H2 Interpersoonlijke communicatie MWWE

1 / 54
volgende
Slide 1: Tekstslide
Psychologie & SociologieSecundair onderwijs

In deze les zitten 54 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Inleiding p.27
o Waar gaat het artikel over?
o Denk je dat dit initiatief succes zal hebben? Waarom (niet)?
o Zou je zelf deelnemen aan zo’n project om ruzies of conflicten op te lossen? Waarom (niet)?
o Zie je nog manieren om conflicten op te lossen?
o …

Slide 3 - Tekstslide

1. Interpersoonlijk communicatieproces p.28
  • Communicatiemodel
    -> reeds gezien bij ander vak???
  • Communicatie ~ 'communicare', 'deelnemen aan' & 'communis', 'gemeenschappelijk'
    -> meerdere mensen bij betrokken
  • Interpersoonlijke communicatie - tussen verschillende mensen

Slide 4 - Tekstslide

1.1 Communicatiemodel p.28
Oef.1 p.28
Schema uitwerken om interpersoonlijke communicatie te verduidelijken.
Welke begrippen staan erin? Wat wordt er doorgegeven? Via waar? ...

Slide 5 - Tekstslide

1.1 Communicatiemodel p.28

Slide 6 - Tekstslide

1.1 Communicatiemodel p.28
  • Boodschap wordt in een bepaalde code gezet.
    Ontvanger moet deze interpreteren. 
    -> Dezelfde code belangrijk!!
  • Invloed van de context (sociaal, materieel of historisch).
    Oef.2 p.28-29
    Oef.3 p.29

Slide 7 - Tekstslide

1.2 Ruis p.30
  • Ervaringsgerichte casussen (per 2)
  • Ruis in het communicatieproces?
    = storende factor (kwadrant uitwerken)




Slide 8 - Tekstslide

1.2 Ruis p.30
  • Fysieke ruis: alle signalen van buitenaf 
  • Fysiologische ruis: lichamelijke beperkingen bij zender of ontvanger
  • Psychologische ruis: vooroordelen en stereotiepe opvattingen
  • Semantische ruis: hanteren van verschillende codes

Slide 9 - Tekstslide

1.2 Ruis p.31
  • Verbale communicatie: woorden
  • Non-verbale communicatie: zonder woorden/lichaamstaal, bewuste en onbewuste reacties/gedrag 
  • Subverbale communicatie: communicatie die ondersteunt wat je zegt
Oef.6 p.31

Slide 10 - Tekstslide

1.3 Soorten communicatie p.31
  • Vocaal / auditief (stem / horen)
  • Non vocaal / visueel (zonder stem / zien)

Slide 11 - Tekstslide

1.3 Soorten communicatie p.31

Slide 12 - Tekstslide

1.3 Soorten communicatie p.31
Belang van sub-verbale communicatie:
vb. onderzoek artsen die vervolgd worden

Opdracht: vat de conclusie van dit onderzoek samen
  • Vervolgd: minder tijd voor consultaties, meer dominante toon
  • Niet vervolgd: meer tijd nemen om te luisteren, meer bezorgde toon

Oef.8 p.32-33
Oef.9 p.33-34

Slide 13 - Tekstslide

Even terug opfrissen...
  • Hoofdstuk?
  • Soorten ruis?
  • Soorten communicatie?


Extra oef. 'Friends'-discussie

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

1.4 Binnen-, buiten- en overkant van communicatie p.34
  • Binnenkant:
    wat er binnen in je omgaat (gedachten, gevoelens, mening...)
    intenties van ons gedrag
    niet rechtstreeks waarneembaar

Slide 16 - Tekstslide

1.4 Binnen-, buiten- en overkant van communicatie p.34
  • Buitenkant:
    waarneembaar gedrag (houding, intonatie, uitgesproken woorden...)
    ook niets doen = communicatie (~ axioma, zie verder)

Slide 17 - Tekstslide

1.4 Binnen-, buiten- en overkant van communicatie p.34
  • Overkant:
    met jouw eigen buitenkant beïnvloed je jouw gesprekspartner, effect wordt bepaald door gedrag (niet door de intentie ervan)
Oef.10 p.34 (tekst oef.6)

Slide 18 - Tekstslide

1.5 Spiegelgedrag p.35
Spiegelgedrag: spiegelen of imiteren van gedrag van anderen

'Ook getest op mensen' - filmpje (volgende slide)

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Link

1.5 Spiegelgedrag p.35
  • Wat? 
    Houdingen, bewegingen,  spreektempo, intonatie, woordkeuze...
  • Hoe?
    Spontaan en onbewust of net bewust
  • Waarom?
    Vertrouwen en verbondenheid, interactie aangenamer

Slide 21 - Tekstslide

1.5 Spiegelgedrag p.36
Oef.12 p.36

Hoe komt dit nu eigenlijk dat dit ook onbewust kan verlopen?
Tekst p.36

Slide 22 - Tekstslide

1.6 Invloed van socio-culturele factoren p.36
Verschillende factoren beïnvloeden interpersoonlijke communicatie.
Oef.13 p.36-38

Slide 23 - Tekstslide

1.7 Vormen van begroeting p.39
Specifieke communicatieregels  per cultuur.

Oef.14 p.39
Hoe begroeten jullie elkaar? Je ouders? Je grootouders? ...

Oef.15 p.39 (Filmpje op volgende slide)

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Link

1.7 Vormen van begroeting p.39
België
  • Formeel - handdruk
  • Informeel - high five, knuffel, vuistje...

Persoonlijke begroeting (zie filmpje volgende slide) - verbondenheid!


Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

1.7 Vormen van begroeting p.39
Onderzoeksopdracht:
  • Groepjes per 2
  • Opdracht te vinden op SS in het vak Sociologie & Psychologie - documenten - MWWE - H2
  • Uploaden in de uploadzone MWWE - 1. Opdracht: culturele communicatieverschillen


Slide 28 - Tekstslide

2 Communicatie axioma's p.39
Axioma ~ basisprincipe ~ wet

Watzlawick omschreef 5 axioma's in interpersoonlijke communicatie.

Slide 29 - Tekstslide

2 Communicatie axioma's p.40
  1. Je kunt niet niet communiceren 
    Altijd communicatie en wederzijdse beïnvloeding
    (non-verbale communicatie)
  2. We spreken altijd dubbel
    Inhoudsaspect (inhoud van de boodschap)
    Betrekkingsaspect ~ relationele aspect (manier waarop we tegenover elkaar staan ~ uitdrukken hoe we naar onszelf en de ontvanger kijken)

Slide 30 - Tekstslide

2 Communicatie axioma's p.40
  1. Je kunt niet niet communiceren 
  2. We spreken altijd dubbel
  3. Iedereen heeft zijn waarheid
    Uitgaan van zelfde referentiekader / interpretatie
    (boodschap zender is niet gelijk aan hoe boodschap wordt ontvangen)
  4. Digitale en analoge taal
    Digitaal - woorden, tekens gebaren; eenduidige betekenis
    Analoog - bv. intonatie, gezichtsuitdrukkingen, lichaamstaal; verschillende interpretatie mogelijk

Slide 31 - Tekstslide

2 Communicatie axioma's p.40
  1. Je kunt niet niet communiceren 
  2. We spreken altijd dubbel
  3. Iedereen heeft zijn waarheid
  4. Digitale en analoge taal
  5. Wie heeft het voor het zeggen?
    Symmetrische communicatie - zelfde machtsniveau
    Complementaire communicatie - ongelijke machtspositie
    Oef.16 p.40 (Trump - Trudeau, filmpje op volgende slide)

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Link

2 Communicatie axioma's p.41
Oef.17 p.41

Oef.18 p.41-42 (filmpje op volgende slide)
Jelle zit in het 5e leerjaar en voelt zich al een tijdje op een negatieve manier behandeld door meester Jan.

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Link

2 Communicatie axioma's p.42
Opdracht: rollenspellen per 3 of 4
  • Maak 5 filmpjes 
  • In elk filmpje wordt een axioma getoond (niet letterlijk benoemen)
  • Zet deze filmpjes achter elkaar met nadien telkens het getoonde axioma
  • Les nadien bekijken we de filmpjes, per juist geraden axioma wordt er een punt gegeven
  • Filmpjes ook uploaden op SS!

Slide 36 - Tekstslide

Wat zijn kenmerken van iemand die goed is in 'luisteren'?

Slide 37 - Woordweb

Wat doet die net niet?

Slide 38 - Woordweb

3 Gordonmethode p.42
Methode om: 
  • Effectief te communiceren
  • Conflicten voorkomen / oplossen
Belang van gelijkwaardigheid en wederzijds respect.

Slide 39 - Tekstslide

3 Gordonmethode p.43
Ontstaan:
  • communicatie verliep moeilijk in ouderschap (onduidelijke communicatie, autoritair / toegeeflijk, waardoor spanning, conflicten en zorgen)
  • methode met respect voor elkaars mening en behoeften; conflicten oplossen met 'geen-verlies-methode'
Methode bruikbaar in bredere context dan ouderschap.

Slide 40 - Tekstslide

3 Gordonmethode p.43
Wie heeft er een probleem? Geeft info over het aanvaardbaar zijn van gedrag en hoe erover te communiceren.

Slide 41 - Tekstslide

3 Gordonmethode p.44






Oef.20 p.44

Slide 42 - Tekstslide

3 Gordonmethode p.44
Technieken:
  • Actief luisteren
  • Ik-boodschap

Slide 43 - Tekstslide

3 Gordonmethode p.44-46
Actief luisteren:
  • Technieken
  • Hinderpalen
Neem zelfstandig door en maak Oef.21 en 22 p.45-46

Slide 44 - Tekstslide

3 Gordonmethode p.46
Ik-boodschap:
Wie kent dit?
Wat is er de kracht van?
Onderdelen?

Slide 45 - Tekstslide

3 Gordonmethode p.46-47
Ik-boodschap:
  • Gedrag van de ander (concreet omschrijven, zonder oordeel!)
  • Je eigen gevoel
  • De gevolgen die het voor je heeft
Oef.23 p.46-47

Slide 46 - Tekstslide

4 Roos van Leary p.47
Oef.18 p41: Lees situatie => Hoe zou jij reageren?

  • Timothy Leary => communicatiemodel: Roos van Leary
  • gedrag lokt ander gedrag uit
  • gedrag en communicatie stuurt / beïnvloedt anderen
  • 2 dimensies / assenstelsel

Slide 47 - Tekstslide

4 Roos van Leary p.47
Twee dimensies of assen

* ‘Boven-onder’- as = verticale as:
                                              mate waarin mensen invloed op elkaar uitoefenen
Boven: veel invloed of macht                  Onder: geen of weinig invloed of macht

* ‘Tegen-samen’- as = horizontale as:
                                               mate van aanvaarding (persoonlijk/afstandelijk)
Samen: veel aanvaarding                          Tegen: weinig of geen aanvaarding

Slide 48 - Tekstslide

4 Roos van Leary p.48
Vier kwadranten of gebieden:

Boven-samen
Boven-tegen
Samen-onder
Tegen-onder

Oef.26 p.48

Slide 49 - Tekstslide

4 Roos van Leary p.48
Sociaal gedrag = altijd reactie op ander gedrag
  • Bovengedrag lokt ondergedrag uit
                       en omgekeerd
  • Samengedrag lokt samengedrag uit
  • Tegengedrag lokt tegengedrag uit

Oef.27 p.48

Slide 50 - Tekstslide

4 Roos van Leary p.48-49

Roos van Leary: 8 sectoren 
(kwadranten worden opgedeeld in 2)

Oef.28 p.49
: Plaats de nummers van de omschrijvingen op de roos
Oef.29 p.49: Kijk terug naar oef.25

Slide 51 - Tekstslide

4 Roos van Leary p.49

Gepast en ongepast gedrag

Gepast gedrag = alle sectoren; kunnen
overstappen van ene sector naar 
andere (gele binnencirkel)
Ongepast gedrag = telkens hetzelfde
gedragspatroon (paarse buitencirkel)


Slide 52 - Tekstslide

4 Roos van Leary p.50-51

Oefeningen! 

Maak oef. 30-31-32 p.50-51
Noteer concrete reacties bij oef.31! 

Indien deze niet klaar zijn, thuis 
afmaken tegen donderdag.


Slide 53 - Tekstslide

4 Roos van Leary p.51

Rollenspellen!


Slide 54 - Tekstslide