Omgaan met naasten

Omgaan met naasten
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Palliatieve zorgHBOStudiejaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Omgaan met naasten

Slide 1 - Tekstslide

Dood in onze samenleving
  • ontwikkeling van medische wetenschap, hygiëne en voeding hebben levensverwachting vergroot
  • 1900 werd 1/3 van de kinderen geen 4 jaar, mensen werden gemiddeld 50 jaar oud
  • dood is minder "normaal" geworden

Slide 2 - Tekstslide

Dood en levensbeschouwing
Omgaan met sterven en dood verschilt per cultuur. 

3 visies op dood:
  • dood is overgangsfase naar volgend leven
  • dood is overgang naar nieuwe levensfase
  • dood is dood

Slide 3 - Tekstslide

Omgaan met terminale cliënt
  • aandacht, betrokkenheid, luisteren, accepteren
  • de waarheid vertellen
  • sta open voor gesprek over de dood

Slide 4 - Tekstslide

Rituelen
Rituelen zijn vaste gebruiken die worden uitgevoerd in bepaalde situaties.  

  • geeft houvast aan mensen
  • rituelen hebben een symbolische betekenis.
  • manier om uitdrukking te geven aan gevoelens.
  • onderscheid tussen religieuze rituelen en sociale rituelen. 

Slide 5 - Tekstslide

Welke religieuze rituelen ken jij rondom het sterven?

Slide 6 - Open vraag

5

Slide 7 - Video

Slide 8 - Link

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

5 sterfstijlen
Hoe gaan mensen om met sterven? 

Slide 17 - Tekstslide

5 houdingen
  1. proactief - ervaring met zorg of dood. Regelen hun zaken goed
  2. onbevangen - dood is taboe. Van het leven genieten
  3. vertrouwend - dood geen taboe. Steun door het geloof
  4. rationeel - dood is taboe. Maakbaarheid en mogelijkheden van medische wetenschap
  5. sociaal - ontkennen de dood, maar regelen hun zaken wel

Slide 18 - Tekstslide

Gecompliceerde rouw

Rouwreacties zijn normale menselijke emotionele reacties, maar soms stokt het rouwproces en zijn er helemaal geen of afwijkende reacties. Er is dan sprake van gecompliceerde rouw. Vormen van gecompliceerde rouw zijn:


  • ontkende rouw: emoties worden niet toegelaten
  • chronische rouw: rouwperiode duurt te lang
  • getraumatiseerde rouw: verlies was te heftig. Door dit trauma komt iemand niet aan rouw toe
  • uitgestelde rouw:  rouwverwerking komt veel later op gang (soms pas jaren later)
  • gesomatiseerde rouw: rouw uit zich in lichamelijke klachten (soms dezelfde als overledene)
  • systeemgeblokkeerde rouw: heel gezin (systeem) ontziet elkaar en komt niet aan rouw toe

Slide 19 - Tekstslide