2023 bvj thema voeding en vertering bs 5 De organen voor vertering

1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Link

Slide 6 - Link

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Link

Slide 17 - Tekstslide

Wat is de functie van speeksel?
A
Verteren van zetmeel
B
Bacteriën en ziekteverwekkers doden
C
Geeft smaak aan het eten
D
Verteren van eiwitten

Slide 18 - Quizvraag


Door kauwen wordt het oppervlak van het voedsel vergroot. Waarom?
A
Speeksel werkt beter in op het voedsel
B
Bacteriën vallen zo makkelijker in het zuur.
C
De dunne darm werkt beter
D
Dan werkt de dikke darm beter

Slide 19 - Quizvraag

Je tong duwt het voedsel in de slokdarm. Hoe wordt voorkomen dat het voedsel niet in je neusholte of luchtpijp terecht komt?
A
De huig sluit de luchtpijp af en het strotklepje de neusholte
B
De huig sluit de neusholte af en het strotklepje de luchtpijp
C

Slide 20 - Quizvraag

Hoe heet onderdeel A?
A
Maag
B
Luchtpijp
C
Slokdarm
D
Endeldarm

Slide 21 - Quizvraag


Het deel dat aangegeven wordt met letter P stelt een klier voor.
Wat is de naam van deze klier?

A
Alvleesklier
B
Galblaas
C
Dunne darmsap klier
D
Speekselklier

Slide 22 - Quizvraag

Waar staat onderdeel 3 voor
A
Maag
B
Dunne darm
C
12-vingerige darm
D
Endeldarm

Slide 23 - Quizvraag

1. Het maagportier is een kringspier die de maag afsluit
2. Darmplooien en darmvlokken zitten in de maagwand en vergroten het oppervlak
A
1 waar 2 nietwaar
B
1 niet waar 2 waar
C
Beide waar
D
Beide nietwaar

Slide 24 - Quizvraag

De alvleesklier wordt aangegeven met letter ...?
A
P
B
Q
C
R
D
S

Slide 25 - Quizvraag

De lever wordt aangegeven met letter...?
A
P
B
Q
C
R
D
S

Slide 26 - Quizvraag

Donny zegt: Gal is een enzym.
Ben zegt: Gal verteert vetten.
Wie heeft gelijk?
A
Donny
B
Ben
C
Allebei
D
Geen van beiden

Slide 27 - Quizvraag

Door micro-organismen afgebroken koolhydraten worden in het bloed opgenomen en naar de lever gevoerd.

Hoe heet het bloedvat waardoor deze stoffen vanuit het verteringsstelsel naar de lever worden gevoerd?

A
Darmader
B
Darmslagader
C
Poortader
D
Onderste holle ader

Slide 28 - Quizvraag

De maag van een koe bestaat uit verschillende delen. De overige delen van het verteringskanaal hebben dezelfde namen als bij de mens.

In de tekst staat dat methaan het verteringskanaal van de koe verlaat via boeren en winden.
Passeert dit gas dan de endeldarm? En passeert dit gas dan de slokdarm?

A
Alleen endeldarm
B
Alleen slokdarm
C
Beiden
D
Geen van beiden

Slide 29 - Quizvraag

Naast enzymen wordt er ook gal aan het voedsel toegevoegd.

In welk deel van het verteringskanaal wordt gal aan het voedsel toegevoegd?

A
Dunne Darm
B
Endeldarm
C
Maag
D
12-vingerige darm

Slide 30 - Quizvraag

Wat is de functie van dit orgaan in de spijsvertering?
A
Gal verwijderen
B
Gal maken
C
Gal opslaan
D
Gal verteren

Slide 31 - Quizvraag

Darmvlokken spelen een rol bij de opname van het grootste deel van de verteerde voedingsstoffen.
In welk deel van het verteringsstelsel bevinden zich darmvlokken?
A
In de slokdarm
B
In de maag
C
In de dunne darm
D
In de dikke darm

Slide 32 - Quizvraag

Veel koolsoorten bevatten vezels. Koolhydraten in die vezels worden door menselijke enzymen in het verteringskanaal niet verteerd. Bacteriën in het verteringskanaal breken deze onverteerbare koolhydraten wel af.

In welk deel van het verteringskanaal komen veel bacteriën voor die onverteerbare resten afbreken?

A
12-vingerige darm
B
Dunne darm
C
Dikke darm
D
Endeldarm

Slide 33 - Quizvraag

Hoe heet onderdeel 13?
A
Slokdarm
B
Poortader
C
Darmvlok
D
Endeldarm

Slide 34 - Quizvraag