AH2 Recap grammar theme 4

Grammar recap Theme 4
AH2
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Grammar recap Theme 4
AH2

Slide 1 - Tekstslide

Present perfect
Om te zeggen dat iets in het verleden is begonnen en nu nog aan de gang is...
te praten over ervaringen (in iemand zijn/haar leven)...
te zeggen dat iets in het verleden gebeurd is en effect heeft op het  nu.

Slide 2 - Tekstslide

How do we make the present perfect?

Slide 3 - Open vraag

Ethan ... ... (kennen) Sam for three years
A
has known
B
have known
C
has knowed
D
have knowed

Slide 4 - Quizvraag

....... her for three years.
A
I didn't see
B
I haven't seen

Slide 5 - Quizvraag


A
past simple
B
present simple
C
present perfect

Slide 6 - Quizvraag

Noem de signaal woorden
Present perfect
(niet de afkorting)

Slide 7 - Woordweb

Used to
Je gebruikt used to + het hele werkwoord om te zeggen dat iets in het verleden regelmatig gebeurde (een gewoonte was), maar nu niet meer.

Slide 8 - Tekstslide

Turn this sentence into a Used to sentence ->
John is a vegetarian.

Slide 9 - Open vraag

Make a short sentence using 'Used to'.

Slide 10 - Open vraag

The future
You can make the future with will and going to

Slide 11 - Tekstslide

Will+verb    or 
To Be + Going to+verb

Slide 12 - Tekstslide

Going to and will

Slide 13 - Tekstslide

WILL or SHALL
Shall: 
Vragen met I/we

Shall I help you?
Shall we dance?

Slide 14 - Tekstslide

(Shall / will) I buy the tickets?
A
Shall
B
will

Slide 15 - Quizvraag

You .......... the laser gun.
A
won't using
B
won't uses
C
won't use

Slide 16 - Quizvraag

Oh no! She - fall off her bike!
A
will
B
is going to

Slide 17 - Quizvraag

I think we - win the match tomorrow
A
will
B
are going to

Slide 18 - Quizvraag

- call you tomorrow?
A
Will I
B
Am I going to
C
Shall I

Slide 19 - Quizvraag


to be going to or will:
We________ (fly) to Rome in May. We've bought tickets.

Slide 20 - Open vraag

to be going to or will:
I am tired. ______(cook,you)dinner tonight?

Slide 21 - Open vraag

Vat in eigen woorden samen. Wanneer gebruik je 'going to' en wanneer 'will'?

Slide 22 - Open vraag

Still questions about grammar theme 4?

Switch on your microphone and ask.
Or type it in the chat.

Slide 23 - Tekstslide