BS 2: tien zintuigen van de mens

Waar liggen de zintuigcellen van het oog?
A
In de pupil
B
In de iris (gekleurde gedeelte)
C
In de achterkant van de oogbol
D
In de bovenkant van de oogbol
1 / 14
volgende
Slide 1: Quizvraag

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslide en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Waar liggen de zintuigcellen van het oog?
A
In de pupil
B
In de iris (gekleurde gedeelte)
C
In de achterkant van de oogbol
D
In de bovenkant van de oogbol

Slide 1 - Quizvraag

Slide 2 - Video

Slide 3 - Video

Slide 4 - Video

In je huid liggen meerdere zintuigen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Welke zintuigen liggen dieper in de huid? De tastzintuigen of de drukzintuigen?
A
Tastzintuigen
B
Drukzintuigen
C
Allebei even diep

Slide 6 - Quizvraag


Wanneer je verkouden bent en je neus verstopt zit, kun je voedsel smakeloos vinden. Waardoor komt dit?
A
Bij een verkoudheid worden geen impulsen vanuit de zintuigen naar de hersenen doorgegeven
B
Je smaakpapillen zijn niet meer actief bij een verkoudheid. Daardoor proef je niet meer goed.
C
Met een verstopte neus ruik je niet goed. Daardoor proef je bepaalde smaken niet meer.

Slide 7 - Quizvraag

Neus
Neusslijmvlies
Geurstoffen

Slide 8 - Sleepvraag

Reukzintuig
Neusslijmvlies
Neusholte
Geurstoffen

Slide 9 - Sleepvraag

Welke twee organen werken nauw met elkaar samen bij het proeven van eten en drinken?
A
Gezichtszintuig en reukzintuig
B
Reukzintuig en gehoorzintuig
C
Gehoorzintuig en smaakzintuig
D
Smaakzintuig en reukzintuig

Slide 10 - Quizvraag

Je pakt je koude fietsstuur vast.
Welke zintuigen reageren zodra je jouw koude fietsstuur vast pakt?
A
drukzintuig + koudezintuig
B
koudezintuig + warmtezintuig
C
tastzintuig + koudezintuig
D
warmtezintuig + drukzintuig

Slide 11 - Quizvraag

Welk(e) huidzintuig(en) is/zijn actief wanneer:
1. je onder de douche staat?
2. je per ongeluk in je vinger snijdt?
3. je met blote handen een sneeuwbal maakt?
Tastzintuig
Warmtezintuig
Pijnzintuig
Koudezintuig

Slide 12 - Sleepvraag

Slide 13 - Video

  9.3 Voelen, proeven en ruiken

Slide 14 - Tekstslide