Mens en omgeving - Baliewerkzaamheden

Baliewerkzaamheden
Uiterlijke verzorging en communicatie
Doelen:
  • ken je het belang van een verzord uiterlijk;
  • weet je wat persoonlijke hygiëne is;
  • kan je representatief opstelle;
  • weet je wat verbale en non-verbale communictie is.
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Baliewerkzaamheden
Uiterlijke verzorging en communicatie
Doelen:
  • ken je het belang van een verzord uiterlijk;
  • weet je wat persoonlijke hygiëne is;
  • kan je representatief opstelle;
  • weet je wat verbale en non-verbale communictie is.

Slide 1 - Tekstslide

0

Slide 2 - Video

Baliewerkzaamheden
Uiterlijke Verzorging

Een baliemedewerk moet representatief zijn.
representaief= een verzorgd uiterlijk, schone en nette kleding, vriendelijk en netjes in gedrag en het juist taalgebruik.

Slide 3 - Tekstslide

Welke kleding vind jij NIET representatief?

Slide 4 - Open vraag

Baliewerkzaamheden
Kleding
  • zorg voor schone kleding;
  • zorg voor geen gekreukte kleding draagt;
  • poets je schoenen;
  • zorg dat de kleding past, geen te korte broek;
  • kies kleding die past bij je figuur.

Slide 5 - Tekstslide

Baliewerkzaamheden
Kleding
Redenen voor het dragen van bedrijfskleding:
  • personeel is herkenbaar;
  • personeel ziet eruit zoals het bedrijf dit wenst;
  • het kan de veiligheid vergroten;
  • het zorgt voor hygiëne.

Slide 6 - Tekstslide

Baliewerkzaamheden
Persoonlijke verzorging
 
Doelen van persoonlijke verzorging:
  1. je lichaam is schoon en gezond.
  2. het heeft invloed op de manier waarop
    mensen met je omgaan.
  3. zelfvertrouwen (geeft zekerheid)

Slide 7 - Tekstslide

lichaamsverzorging
handen
huid
mondverzorging
haarverzorging
nagels

Slide 8 - Tekstslide

0

Slide 9 - Video

Baliewerkzaamheden
non-verbale communicatie

Non-verbale communicatie=
communiceren zonder taal te gebruiken.
Je communiceert met je houding, kleding of
oogcontact.

Slide 10 - Tekstslide

0

Slide 11 - Video

Baliewerkzaamheden
Verbale communicatie

Verbale communicatie= communicatie met taal / woorden.

Slide 12 - Tekstslide

Baliewerkzaamheden
Luisteren
Basisvaardigheden voor actief luisteren:
  • kijk de iemand aan;
  • knik als je iemand hebt begrepen;
  • stel vragen;
  • geef korte samenvatting om te controleren of je het geod hebt begrepen;
  • laat de bezoeker uitpraten;
  • begin niet je eigen verhaal te vertellen.

Slide 13 - Tekstslide

Baliewerkzaamheden
Vragen stellen
  1. Open vragen
    Vragen waarbij de bezoeker alle ruimte krijgt om te antwoorden.
    Je krijgt veel informatie op je vraag.
    Bijv. Waar kan ik u mee helpen?

  2. Gesloten vragen
    Vragen waarop alleen een kort antwoord mogelijk is.
    Vaak is het antwoord ja of nee.
    Bijv. Ga je mee sporten vanavond?

Slide 14 - Tekstslide

Ga je mee naar de bioscoop?
A
Open vraag
B
Gesloten vraag

Slide 15 - Quizvraag

Wil je morgen mee met de auto?
A
Open vraag
B
Gesloten vraag

Slide 16 - Quizvraag

Hoeveel gram boter heb je nodig voor het maken van muffins?
A
Open vraag
B
Gesloten vraag

Slide 17 - Quizvraag

Wat kan ik voor doen?
A
Open vraag
B
Gesloten vraag

Slide 18 - Quizvraag

Kunt dat aan mij uitleggen?
A
Open vraag
B
Gesloten vraag

Slide 19 - Quizvraag

Wil je een bonbon?
A
Open vraag
B
Gesloten vraag

Slide 20 - Quizvraag

Waarom is hij op vakantie naar Australië gegaan?
A
Open vraag
B
Gesloten vraag

Slide 21 - Quizvraag

Baliewerkzaamheden
Taalgebruik aanpassen

  • Informele taal= taal die je dagelijks gebruikt
  • Formele taal= taal volgens de regels, zakelijke taal

Slide 22 - Tekstslide

Ik hoop u binnenkort weder te zien.
A
Informele taal
B
Formele taal

Slide 23 - Quizvraag

Met belangstelling wacht ik uw reactie af.
A
Informele taal
B
Formele taal

Slide 24 - Quizvraag

Mag ik gebruik maken van uw schrijfgerei?
A
Informele taal
B
Formele taal

Slide 25 - Quizvraag

Natuurlijk mag je mijn pen lenen
A
Informele taal
B
Formele taal

Slide 26 - Quizvraag

Ik zie je morgen!
A
Informele taal
B
Formele taal

Slide 27 - Quizvraag

Ik stuur je wel even een berichtje.
A
Informele taal
B
Formele taal

Slide 28 - Quizvraag

Baliewerkzaamheden
Omgangsvormen

Het is belangrijk dat je met respect omgaat met mensen.  
Ontvangst:
  • Begroet mensen netjes. 
  • Maak oogcontact. 
  • Geef je een hand, doe dit met je rechterhand. 
  • Stel je zelf evt. voor. 
  • Houd de deur voor de bezoeker open. 
  • Vraag waarvoor de bezoeker komt. 
  • Begeleid de bezoeker naar de juiste plek.  
  • Help de bezoeker eventueel uit de jas en hang die op de kapstok. 
  • Bied de bezoeker evt. iets te drinken aan. 
  • Pas je taalgebruik aan.  

Slide 29 - Tekstslide

Baliewerkzaamheden
Omgangsvormen
Je of u?
  • Begin altijd in u-vorm, de klant of gast geeft zelf aan als hij liever met ‘jij’ wordt aangesproken. 
Gesprek
  • Zorg voor oogcontact tijdens een gesprek.  
  • Luister goed naar de klant. 
  • Zit of sta rechtop, ga niet hangen of leunen.  
  • Sta niet te dichtbij een klant.  
  • Zorg ervoor dat het gesprek niet stilvalt.  
  • Rond een gesprek netjes af.  


Slide 30 - Tekstslide

Baliewerkzaamheden
Omgangsvormen

Afscheid
  • Geef bij het afscheid nemen je rechterhand.  
  • Laat je gast uit, loop bijvoorbeeld mee naar de deur.  
  • Bedankt de gast/klant voor het bezoek.  

Het is belangrijk dat je als baliemedewerker beleefd bent.
Beleefdheid is een manier van omgaan met mensen waarbij je laat zien dat je een ander respecteert.

Slide 31 - Tekstslide