Ridders, horigen en monniken

Ridders, horigen en monniken
Hoofdstuk 5
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Ridders, horigen en monniken
Hoofdstuk 5

Slide 1 - Tekstslide

Werken in 3 groepen
Groep 1: samen bespreken opdrachten + samenvatten verplicht + verlengde uitleg

Groep 2: zelfstandig nakijken opdrachten + keuze samenvatten of popplet

Groep 3: Keuze mee doen met les of zelfstandig stof leren beheersen > ander lesprogramma volgen + verdiepende opdrachten

Slide 2 - Tekstslide

Kenmerkende aspecten
1. Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur
2. De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid
3. De verspreiding van het christendom in geheel Europa
4. Het ontstaan en de verspreiding van de Islam

Slide 3 - Tekstslide

Planning 
4 lessen (26 februari valt uit door excursie)

Les 1: Rijk van Karel de Grote 5.1
Les 2: De vroegmiddeleeuwse landbouwsamenleving 5.2 + de verspreiding van het Christendom 5.3
Les 3: Een nieuw geloof: De Islam
Les 4: Herhaling + toets voorbereiding
Toetsweek = toets Hoofdstuk 5 1 t/m 4 + afsluiting en lesson up

Slide 4 - Tekstslide

Lesindeling 5.1
Uitleg 5.1:
KA
1. Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur

Check

Aan de slag in 3 groepen..


Slide 5 - Tekstslide

Lesdoelen
1. Je weet hoe het rijk van de Franken ontstond, groeide en uiteenviel

2. Je kunt uitleggen wat feodale verhoudingen in het bestuur zijn

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Standensamenleving

Slide 8 - Tekstslide

Wat weten jullie al over de middeleeuwen?

Slide 9 - Woordweb

§5.1 Het Rijk van Karel de Grote
1. Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur

Slide 10 - Tekstslide

Rijk van Clovis

Slide 11 - Tekstslide

Frankenrijk onder Pepijn de Korte

Slide 12 - Tekstslide

Motieven voor de strijd
  • veilige grenzen
  • christendom verbreiden/heidendom bestrijden
  • strijd is een hoog goed
  • land en buit voor de krijgers(hierdoor bleven de krijgers trouw aan hem)

Slide 13 - Tekstslide

Strijd
  • Tegen de Saksen van 772 tot 785. En van 795 tot 802. 
  • Tegen de Langobarden (ook Lombarden genoemd). 
  • In Beieren in 787. 
  • Tegen Avaren (Mongolen)

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Rijk van Karel de Grote

Slide 16 - Tekstslide

Feodale stelsel (leenstelsel)

Slide 17 - Tekstslide

Histoclips: Karel de Grote
Hierna volgen twee meerkeuze vragen en één open vraag.
1. Op welke 2 manieren kwam Karel de Grote aan zo een groot rijk?

2. Hoe bestuurde Karel de Grote zijn grote rijk.

3. Open vraag; Bedenk welk nadeel deze manier van besturen had voor Karel de Grote.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Op welke 2 manieren kwam Karel de Grote aan zo een groot rijk?
A
Hij was door God uitgekozen.
B
Erfde het rijk van zijn ouders.
C
Hij was een rijke ridder.
D
Hij veroverde land door oorlog te voeren.

Slide 20 - Quizvraag

Hoe bestuurde Karel de Grote zijn grote rijk.
A
Via God.
B
Via leenmannen.
C
Via monniken.
D
Via rechters.

Slide 21 - Quizvraag

Bedenk welk nadeel deze manier van besturen had voor Karel de Grote.

Slide 22 - Open vraag

Het Rijk valt uiteen

Slide 23 - Tekstslide

Check

Slide 24 - Tekstslide

Adel
Geestelijken
Boeren
Dat waren mensen die bij de kerk hoorden
Deze mensen moesten keihard werken voor de mensen van adel: in het kasteel, op het land of in het leger
Dat waren de rijke mensen die de baas waren over kastelen en grote stukken grond.

Slide 25 - Sleepvraag

Wat was géén reden voor het ontstaan van het leenstelsel?
A
De Romeinse wegen werden niet onderhouden en verdwenen, dit maakte reizen erg moeilijk.
B
Karel de Grote veroverde een koninkrijk dat veel te groot was om door één persoon bestuurd te worden.
C
Het gaf de koning een groot voordeel, hij kreeg leenmannen die beloofd hadden hem te helpen in ruil voor de uitgeleende grond.
D
De horige boeren luisterden alleen naar hun plaatselijke heer en wilde niet luisteren naar de koning.

Slide 26 - Quizvraag

Welk voordeel had een leenheer van het leenstelsel op het gebied van het bestuur?

Slide 27 - Open vraag

Wat is een ander
woord voor
leenstelsel?

Slide 28 - Open vraag

Aan de slag
Groep 1: samen samenvatten en thuis maken opdrachten:

Groep 2: mee doen samenvatting of zelf maken popplet 5.1
Maken opdrachten werkboek:

Groep 3: volgt eigen document met verdieping

Slide 29 - Tekstslide

Lesdoelen behaald?
Je weet hoe het rijk van de Franken ontstond, groeide en uiteenviel

Je kunt uitleggen wat feodale verhoudingen in het bestuur zijn

Slide 30 - Tekstslide

Les 5.2 + 5.3
Korte herhaling 5.1:
Uitleg
KA:
2. De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid
3. De verspreiding van het christendom in geheel Europa

Check
Aan de slag in 3 groepen..


Slide 31 - Tekstslide

Waarom past deze bron bij het
ontstaan van feodale verhoudingen
in het bestuur? Leg je antwoord uit
met 1 bronelement

Slide 32 - Open vraag

Lesdoelen
1. Je kunt uitleggen waardoor er in de vroege Middeleeuwen een landbouwsamenleving ontstond
2. Je kunt met een voorbeeld aantonen dat er ook nog handel bestond
3. Je kunt beschrijven hoe het hofstelsel werkte
4. Je weet waarom mensen horigen werden en wat hun plichten waren
5. Je kunt beschrijven hoe het christendom werd verspreid
6. Je kunt uitleggen om welke drie redenen kloosters belangrijk waren
7. Je kunt beschrijven hoe en waarom vorsten en geestelijken samenwerkten

Slide 33 - Tekstslide