1.2 Doel en publiek

Planning
  • Welkom
  • Mededelingen
  • Terugblik vorige les
  • Uitleg paragraaf 1.2 'Doel en publiek'
  • Aan de slag!
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Planning
  • Welkom
  • Mededelingen
  • Terugblik vorige les
  • Uitleg paragraaf 1.2 'Doel en publiek'
  • Aan de slag!

Slide 1 - Tekstslide

Leg uit wat de definitie van 'hoofdgedachte' is.

Slide 2 - Open vraag

Waar vind je meestal het onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

Wat is de hoofdgedachte van deze tekst?

Slide 5 - Open vraag

1.2 Doel en publiek
Teksten over hetzelfde onderwerp kunnen totaal verschillen. Het hangt er maar vanaf welk doel de schrijver met zijn tekst heeft en voor welk publiek hij de tekst schrijft. Neem bijvoorbeeld twee teksten over het onderwerp ‘bijbaantjes’. De eerste tekst komt uit een weekendbijlage bij de krant en geeft een overzicht van de meest voorkomende en populaire bijbaantjes. Het doel is een breed publiek over het onderwerp te informeren. De tweede tekst is een advertentie van een grote hotelketen op de site van Student.net. De tekst wil studenten overhalen een bijbaan in een van de hotels te nemen.

Als je het doel en het publiek van een tekst wilt weten, hoef je de tekst niet intensief te lezen. Als je een tekst globaal doorleest, weet je vaak al wat voor tekstsoort het is en kun je het hoofddoel aangeven.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Welke tekstvorm hoort bij het gegeven tekstdoel?
Overhalen
Amuseren
Uitleg geven
Informeren

Slide 11 - Sleepvraag

Nu maken en huiswerk
Paragraaf 1.1 Onderwerp en Hoofdgedachte opdracht 2, 3 en de examenopdracht afmaken (voor wie hier nog niet mee klaar is)

Paragraaf 1.2 Doel en publiek: Opdracht 1 t/m 3


Slide 12 - Tekstslide