Grammatica H5 + H6

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Wat gaan we doen vandaag?

Herhalen Hoodstuk 4

Uitleg hoofdstuk 5 

Oefenen; 

Welke vraag stel je om het lijdend voorwerp (LV) te vinden?

1. Een vraagzin
2. Wie/wat + wg + ow?
3. Wie/wat + pv?

Wat is het LV?

Veel jongeren lezen graag de boeken van Carry Slee.

1. Veel jongeren
2. lezen
3. graag
4. de boeken van Carry Slee.

Wat is het LV?

In een pantserwagen voerden de agenten enkele demonstranten af.

Hoofdstuk 5; meewerkend voorwerp

Klik hier voor het filmpje.

Hoe vind je het meewerkend voorwerp?

Aan/voor wie + ww gez + ond + lv?

Het antwoord op de vraag is het mv. 

Welk zinsdeel is het meewerkend voorwerp?

Elke woensdag geeft Stephanie de plantjes op haar kamer water.

1. Geeft
2. water
3. de plantjes op haar kamer
4. Stephanie

Wat ga je nu doen?

Blz. 148-149 maken opr. 1,2

Doel van de les 

Aan het einde van de les kun je....

het meewerkend voorwerp in de zin vinden.

de bijwoordelijke bepaling in de zin vinden.

Planning

Herhalen H5

Nieuwe stof H6

De verdwaalde toerist vroeg de weg aan de politieagent.
Wat is het mv?

1. De verdwaalde toerist
2. vroeg
3. de weg
4. aan de politieagent.

Alle aanwezigen zongen voor de jarige een vrolijk welkomstlied.

1. Alle aanwezigen
2. zongen
3. voor de jarige
4. een vrolijk welkomstlied.

De stad Amersfoort doneert de speeltuinvereniging jaarlijks subsidie.

1. De stad Amersfoort
2. doneert
3. de speeltuinvereniging
4. jaarlijks subsidie.

Hoofdstuk 6; Bijwoordelijke bepaling

Klik hier voor het filmpje 

Bwb geeft antwoorden op vragen als; 

hoever? waar? waardoor? wanneer? met wie? Hoe?

Ook woorden als; niet, zeker, wel, eigenlijk, misschien.. 

kunnen een bwb verraden. 

Wat is de bijwoordelijke bepaling in deze zin?

Sommige ouders kopen in de dierenwinkel een huisdier voor hun kind.

1. sommige ouders
2. in de dierenwinkel
3. voor kun kind
4. een huisdier

Wat ga je nu doen?

Blz, 178-179 maken opdr. 1,2