H3.3 het feodale stelsel

Tijdvak 3
De tijd van monniken en Ridders 


Paragraaf 3: Het feodale stelsel
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Tijdvak 3
De tijd van monniken en Ridders 


Paragraaf 3: Het feodale stelsel

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Kort herhalen
  • Uitleg of zelf lezen
  • Weer een schema :)

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wisbordjes
Wat weet je nog?


Het hofstelsel is een:
Economisch of politiek systeem


Slide 4 - Tekstslide

Let op!
  • Het hofstelsel is NIET hetzelfde als een domein.
  • Een domein is landbouwgemeenschap en het hofstelsel een economisch systeem.



Slide 5 - Tekstslide

Wisbordje:
Wat weet je nog?


Wie bestuurd een domein?

Slide 6 - Tekstslide

Wisbordje:
Wat weet je nog?


Noem 2 oorzaken van het ontstaan van het hofstelsel.

Slide 7 - Tekstslide

Hierdoor ontstaat horigheid
Ontstaan hofstelsel

Slide 8 - Tekstslide

Wisbordje:
Wat weet je nog?


Noem 1  plicht en 1 recht van een horige boer.

Slide 9 - Tekstslide

Vragen die je kunt beantwoorden aan het einde van de les:
-    Op welke wijze werd het Frankische rijk bestuurd?
-    Hoe heeft het Frankische rijk zich ontwikkeld vanaf Karel de Grote?
-    Wat is het leenstelsel/feodalestelsel en hoe heeft dit zich ontwikkeld?

In deze les:
  Kenmerkend aspect:
  Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur



Slide 10 - Tekstslide

Keuze
Zelf lezen + klein stukje klassikale uitleg
of
Helemaal klassikale uitleg?

Slide 11 - Tekstslide

Het Frankische rijk stond onder leiding van Clovis uit de familie van de Merovingen. Na de dood van Clovis (511) wordt het rijk verdeeld onder zijn zonen en in 768 wordt Karel de Grote aan de macht.
De Franken
De Franken is een Germaanse stam en de merovingen is een familie/dynastie daarbinnen. Het rijk van Clovis (481-511) Zijn rijk wordt groot door veroveringen. Hij nam het Romeinse bestuur en gewoontes over. Ook de gewoonte om hertogen aan te stellen om belangrijke delen van het rijk te besturen en graven voor de minder belangrijk delen werd overgenomen.
De Salische wet
Dit was een ongeschreven wet (gewoonterecht) dat ging over strafrecht en de erfenis. Clovis liet deze wet als eerste opschrijven. Dit had gevolgen voor de erfenis van zijn rijk. In die wet stond de erfenis over alle zonen van de vader verdeeld moet worden.

Slide 12 - Tekstslide

Nog een Romeinse 'gewoonte' wordt overgenomen:
Clovis wordt gedoopt tot het christendom.

Slide 13 - Tekstslide

Karel de Grote, familie van de Karolingen. Hij laat zich dopen door de paus en wordt de eerste keizer sinds de val van het Romeinse rijk.
Hier vocht de overgrootvader van Karel de Grote, Karel Martel bij Poitiers (732) tegen de moslims
Hier wonen de Longobarden (Italianen) waar Karel de Grote tegen vocht om de paus te beschermen
Hier vocht Karel de Grote 30 jaar tegen de Saksen, eenmaal gewonnen dwong hij ze zich te bekeren tot het christendom

Slide 14 - Tekstslide

De ontwikkeling van het Frankische Rijk (481-870)
Chronologie
  • 481-511: Clovis verenigd gebieden tot het Frankische Rijk

  • 511-751: Andere Merovingische koningen aan de macht

  • vanaf 751: Karolingen aan de macht

  • 764-800: Karel de Grote koning van Franken

  • 800-814: Karel de Grote keizer van de Franken

  • 843 & 870: opdeling Rijk onder zonen


Slide 15 - Tekstslide

Het leenstelsel/feodale stelsel
  • Karel de Grote kon zijn land niet alleen besturen.
  • Daarom kreeg hij hulp van vazallen: mannen die met hem meevochten.

  • Zijn trouwste vazallen kregen als beloning ieder een gebied in leen.
  • Zij mochten dit namens hem besturen: zij werden zijn leenmannen.
  • Het leenstelsel heet ook wel: feodalisme
KA
Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur

Slide 16 - Tekstslide

Leenman: Is trouw aan zijn leenheer, spreekt recht in naam van de leenheer en levert militaire krachten.

Leenheer: leent het land aan zijn leenman en geeft bescherming.
Op de achtergrond zie je een vazal trouw zweren aan de koning

Slide 17 - Tekstslide

Leenstelsel = feodale stelsel
Politiek stelsel
De middelste leenmannen zijn naast leenman ook leenheer, omdat ze de grond weer in stukken verdelen en deze ook in leen geven.
Leenman = vazal
KA
Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

KA
Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur

Slide 20 - Tekstslide

Gevolg leenstelsel
  • Leen wordt als erfelijk gezien, zowel bij leenmannen als achterleenmannen.
  • Ook ambten werden als erfelijk beschouwd.
  • Koningen kregen hierdoor minder macht omdat het rijk te versnipperd werd. 

Slide 21 - Tekstslide

  1. Vul het schema in met de woorden die onderin staan.
    Let op: sommige woorden kunnen twee keer worden gebruikt
  2. Geef met een kleurtje aan welke begrippen bij het hofstelsel horen en welke begrippen bij het feodaal stelsel/leenstelsel. Zo heb je in één oogopslag overzicht welke concepten/begrippen bij welk stelsel horen.
  3. Klaar? Maak opdrachten van paragraaf 3.3: 5, 7, 14, 15 en 16.

Aan de slag
timer
15:00

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Maak opdrachten 5, 7, 14, 15 en 16.
Klaar? Maak opdracht 6, 13 en 17

Daar ook mee klaar? Maak een samenvatting aan de hand van de kenmerkende aspecten.
Aan de slag

Slide 24 - Tekstslide