Formatieve toets hoofdstuk 2 en 5 BuiteNLand havo 5

Bekijk de afbeelding. In de grafiek is met twee lijnen aangegeven waar op aarde de relatieve verweringssnelheid voor chemische en fysische verwering het grootst is. Welke lijn geeft de fysische of mechanische verwering weer?
A
de vetgedrukte lijn
B
de gestippelde lijn
1 / 22
volgende
Slide 1: Quizvraag
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Bekijk de afbeelding. In de grafiek is met twee lijnen aangegeven waar op aarde de relatieve verweringssnelheid voor chemische en fysische verwering het grootst is. Welke lijn geeft de fysische of mechanische verwering weer?
A
de vetgedrukte lijn
B
de gestippelde lijn

Slide 1 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bekijk de afbeelding. In de grafiek is met twee lijnen aangegeven waar op aarde de relatieve verweringssnelheid voor chemische en fysische verwering het grootst is. Welk klimaatgebied ligt op ongeveer 0° breedte en welk gebied ligt in de buurt van de 30° breedte?
A
op 0 graden tropische klimaten op 30 graden aride klimaten
B
op 0 graden aride klimaten op 30 graden tropische klimaten
C
op 0 graden tropische klimaten op 30 graden gematigde klimaten

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

2 beweringen:
1. Biologische verwering kan zowel mechanisch als chemisch zijn
2. In woestijngebieden overheerst de mechanische verwering
A
Beide beweringen zijn juist
B
Beide beweringen zijn onjuist
C
Bewering 1 is juist, 2 onjuist
D
Bewering 1 is onjuist, 2 juist

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

2 beweringen:
1. Een u-vormig dal is ontstaan door riviererosie
2. In berggebieden zul je in u-vormige dalen meer invloed van de mens zien op het landschap
A
Beide beweringen zijn juist
B
Beide beweringen zijn onjuist
C
Bewering 1 is juist, 2 onjuist
D
Bewering 1 is onjuist, 2 juist

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk begrip hoort niet in het rijtje thuis?
Slenk, Mid-oceanische rug, Plooiingsgebergte, Divergentie
A
Mid-oceanische rug
B
Plooiingsgebergte
C
Slenk
D
Divergentie

Slide 5 - Quizvraag

de overige horen bij divergente bewegingen

Geef van de plaattektonische situatie in Oost-Afrika aan
 welk type plaatbeweging daar plaatsvindt;
 welk type gebergte door deze beweging ontstaat;
 welk begrip van toepassing is op de landschapsvorm aangeduid met
de letters x en welk begrip van toepassing is op de landschapsvorm
aangeduid met de letter y in bijgevoegde bron

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De Dolomieten vormen een gebergte in Noord-Italië met toppen tot meer
dan 3.000 meter hoog. Het gesteente waaruit deze bergen zijn ontstaan is
gevormd uit koraalriffen.
Beschrijf de wijze waarop dit gesteente door plaattektoniek zo hoog is
komen te liggen.

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De Dolomieten maken deel uit van de Alpen. Er bestaat een relatie tussen
de exogene processen in de Alpen en het overheersende exogene proces
in de Povlakte ten zuiden van de Alpen.
Beschrijf deze relatie.

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij de evenaar valt in Afrika veel meer neerslag dan bij de
Kreeftskeerkring en de Steenbokskeerkring.
Leg het ontstaan van dit verschil in neerslag uit aan de hand van de
overheersende luchtdruk bij de evenaar en de overheersende luchtdruk bij
de keerkringen. Je uitleg moet een oorzaak-gevolgrelatie bevatten.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

2 beweringen:
1. De oceanische korst bestaat vooral uit graniet
2. De oceanische korst is veel zwaarder dan de continentale korst
A
Beide beweringen zijn juist
B
Beide beweringen zijn onjuist
C
Bewering 1 is juist, 2 onjuist
D
Bewering 1 is onjuist, 2 juist

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hieronder staan vier soorten gesteenten:
 basalt;  marmer;  graniet;  zandsteen.
Beredeneer in welk van deze gesteenten
het fossiel van de T-Rex (zie afgebeelde bron)
is gevonden.

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke antwoord geeft de juiste combinaties weer over het voorkomen van natuurrampen in de VS?
A
aardbevingen aan de oostkust tornado's in het midden hurricanes in het zuidoosten
B
aardbevingen aan de westkust tornado's in het zuidoosten hurricanes in het midden
C
aardbevingen aan de westkust tornado's in het midden hurricanes in het zuidoosten
D
aardbevingen aan de oostkust tornado's in het midden hurricanes in het zuidoosten

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

2 beweringen:
1. Het oog van een tornado kan wel 20 tot 30 km in doorsnee zijn
2. Een hurricane heeft meer kracht boven zee dan land omdat deze dan gevoed wordt door de snel stijgende waterdamp
A
Beide beweringen zijn juist
B
Beide beweringen zijn onjuist
C
Bewering 1 is juist, 2 onjuist
D
Bewering 1 is onjuist, 2 juist

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heten de blauwe
lijnen op de weerkaart?
A
isothermen
B
isolijnen
C
isobaren
D
hoogtelijnen

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke wind waait er volgens deze
weerkaart aan de westkust van Ierland?
Leg dit uit m.b.v. de wet van Buys Ballot.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke wind waait er volgens
deze bron tussen 0 en 30 graden NB?
A
een noordoostpassaat
B
een zuidwestmoesson
C
een zuidoostpassaat
D
een noordwestmoesson

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Op hoeveel graden breedte
ligt de ITCZ als je naar
deze bron kijkt?
A
90
B
60
C
30
D
0

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk klimaat van het klimaatsysteem van Köppen komt niet of nauwelijks voor op het Zuidelijk Halfrond?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

2 beweringen:
1. In de boreale zone groeit vooral naaldbos
2. Door klimaatverandering zal het toendraklimaat op het Noordelijk Halfrond naar het zuiden opschuiven

A
Beide beweringen zijn juist
B
Beide beweringen zijn onjuist
C
Bewering 1 is juist, 2 onjuist
D
Bewering 1 is onjuist, 2 juist

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In de Sahel, net ten zuiden van de Sahara, is de veehouderij een
belangrijk bestaansmiddel.
Leg uit dat de veehouderij in de Sahel bijdraagt aan verwoestijning.
Je uitleg moet een oorzaak-gevolgrelatie bevatten.

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

In het oosten van Afrika komen drie hoofdklimaten uit het systeem van
Köppen voor. Twee van deze hoofdklimaten zijn de A- en B-klimaten.
Geef aan  welk hoofdklimaat uit het systeem van Köppen nog meer voorkomt in Oost-Afrika;
 welk gebiedskenmerk ervoor zorgt dat dit klimaat voorkomt in
Oost-Afrika.

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem drie voorbeelden van landdegradatie en geef ook mogelijke oplossingen aan om dit te voorkomen in de toekomst

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies