21 februari

Wat doen we vandaag?
  • Vragen grammatica?
  • Bespreken Ergon 14 en opdracht 18.
  • H. 32, vervolg.
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Wat doen we vandaag?
  • Vragen grammatica?
  • Bespreken Ergon 14 en opdracht 18.
  • H. 32, vervolg.

Slide 1 - Tekstslide

Vragen Grammatica?

Slide 2 - Open vraag

Geen vragen (meer)?
  • Maak maar twee rijtjes.... 

Slide 3 - Tekstslide

Competitie


Tekstboek blz. 122
Hulpboek blz. 44-45,  
Opdrachten 14 t/m 17

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht 14
  • a στάδιον = sprint
  • δίαυλος = lange afstand
  • δόλιχος = marathon
  • b στάδιον ca. 192 meter
  • δίαυλος ca. 384 meter (+ bocht) [ ca. 400 meter]
  • δόλιχος ca. 3840 meter (20x stadion)

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht 15
  • De wapenloop, de hardloopwedstrijd met helm, scheenplaten en schild. [hoplitodromos - ὁπλιτόδρομος. Het gewicht van de bepakking was ca. 6 kg, de afstand verschilde per locatie. In Olympia 1x stadion, dus 192 meter, in Nemea ca. 700-800 meter]

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 16
  • De sporters doen aan pankration. Het is zeker geen worstelen, want de sporter die staat, haalt uit om de andere sporter met zijn vuist te slaan. Bij worstelen waren vuistslagen niet toegestaan.

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 17
  • a –
  • b Hij is paniekerig, bang, vindt het spannend.
  • c r. 32-33: De vader vraagt of de zoon het nog wel leuk vindt dat ze naar de wedstrijd zijn gegaan.

Slide 8 - Tekstslide

Hulpboek blz. 126

Medium bij actieve werkwoorden.



Slide 9 - Tekstslide

Hulpboek blz. 127
Maak Ergon 8



timer
5:00

Slide 10 - Tekstslide

Hulpboek blz. 131

Ergon 14.



Slide 11 - Tekstslide

ΕΡΓΟΝ 14
  • α 1 γίγνομαι; βουλόμαι; 
  • De zoon trainde goed omdat hij een dappere sporter wilde worden zoals Kastor.
  • 2 κελευω; λουω; 
  • Omdat het ons bevolen werd door de moeder wasten wij (onze) handen en voeten.
  • 3 ἀνοίγω; βούλομαι 
  • Het is nodig dat jij je mond opent, als je het heerlijke eten wilt eten of het water wilt drinken.

Slide 12 - Tekstslide

ΕΡΓΟΝ 14
  • 4 ἅπτομαι + gen; ἱκετεύω 
  • Terwijl de dochter het gezicht van haar moeder vastpakt, smeekt ze voor haarzelf (in haar eigen belang) om haar (van moeder dus) hulp.
  • 5 ἀπαταω
  • Vriend, je wordt door je vrienden bedrogen of je bedriegt jezelf!
  • 6 ὀργίζω; παύω
  • Ik word boos op jullie omdat jullie nooit ophouden mij altijd en overal uit te lachen.

Slide 13 - Tekstslide

Competitie


Tekstboek blz. 122
Hulpboek blz. 45,  
Opdrachten 18, 1-13.

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht 18
  • Zoon
  • Oei, wat wordt die kleine pankratist geslagen. 
  • Zijn tegenstander is veel groter en sterker: 
  • kom op dan, stop met het slaan van je kleinere tegenstander, kies een man gelijk(waardig) aan jou. 
  • Hoe wordt die krachtpatser genoemd/ hoe heet die krachtpatser, vader?
  • Ik wil dat hij ophoudt.

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht 18
  • Vader
  • De grote pankratist wordt Titormos genoemd, die ander Kastoor. 
  • Maar, zoon, het is niet nodig dat je boos wordt of medelijden hebt met Kastoor: 
  • want die/hij is erg slim en won/behaalde vaak grote overwinningen, terwijl zijn tegenstanders niets verwachtten.

Slide 16 - Tekstslide

Competitie


Tekstboek blz. 122
Hulpboek blz. 45,  
Maak Opdrachten 18, 19, 22.

Slide 17 - Tekstslide

Opdracht 18
  • Zoon:
  • Bah, bah, Titormos heeft Kastor al erg klappen gegeven en die/hij is op de grond gevallen. Kijk, nu wordt hij keer op keer getrapt. Hij beweegt zich nauwelijks. Hij lijkt wel een lijk (lett: hij schijnt aan mij gelijk aan een lijk). Ik wil niet zien dat hij gedood wordt, pappa; ik sluit mijn ogen dus.

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht 18
  • Vader
  • Open ze dan maar snel: want ik meen dat Titormos misleid wordt. Want Kastoor verdedigt zich goed tegen alle schoppen.
  • Zoon
  • Wat doet hij nu dan? Hij pakt verdorie bij Titormos zijn voet vast en trapt hem tegelijkertijd in zijn buik, en tegen zijn gezicht. Ontzettend, ik zie zijn tanden overal verspreid worden (= ik zie zijn tanden overal terecht komen).

Slide 19 - Tekstslide

Opdracht 18
  • Vader
  • Titormos steekt zijn hand al op: hij geeft dus de wedstrijd op. Omdat hij een mooie overwinning wint/ behaalt, wordt Kastoor erg vereerd door iedereen; want hoor eens de juichende toeschouwers. Je vindt het toch zeker wel leuk, dat wij hierheen zijn gekomen?
  • Zoon
  • Ja, heel erg (leuk): ook ik zelf wil een dappere sporter worden, zoals Kastoor.

Slide 20 - Tekstslide

Opdracht 19ab
  • a ὀργίζεσθαι: zijn boosheid blijkt uit het gebruik van de gebiedende wijs wanneer hij zegt ‘Hou op met slaan’ (r. 4) en ‘Kies een gelijke tegenstander’ (r.5 ) en natuurlijk ook uit wat hij zegt.
  • b οἰκτίζειν: zijn medelijden blijkt bijvoorbeeld uit het niet willen aanzien hoe Kastoor in elkaar wordt geslagen (r. 19). Of: zijn medelijden blijkt uit het gegeven dat hij het opneemt voor de ‘underdog’. Of: zijn medelijden blijkt uit het gebruik van Αἰαῖ (r. 1).

Slide 21 - Tekstslide

Opdracht 19c
  • c Vader weet dat Kastoor slim is, vaker zijn tegenstanders op het verkeerde been heeft gezet en daardoor toch ook nu een goede kans maakt op de overwinning.

Slide 22 - Tekstslide

Opdracht 22
  • a –

Slide 23 - Tekstslide

Opdracht 22
  • Ἀποκτεινόμενον De leerling vertaalt ‘dat hij dood is’. Het ptc medium moet hier passief vertaald worden en is praesens dus ‘dat hij wordt gedood’.
  • ➢ De leerling heeft λακτίζεται actief vertaald maar de vorm is medium. Een passieve vertaling past hier: hij wordt getrapt.
  • De leerling vertaalt κινεῖται passief, een medium vertaling is beter: hij beweegt zich.
  • De leerling vertaalt φαίνεταί actief maar de vorm is medium en heeft bij dit werkwoord dan een aparte betekenis: hij lijkt.
  • De fout van de leerling bij het vertalen van het ptc Ἀποκτεινόμενον is hierboven uitgelegd.
  • De leerling vertaalt de mediumvorm μύομαι niet echt als medium. De mediumvertaling ‘ik sluit me de ogen’ of: ’ik sluit ten behoeve van mezelf de ogen’ is niet zo gangbaar.
  • ➢ Eigen verwerking

Slide 24 - Tekstslide

Opdracht 22
  • Ἀποκτεινόμενον De leerling vertaalt ‘dat hij dood is’. Het ptc medium moet hier passief vertaald worden en is praesens dus ‘dat hij wordt gedood’.
  • De leerling heeft λακτίζεται actief vertaald maar de vorm is medium. Een passieve vertaling past hier: hij wordt getrapt.
  • De leerling vertaalt κινεῖται passief, een medium vertaling is beter: hij beweegt zich.
  • De leerling vertaalt φαίνεταί actief maar de vorm is medium en heeft bij dit werkwoord dan een aparte betekenis: hij lijkt.
  • De fout van de leerling bij het vertalen van het ptc Ἀποκτεινόμενον is hierboven uitgelegd.
  • De leerling vertaalt de mediumvorm μύομαι niet echt als medium. De mediumvertaling ‘ik sluit me de ogen’ of: ’ik sluit ten behoeve van mezelf de ogen’ is niet zo gangbaar.

Slide 25 - Tekstslide

Aan het werk.
  • Leer de grammatica t/m 32
  • Leer de woordjes t/m 32
  • Maak Hulpboek blz. 45, opdr. 18, 19, 22.
  • Lees Tekstboek blz. 124
  • Maak hulpboek blz. 46, opdr. 23. 24, 25.

Dit is ook huiswerk. 

Slide 26 - Tekstslide