2.3 Een wereldeconomie

Welkom
IK KOM DE KLAS IN EN IK
1. HEB MIJN JAS OPGEHANGEN
2. HEB MIJN TELEFOON IN DE ZAK
3. ZIT NETJES
4. HEB MIJN BOEK OP TAFEL
5. BEN STIL

timer
3:00
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welkom
IK KOM DE KLAS IN EN IK
1. HEB MIJN JAS OPGEHANGEN
2. HEB MIJN TELEFOON IN DE ZAK
3. ZIT NETJES
4. HEB MIJN BOEK OP TAFEL
5. BEN STIL

timer
3:00

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag leren wij over:
  • De wereldeconomie die in de 17e eeuw ontstond

  • Kapitalisten die investeerden in naamloze genootschappen

Slide 2 - Tekstslide

Kapitalisme 
  • Door de internationale handel in de 17e eeuw was de rijkdom sterk gegroeid (gouden eeuw). 

  • Een bedrijf beginnen met als doel winst eruit te halen noem je kapitalisme 

  • Kapitalisten: Ondernemers die zo'n bedrijf opzetten

  • Investeren: geld in een bedrijf steken.

Slide 3 - Tekstslide

Aandelen
  • Mensen konden zichzelf inkopen in de VOC

  • Maakte het bedrijf winst dan kon je met aandelen een hoop geld verdienen.

  • Een bedrijf met zo’n aandelensysteem noemen we tegenwoordig een naamloze vennootschap (nv).

Slide 4 - Tekstslide

Europa en de wereld
In de 17e eeuw gingen Europeanen buiten hun eigen werelddeel handel gaan drijven.
Afrika, Azië en Amerika  wereldeconomie
Vuurwapens waardoor ze volken in andere de baas konden blijven.
Technologische voorsprong

Slide 5 - Tekstslide

Wel of niet betrouwbaar?
  • Om iets te weten te komen over het verleden kijken we naar bronnen.

  • Is de bron betrouwbaar? Kijk of de maker bij de gebeurtenis aanwezig is geweest!

Slide 6 - Tekstslide

Wat is kapitalisme?
(bladzijde 62)

Slide 7 - Woordweb

De VOC was de eerste .... ter wereld

A
plantage
B
kolonist
C
Naamloze Vennootschap
D
slavenhandel

Slide 8 - Quizvraag

Welk begrip hoort bij de volgende omschrijving:
bedrijf dat geld krijgt door de verkoop van aandelen
A
Naamloze vennootschap
B
Investeren
C
Kapitalisme
D
Kapitalist

Slide 9 - Quizvraag

Wat betekent kapitalisme?
A
Geld geven aan een goed doel
B
Geld investeren
C
Geld investeren om winst te maken
D
Geldzaken

Slide 10 - Quizvraag

Wat betekent wereldeconomie?
A
Handel over de hele wereld.
B
Handel tussen Europa, Afrika en Amerika.
C
Handel tussen de Europese landen.
D
Geld dat de hele wereld over gaat.

Slide 11 - Quizvraag

De wereldhandel heeft gezorgd voor de wereldeconomie
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Video