Extra oefenen ontleden

Vandaag
1. toets Nederlands: pv, wwg, o, lv
    voltooid deelwoord, hele werkwoord en persoonsvorm  d of t
    werkwoord, zelfstandig naamwoord, bijvoeglijk naamwoord en voorzetsel
2. uitleg en oefenen
3. maken opdracht 1.5 blz. 23 boek
4. maken opdracht blad
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Vandaag
1. toets Nederlands: pv, wwg, o, lv
    voltooid deelwoord, hele werkwoord en persoonsvorm  d of t
    werkwoord, zelfstandig naamwoord, bijvoeglijk naamwoord en voorzetsel
2. uitleg en oefenen
3. maken opdracht 1.5 blz. 23 boek
4. maken opdracht blad

Slide 1 - Tekstslide



Aan het einde van deze les..
  1. .. weet je hoe het ook alweer zat met zinnen ontleden
  2. ..weet je waar je extra oefenmateriaal kunt vinden voor de toets van dinsdag.

Slide 2 - Tekstslide

Lezen
timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Wat is het belangrijkste verschil tussen een hoofd- en een bijzin?

Slide 5 - Open vraag

Geef twee voorbeelden van persoonlijke voornaamwoorden.

Slide 6 - Open vraag

Geef twee voorbeelden van bezittelijkevoornaamwoorden.

Slide 7 - Open vraag

3. Huiswerk bespreking
Huiswerk was:
Maken:
  • Blok 6: grammatica, opdracht 1 t/m 5
    p.307 t/m 309
    Werk de opdrachten uit in je schrift. 
Open je boek, p251
Pak je schrift
Samen nakijken: 
1/2/4

Slide 8 - Tekstslide

Spelling
HERHALING
werkwoordspelling
Een filmpje..

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Spelling
HERHALING
Citeren
Een filmpje..

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Spelling
HERHALING
Leestekens
Een filmpje..

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

5. Huiswerk


Maandag 20 juni:
Maken:
  • Blok 5: Spelling, opdracht 1 t/m 7 
      p.261 t/m 264

Leren
  • spelling blok 5 p.261 t/m 264

  • Voor jezelf
  • In stilte
  • Tijd tot afsluiting van de les.
  • Muziek mag
  • Klaar? Dan leren 

Slide 15 - Tekstslide

Terugblik:
Waarom is het belangrijk om leestekens op de juiste manier te gebruiken?

Slide 16 - Open vraag