4 Voorkennis/ Procenten

k2c - Wiskunde
  • Introductie H4 'Procenten'
  • Aan de slag!
Naar Lessonup!!
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

k2c - Wiskunde
  • Introductie H4 'Procenten'
  • Aan de slag!
Naar Lessonup!!

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
Je kunt procenten, decimale getallen en breuken
die bij elkaar horen aan elkaar koppelen.

Je kunt percentages berekenen met behulp van 
een procententabel.
Je kunt dit ook bij een verhaaltjessom.

H4: Statistiek

VK: Procenten
4.1: Toename en afname in procenten
4.2: Beeldiagram en staafdiagram
4.3: Lijndiagram en cirkeldiagram
4.4: Turftabel, histogram en steelbladdiagram
4.5: Centrummaten

Slide 3 - Tekstslide

Welke is een decimaal getal?
A
12,5%
B
43
C
0,8
D
0,8%

Slide 4 - Quizvraag

Welke horen bij elkaar?
10%
25%
50%
100%
66,7%
1
2/3
0,1
1/2
1/4

Slide 5 - Sleepvraag

Voorkennis H4: Procenten
De breuk         betekent eigenlijk 1 : 10. 
Als je dat schrijft als decimaal getal krijg je 0,1. 
De breuk is precies hetzelfde als het decimale getal, maar het is een andere manier om het op te schrijven.
101

Slide 6 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten
De breuk         en het decimale getal 0,1 zijn hetzelfde. 
Er hoort ook een percentage bij.
Het woord procent betekent per honderd of van de honderd.
1% is dus één van de honderd ofwel een honderdste deel. 
101

Slide 7 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten
De breuk          en het decimale getal 0,1 zijn hetzelfde. 
Er hoort ook een percentage bij.
Het woord procent betekent per honderd. 
1% is dus één van de honderd ofwel een honderdste deel. 

1% =          ,  dus 10% =                           
1001
10010=101
101

Slide 8 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten
In de dierenwinkel zijn 40 konijnen. De eigenaar zegt: "70% van de konijnen zijn wit."
30 konijnen zijn helemaal wit, de rest heeft een andere kleur. Heeft de eigenaar gelijk?

Slide 9 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten
In de dierenwinkel zijn 40 konijnen. De eigenaar zegt: "70% van de konijnen zijn wit."
30 konijnen zijn helemaal wit, de rest heeft een andere kleur. Heeft de eigenaar gelijk?
Bij dit soort sommen gebruiken we een procententabel.

Slide 10 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten
In de dierenwinkel zijn 40 konijnen. De eigenaar zegt: "70% van de konijnen zijn wit."
30 konijnen zijn helemaal wit, de rest heeft een andere kleur. Heeft de eigenaar gelijk?
Bij dit soort sommen gebruiken we een procententabel.

Slide 11 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten
In de dierenwinkel zijn 40 konijnen. De eigenaar zegt: "70% van de konijnen zijn wit."
30 konijnen zijn helemaal wit, de rest heeft een andere kleur. Heeft de eigenaar gelijk?
Bij dit soort sommen gebruiken we een procententabel.
aantal konijnen
Konijnen

Slide 12 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten
In de dierenwinkel zijn 40 konijnen. De eigenaar zegt: "70% van de konijnen zijn wit."
30 konijnen zijn helemaal wit, de rest heeft een andere kleur. Heeft de eigenaar gelijk?
Bij dit soort sommen gebruiken we een procententabel.
aantal konijnen
40
Konijnen

Slide 13 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten
In de dierenwinkel zijn 40 konijnen. De eigenaar zegt: "70% van de konijnen zijn wit."
30 konijnen zijn helemaal wit, de rest heeft een andere kleur. Heeft de eigenaar gelijk?
Bij dit soort sommen gebruiken we een procententabel.
aantal konijnen
40
30
Konijnen

Slide 14 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten
In de dierenwinkel zijn 40 konijnen. De eigenaar zegt: "70% van de konijnen zijn wit."
30 konijnen zijn helemaal wit, de rest heeft een andere kleur. Heeft de eigenaar gelijk?
Bij dit soort sommen gebruiken we een procententabel.
aantal konijnen
40
30
?
Konijnen

Slide 15 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten
In de dierenwinkel zijn 40 konijnen. De eigenaar zegt: "70% van de konijnen zijn wit."
30 konijnen zijn helemaal wit, de rest heeft een andere kleur. Heeft de eigenaar gelijk?
Bij dit soort sommen gebruiken we een procententabel.
aantal konijnen
40
30
?
1
x
Konijnen

Slide 16 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten
In de dierenwinkel zijn 40 konijnen. De eigenaar zegt: "70% van de konijnen zijn wit."
30 konijnen zijn helemaal wit, de rest heeft een andere kleur. Heeft de eigenaar gelijk?
Bij dit soort sommen gebruiken we een procententabel.
aantal konijnen
40
30
?
1
x
Konijnen
: 40
: 40
: 40

Slide 17 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten
In de dierenwinkel zijn 40 konijnen. De eigenaar zegt: "70% van de konijnen zijn wit."
30 konijnen zijn helemaal wit, de rest heeft een andere kleur. Heeft de eigenaar gelijk?
Bij dit soort sommen gebruiken we een procententabel.
aantal konijnen
40
30
?
1
x
Konijnen
: 40
: 40
X 30
X 30

Slide 18 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten
In de dierenwinkel zijn 40 konijnen. De eigenaar zegt: "70% van de konijnen zijn wit."
30 konijnen zijn helemaal wit, de rest heeft een andere kleur. Heeft de eigenaar gelijk?
Bij dit soort sommen gebruiken we een procententabel.
                                                                                       100 : 40 × 30 = 75.
                                                                                       
                                                                                     
                                     
aantal konijnen
40
30
?
1
x
Konijnen
: 40
X 30
: 40
X 30

Slide 19 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten
In de dierenwinkel zijn 40 konijnen. De eigenaar zegt: "70% van de konijnen zijn wit."
30 konijnen zijn helemaal wit, de rest heeft een andere kleur. Heeft de eigenaar gelijk?
Bij dit soort sommen gebruiken we een procententabel.
                                                                                       100 : 40 × 30 = 75.
                                                                                       Dus, 75% van de konijnen is wit.
                                                                                     
                                     
aantal konijnen
40
30
?
1
x
Konijnen
: 40
X 30
: 40
X 30

Slide 20 - Tekstslide

Voorkennis H4: Procenten
In de dierenwinkel zijn 40 konijnen. De eigenaar zegt: "70% van de konijnen zijn wit."
30 konijnen zijn helemaal wit, de rest heeft een andere kleur. Heeft de eigenaar gelijk?
Bij dit soort sommen gebruiken we een procententabel.
                                                                                       100 : 40 × 30 = 75.
                                                                                       Dus, 75% van de konijnen is wit.
                                                                                       De eigenaar heeft geen gelijk.
                                     
aantal konijnen
40
30
?
1
x
Konijnen
: 40
X 30
: 40
X 30

Slide 21 - Tekstslide

Wiskunde - Aan de slag!
rood = Iedereen is stil
  

oranje = Je mag met elkaar fluisterend 
overleggen 


groen = Je mag tijdens het werken met elkaar praten
4 'Voorkennis'

Maken:
opdr. V1 t/m V8 (blz. 126 & 127)


timer
10:00
Klaar?
  • NAKIJKEN!
  • Maken U4 & U5

Slide 22 - Tekstslide