In deze les zitten 19 slides, met interactieve quiz en tekstslides.
Lesduur is: 80 min
Onderdelen in deze les
Wat doen we vandaag?
Vragen grammatica?
Herhaling grammatica
Bespreken opdracht opdr. 34 t/m 37.
H. 30 & Epiloog
Slide 1 - Tekstslide
Vragen Grammatica?
Slide 2 - Open vraag
Geen vragen (meer)?
Maak maar twee rijtjes....
Slide 3 - Tekstslide
Hulpboek blz. 114
Slide 4 - Tekstslide
Hulpboek blz. 116
Maak Ergon 14.
Slide 5 - Tekstslide
Ergon 14
1 degenen/zij die de weg richting de haven bewaken
2 hij die veel gasten in huis heeft
3 de dingen die het volk boos maken
Slide 6 - Tekstslide
Begrafenis
Lees Tekstboek blz. 110 Maak Hulpboek blz. 32,
Opdracht 34 t/m 37
Slide 7 - Tekstslide
Opdracht 34
a Er is een spook van een niet juist begraven dode in het huis aanwezig dat mensen bang maakt.
b Eigen verwerking.
c ➢ In Athene
➢ Een oude man
➢ Lange haren; schitterende ogen; geketend
➢ De filosoof Athenodoros
➢ ja
Slide 8 - Tekstslide
Opdracht 35
a 1: terwijl hij brieven schreef (het is geen ptc aor, maar een ptc prs)
2: terwijl het steeds sterkere geluid naderde (het is geen hoofdzin, maar een gen.abs)
3: naast de zittende Athenodoros (het ptc staat in de dativus en congrueert dus niet met het zijn
4: boeien rammelend (κροτοῦν is geen persoonsvorm, maar een ptc dat congrueert met εἴδολον)
b r. 16 προσέχων
Slide 9 - Tekstslide
Opdracht 36
a Athenodoros vraagt wat het spook wil.
b Het spook geeft geen antwoord maar wenkt met zijn vinger dat hij mee moet komen.
c De binnenhof van het huis.
d Hij markeert de plek die het spook aanwijst met een hoopje bladeren zodat hij die terug kan vinden wanneer het licht geworden is.
Slide 10 - Tekstslide
Opdracht 36
e Wanneer het licht geworden is.
f Hij graaft het skelet op van een dode man en begraaft de overblijfselen op de juiste manier.
g ‘Wie niet begraven was, kon immers de onderwereld niet in.’
Slide 11 - Tekstslide
Opdracht 37
Regel 18 t/m 21: Τέλος δὲ παρῆν τὸ εἴδωλον παρὰ τῷ Ἀθηνοδώρῳ καθίζοντι, κροτοῦν τοὺς δεσμοὺς ὑπὲρ τῆς κεφαλῆς αὐτοῦ.
Slide 12 - Tekstslide
Sokrates over de Dood & Epiloog
Lees Tekstboek blz. 112 en 114 Maak Hulpboek blz. 34 en 36,
Opdrachten 39, 42, 43, 47, 48.
timer
20:00
Slide 13 - Tekstslide
Opdracht 39
a De dood is een droomloze, eeuwige slaap; dood is een verhuizing naar een ander oord.
b Een droomloze slaap is heerlijk, je voelt niets of neemt toch niets meer waar; een verhuizing naar een oord waar je allerlei interessante mensen kunt ontmoeten en bevragen, vindt hij het allermooiste wat een mens kan overkomen
Slide 14 - Tekstslide
Opdracht 42
Bijvoorbeeld: De afbeelding in het tekstboek is het vervolg op de Apologie, de dood van Sokrates wordt weergegeven. Ook op dat moment vertelt Sokrates (of heeft hij verteld) over zijn opvattingen over wat de dood is. Een van zijn leerlingen maakt notities.
Slide 15 - Tekstslide
Opdracht 43
Regel 18 t/m 21: Τέλος δὲ παρῆν τὸ εἴδωλον παρὰ τῷ Ἀθηνοδώρῳ καθίζοντι, κροτοῦν τοὺς δεσμοὺς ὑπὲρ τῆς κεφαλῆς αὐτοῦ.
Slide 16 - Tekstslide
Opdracht 47
a Christelijke denkbeelden: Christus oordeelt als rechter; er is zowel een hel als een hemel afgebeeld; linksboven is een christelijk kruis afgebeeld.
Klassieke denkbeelden: het bootje met Charon; het moeten oversteken van een rivier; rechtsonder een soort Tartaros met eeuwig gestraften.
b Als hun hoofd omhoog wijst, zijn ze op weg naar de hemel; als ze omlaag gericht zijn, naar de hel.
Slide 17 - Tekstslide
Opdracht 48
a De lezer of toeschouwer wordt gewezen op zijn eigen verantwoordelijkheid om zo te leven dat hij bij het laatste oordeel niet veroordeeld wordt als slecht mens. Neem je de waarschuwing niet ter harte dan zie je alvast wat je te wachten staat.