Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Kennistoets unité 1
Kennistoets unité 1
Herhaling:
- woorden
- het werkwoord être
- de lidwoorden
1 / 28
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
In deze les zitten
28 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
15 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Kennistoets unité 1
Herhaling:
- woorden
- het werkwoord être
- de lidwoorden
Slide 1 - Tekstslide
Kies de juiste vertaling van: l'amie
A
de vriendin
B
de vriend
C
de ouders
Slide 2 - Quizvraag
Kies de juiste vertaling van: tu parles
A
jij bent
B
jij praat
C
jij woont
Slide 3 - Quizvraag
Kies de juiste vertaling van: monsieur
A
mevrouw
B
meneer
Slide 4 - Quizvraag
Kies de juiste vertaling van: c'est
A
hier is
B
het is
Slide 5 - Quizvraag
Kies de juiste vertaling van: de stad
A
la ville
B
la fille
Slide 6 - Quizvraag
Kies de juiste vertaling van: jij woont
A
tu habites
B
tu est
Slide 7 - Quizvraag
Kies de juiste vertaling van: jij
A
moi
B
toi
Slide 8 - Quizvraag
Kies de juiste vertaling van: het strand
A
grand
B
la plage
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Vul de juiste vorm van être in:
Nous ___ au restaurant.
Slide 11 - Open vraag
Vul de juiste vorm van être in:
Léa ___ ma soeur.
Slide 12 - Open vraag
Vul de juiste vorm van être in:
Vous ___ à Paris?
Slide 13 - Open vraag
Vul de juiste vorm van être in:
__________ l'amie de Julie. (ik ben)
Slide 14 - Open vraag
Vul de juiste vorm van être in:
__________ au collège? (jij bent)
Slide 15 - Open vraag
Vul de juiste vorm van être in:
__________ tes parents. (zij zijn)
Slide 16 - Open vraag
Slide 17 - Tekstslide
Kies het juiste lidwoord.
___ soeurs sont à Paris. de
A
les
B
le
Slide 18 - Quizvraag
Kies het juiste lidwoord.
C'est ___ classe de Julie. de
A
une
B
la
Slide 19 - Quizvraag
Kies het juiste lidwoord.
Luc est ___ garçon sympa. een
A
un
B
une
Slide 20 - Quizvraag
Kies het juiste lidwoord.
Il y a ___ touristes à Lyon. --
A
des
B
les
Slide 21 - Quizvraag
Kies het juiste lidwoord.
___ hôtel est grand. het
A
le
B
l'
Slide 22 - Quizvraag
Slide 23 - Tekstslide
Kies uit il, elle, ils, elles.
Où est Emma?____ au centre.
Slide 24 - Open vraag
Kies uit il, elle, ils, elles.
Où est Tim? ____ est loin.
Slide 25 - Open vraag
Kies uit il, elle, ils, elles.
Où sont *les filles*? ____ sont là-bas.
Slide 26 - Open vraag
Kies uit il, elle, ils, elles.
Où sont *les garçons*? ____ sont ici.
Slide 27 - Open vraag
Slide 28 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Kennistoets unité 1
Oktober 2019
- Les met
28 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
1HV Unité 1
Oktober 2022
- Les met
31 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
1M (grammaire deel 1)
Juni 2021
- Les met
27 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
1V grammaire unité 1
September 2020
- Les met
22 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Bonjour 1KCB
Januari 2023
- Les met
35 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Lidwoorden (le, la, un, une) + il(s) / elle(s) (unité 1)
November 2023
- Les met
18 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
1HV Unité 1 - lidwoorden + il(s) / elle(s)
Juni 2021
- Les met
17 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
1HV Unité 1
April 2022
- Les met
35 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1