Paragraaf 5.3 t/m 5.5

Administratie
Paragraaf 5.3 t/m 5.5.
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfsadministratieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Administratie
Paragraaf 5.3 t/m 5.5.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het einde van de les:
  • Aan het einde van de les weet je hoe btw berekend moet worden;
  • Aan het einde van de les weet je hoe de brutowinstmarge berekend moet worden;
  • Aan het einde van de les weet je hoe een kortingspercentage berekend moet worden;
  • Aan het einde van de les ken je het verschil tussen een netto- en een brutoverkoopprijs.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesplanning:
  • Check in (10 minuten)
  • Weet je het nog? Opfrisquiz (10 minuten) 
  • Uitlegfilmpjes (15 minuten)
  • Uitleg paragraaf 5.3 t/m 5.5 (20 minuten)
  • Pauze (5 minuten)
  • Zelfstandig werken (30 minuten)
  • Check-out en huiswerk (5 minuten)

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Check-In
Hoe gaat het met jullie?
Is er iemand die iets wil vertellen voor in de check-in?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weet je het nog?
Opfrisquiz

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen omzet en winst?
A
Eigenlijk niets, behalve dat de namen verschillen.
B
Omzet is het bedrag dat je overhoudt min alle kosten.
C
Omzet is het bedrag dat je overhoudt min inkoopwaarde en kosten.
D
Winst is het bedrag dat je overhoudt min de inkoopwaarde en kosten.

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Piet koop een stuk kaas voor 12,99 (inclusief 15% korting)
Bereken de kosten voor het stuk kaas exclusief korting.
A
14,01
B
11,30 (afgerond)
C
10,51 (niet afgerond)
D
14,94 (afgerond)

Slide 7 - Quizvraag

100   115
          12,99


100 x 12,99 / 115
Welk soort kortingen
ken je?

Slide 8 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke producten vallen onder het laag tarief btw?
A
Luxegoederen zoals bijv. een boot.
B
Tabak
C
Geneesmiddelen
D
Onderwijs

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg in eigen woorden uit wat het begrip: 'toegevoegde waarde' betekent.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar staat de letter Q voor in de formule omzet = pxq
A
Omzet
B
verkoopprijs
C
Hoeveelheid

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar of NIET waar: exclusief btw betekent dat de btw is inbegrepen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Uitleg videos
Let goed op! Er worden tussendoor vragen gesteld!

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Theorie
  • Bruto en netto verkoopprijs
  • Brutowinstopslag
  • Omzet
  • Verschillende belastingtarieven



Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bruto en netto verkoopprijs
De verkoopprijs met btw is de consumentenprijs
Bruto is met btw
Netto is zonder btw

Netto verkoopprijs
100 euro
btw
21%
bruto verkoopprijs
121 euro

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Brutowinstopslag
Een winstopslag heeft een onderneming nodig om winst te maken.
Een voorbeeld:

Inkoopprijs
340 euro
100%
brutowinstopslag
68 euro
20%
Verkoopprijs
408 euro
120%

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Omzet
Omzet: het aantal verkochte producten (afzet) x de verkoopprijs

Omzet
p x q 
Prijs
p
Hoeveelheid
q

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschillende belastingtarieven
btw = het bedrag op een product dat wordt afgedragen aan de belastingdienst
                                                 btw-tarieven

Hoog tarief
21%
meeste goederen
Verlaagd tarief
9%
voedingsmiddelen, water, geneesmiddelen en boeken
nultarief
0%
onderwijs en producten met accijns zoals tabak.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pauze
5 minuten pauze
timer
5:00

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!
Zelfstandig werken aan de opdrachten in hoofdstuk 5
Heb je vragen? Steek je vinger op.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat hebben we
geleerd?

Slide 23 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Dit heb je ook geleerd:
  • Je leerde hoe je btw kunt berekenen;
  • Je leerde hoe je de brutowinstmarge berekent;
  • Je leerde hoe je een kortingspercentage berekent;
  • Je leerde het verschil tussen de netto- en bruto verkoopprijs.




Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies