§1.1 De Industriële Revolutie

§1.1 De Industriële Revolutie
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

§1.1 De Industriële Revolutie

Slide 1 - Tekstslide

De tien tijdvakken

Slide 2 - Tekstslide

Waar denk je aan
bij industrie?

Slide 3 - Woordweb

Vraag van deze les:

Waarom verdween huisnijverheid toen er fabrieken kwamen?

Slide 4 - Tekstslide

Begrippen bij deze les:

huisnijverheid
fabriek
industrialisatie

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Filmpje
Huisnijverheid

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Van handwerk naar machine
Tot 1800 werd bijna alles met huisnijverheid gemaakt
Vanaf 1800 werd steeds meer in fabrieken gemaakt, omdat dit door machines veel goedkoper was
Dit noemen we ook wel industrialisatie
Voorbeeld voor 1800
Aan het spinnewiel
Voorbeeld na 1800
Aan de machine

Slide 10 - Tekstslide

Steden
De meeste mensen woonden
Reizen gebeurde
De meeste mensen werkten
waren
[..............................]
werden
[..............................]
op het
[..............................]
in een
[..............................]
meestal
[..............................]
meer met de
[..............................]
in de [..............................]
in de
[..............................]
In 1800
In 1900
Plaats de woorden op de juiste plek in de tabel.
Denk logisch na.
klein
groot
platteland
stad
te voet
trein
landbouw
fabriek

Slide 11 - Sleepvraag

Aan de slag
Kijk goed naar de foto's op blz. 17 en 18 (bron 1 en 2)
en LEES blz. 18 

Maak daarna opdracht 1 t/m 4

Slide 12 - Tekstslide

Vraag van deze les:

Waarom verdween huisnijverheid toen er fabrieken kwamen?

ANTWOORD?

Slide 13 - Tekstslide

Huiswerk
Schrijf op in je agenda
Voor dinsdag: maken opdracht 1 t/m 4 van §1.1

Slide 14 - Tekstslide

Vraag van de vorige les:

Waarom verdween huisnijverheid toen er fabrieken kwamen?


Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Vraag van deze les:

Wat waren de vier oorzaken van de industrialisatie en wanneer begon deze in Nederland?

Slide 23 - Tekstslide

Oorzaken van industrialisatie
De industrialisatie begint in Groot-Brittannië rond 1750
Dit heeft vier belangrijke oorzaken:
Goedkope arbeiders
In de landbouw komen allemaal vernieuwingen. Hierdoor raken mensen daar hun baan kwijt en kunnen zij voor lage lonen in de fabrieken werken
Meer mensen, meer spullen
Door de grote bevolkingsgroei moeten er meer spullen voor de mensen gemaakt worden, zoals kleding
Uitvindingen
Britse uitvinders bedenken nieuwe machines waarmee zij sneller spullen kunnen maken
Grondstoffen
Britse ondernemers kunnen makkelijk aan grondstoffen komen: steenkool en ijzererts uit Groot-Brittannië en katoen uit de kolonies

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Telegraaf

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Door oorlogen was het geld van Nederland bijna op

Slide 30 - Tekstslide

Nederland industrialiseert laat 
  • Weinig geld door oorlogen
  • Weinig eigen grondstoffen (steenkool en ijzer) in Nederland
  • ondernemers nog tevreden met molens (wind en water)

Slide 31 - Tekstslide

Industrialisatie in Nederland
In Nederland begint de industrialisatie rond 1860

Veel nieuwe kanalen en spoorwegen aangelegd

1900: steenkoolmijnen in Zuid-Limburg 

Slide 32 - Tekstslide

Aan de slag
Opdracht 5 en 6

Slide 33 - Tekstslide

Herhaling

Noem een oorzaak van de industrialisatie in Groot-Brittannie

Slide 34 - Tekstslide

OORZAAK -> GEVOLG

Slide 35 - Tekstslide

Gevolgen 
industrialisatie
Mijnen en metaal
Mijnbouw en metaalindustrie worden heel belangrijk
Fabrieken
Huisnijverheid en kleine werkplaatsen worden vervangen door grote fabrieken
Nieuwe groepen
Twee groepen worden belangrijk: de ondernemers die de fabrieken bezitten en de arbeiders die er werken
Goedkoper
Machines kunnen producten veel sneller maken. Hierdoor wordt veel goedkoper
Vervuiling
De fabrieken stoten veel ongezonde stoffen uit die die slecht zijn voor het milieu
Verstedelijking
Bij mijnen en fabrieken ontstaan nieuwe steden, omdat mensen bij hun werk gaan wonen. Dit is verstedelijking

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Belangrijke vragen van deze paragraaf:



Waarom verdween de huisnijverheid?

Welke vier oorzaken had de industrialisatie in Groot-Brittannië?

Welke vier gevolgen had de industrialisatie?

Slide 44 - Tekstslide

Aan de slag
Maak opdracht 11 (Samenvatten)

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Tekstslide