Bv. De denotatie van het woord “hond” is een viervoetig zoogdier dat als huisdier wordt gehouden en tot de familie van de hondachtigen behoort.
Slide 15 - Tekstslide
Opdracht 3f, P. 110
Gevoelswaarde van woorden: belangrijk voor column!
Connotatie = emoties die bij woord verbonden zijn
Bv. De connotatie van het woord “wijf” is eerder negatief en wordt meer neerbuigend/als scheldwoord gebruikt.
Woorden met positieve connotatie = eufemisme
Woorden met negatieve connotatie = dysfemisme
Slide 16 - Tekstslide
Positieve connotatie (eufemisme)
Negatieve connotatie (dysfemisme)
Aangezicht
Smoel
Gehandicapt
Anders begaafd
Kotsen
Vreten
Tafelen
Vomeren
Poetsvrouw
Interieurverzorgster
Slide 17 - Sleepvraag
Slide 18 - Tekstslide
Opdracht 3f, p. 110
-Elke leerling een woord toegewezen
-Ga op zoek naar de denotatie van het woord
-Welke connotatie heeft het woord (positieve + negatieve? + uitleg)
Slide 19 - Tekstslide
Opdracht 3f, P. 110
-Reiziger: Dean, Julie, Mathis
-Toerist: San, Sebastian & Douwe
-Migrant: Leonardo & Nell
-Vluchteling: Laurens Warre B.
-Expat: Alexander, Christiano & Warre S
-Allochtoon: Shelsy & Zen
Slide 20 - Tekstslide
Geef de denotatie en connotatie van je toegewezen woord.
Slide 21 - Open vraag
Reiziger
-Denotatie: iemand die reist, oftewel zich van de ene plaats naar de andere verplaatst. Dit kan om verschillende redenen zijn, zoals toerisme, werk of avontuur.
-Eerder positieve connotatie: je bent in relaxmodus/ontspanning uit vrije wil
Slide 22 - Tekstslide
Toerist
Denotatie: iemand die voor zijn plezier of ontspanning reist en tijdelijk een andere plaats bezoekt. Dit kan gaan om vakanties, stadsbezoeken of andere recreatieve uitstapjes.
Zowel positieve als negatieve connotatie: je bent in relaxmodus/ontspanning uit vrije wil
MAAR: vaak gelinkt aan populaire bestemmingen/ massatoerisme
Slide 23 - Tekstslide
Migrant
Denotatie: iemand die verhuist van het ene land naar het andere, of binnen een land van de ene regio naar de andere. Het woord verwijst naar een persoon die zich verplaatst, zonder dat de reden van migratie wordt gespecificeerd.
Eerder neutrale connotatie: focus op het verlaten van een moederland en naar een ander land gaan
Slide 24 - Tekstslide
Vluchteling
Denotatie: elke persoon die zich buiten zijn land van herkomst bevindt, en vlucht omdat hij vreest voor vervolging vanwege zijn ras, zijn religie, zijn nationaliteit, het behoren tot een bepaalde sociale groep, of zijn politieke overtuiging.
Negatievere connotatie dan migrant
Beladen woord, vaak gelinkt aan negatieve elementen
Slide 25 - Tekstslide
Expat
Denotatie: mensen die voor job naar ander land trekken door financiële motivatie. Expats staan hoger op sociale ladder en worden vanwege hun specifieke opleiding, skills en ervaring gevraagd om in het buitenland te werken.
VS. Economische vluchtelingen: "niet uitgenodigd"
Eerder positieve connotatie: link je aan vrije keuze
Slide 26 - Tekstslide
Allochtoon
Denotatie: iemand van buitenlandse afkomst
Negatieve connotatie: focus op "vreemde", contrast met "autochtoon"
Slide 27 - Tekstslide
Inhoud
Uitleg column
Uitleg podcast
Uitleg schrijfopdracht
Slide 28 - Tekstslide
Podcast: definitie
=digitaal audioprogramma, vaak episodisch, dat via internet beschikbaar is om te beluisteren/ downloaden
--> richt zich op een breed scala aan onderwerpen
-->biedt luisteraars mogelijkheid om op eigen tijd/tempo te luisteren.
Slide 29 - Tekstslide
Podcast: kenmerken
1. Audiogedreven: focus op audio (af en toe video)
Slide 30 - Tekstslide
Podcast: kenmerken
2. Episodisch: meestal reeks afleveringen, bv. wekelijks of maandelijks
Slide 31 - Tekstslide
Podcast: kenmerken
3. Flexibele lengte: enkele minuten tot uren afhankelijk van doelgroep