Huiswerk bespreken: opdracht 1 p.110
1 Tijdens grote sportevenementen |
zie | je | vaak |
cheerleaders | optreden.
2 Cheerleaders | willen | hun landgenoten | met ritmische optredens | ondersteunen.
3 Caitlin (14) | vertegenwoordigde | Nederland | op de Olympische Winterspelen in Zuid-Korea | dit jaar.
4 Tijdens veel ceremonies en sportonderdelen | trad | ze | op | voor het publiek.
5 De cheerleaders | smeten | elkaar | met groot enthousiasme | door de lucht.
6 Mensen | hebben | vaak | een verkeerd beeld | van deze sport.
7 Cheerleaders | zouden | alleen maar | hun pompons en korte rokjes | aan het showen zijn.
8 Van Caitlin | mag | de sport | juist | een officiële Olympische status | krijgen.