van elkaar verschillende producten.

Frisdrank, kleding ect

Slide 9 - Tekstslide

Marktvormen

Slide 10 - Tekstslide

Schrijf dit op in je schrift!

Slide 11 - Tekstslide

Volkomen concurrentie 
Een perfect werkende, transparante markt die voor iedereen toegankelijk is.

Slide 12 - Tekstslide

Volkomen concurrentie 
Eigenschappen:
  • Exact dezelfde producten
  • Veel vragers en veel aanbieders
  • De markt is transparant
  • Aanbieders kunnen toetreden en vertrekken wanneer ze willen

Slide 13 - Tekstslide

Volkomen concurrentie 
Eén aanbieder kan de marktprijs niet veranderen: de aanbieder is een hoeveelheids-aanpasser.

Slide 14 - Tekstslide

Hoeveelheids-aanpasser
Een producent die alleen zijn hoeveelheid kan aanpassen. De marktprijs is voor de producent een vast gegeven.

Slide 15 - Tekstslide

Monopolie
Een ondernemer die de enige aanbieder is en de prijs op de markt kan bepalen.

Bij een monopolie is er één aanbieder en veel vragers.

Slide 16 - Tekstslide

Monopolistische concurrentie
Markt met veel vragers en een heterogeen product.

Slide 17 - Tekstslide

Monopolistische concurrentie
Bij monopolistische concurrentie kunnen aanbieders hun eigen prijs bepalen als:
  • De producten niet exact hetzelfde zijn en
  • Het aantal aanbieders groot is.


Slide 18 - Tekstslide

Oligopolie
Marktvorm met weinig aanbieders en veel vragers.

Om deze concurrentie te verminderen kunnen oligopolisten:
  • Verboden kartelafspraken, over prijs, productieomvang, verdeling van de markt, etc.
  • Prijsverlagingen doorvoeren. Dit kan leiden tot een prijzenoorlog.

Slide 19 - Tekstslide

Kartel
Producenten maken verboden afspraken met concurrenten om de concurrentie te verminderen.

Slide 20 - Tekstslide

Aan de slag!

blz 78 t/m 81
opdrachten 29 + 34 + 36 + 38

timer
15:00

Slide 21 - Tekstslide

HW
blz 78 t/m 81
opdrachten 29 + 34 + 36 + 38



Slide 22 - Tekstslide