Argumenteren vwo 5

Schrijf zoveel mogelijk (signaal)woorden op waaraan je een standpunt kunt herkennen.
1 / 25
volgende
Slide 1: Woordweb
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Schrijf zoveel mogelijk (signaal)woorden op waaraan je een standpunt kunt herkennen.

Slide 1 - Woordweb

Schrijf zoveel mogelijk (signaal)woorden op waaraan je een argument kunt herkennen.

Slide 2 - Woordweb

Wat is hier het standpunt? "De Japanners zullen wel doodsbenauwd zijn sinds de Noord-Koreanen enkele raketten over Japan hebben laten vliegen."

Slide 3 - Open vraag

Wat is hier het argument? "Aangezien scooterberijders een helm moeten dragen, lijkt het me niet meer dan logisch dan mensen die op een e-bike rijden, dat ook moeten."

Slide 4 - Open vraag

Wat voor soort standpunt is dit? "Ik vind het een goed idee dat Nederland minder aardgas gaat gebruiken."
A
Een positief standpunt
B
Een negatief standpunt
C
Een standpunt van twijfel

Slide 5 - Quizvraag

Wat voor soort standpunt is dit? "Ik ben er nog niet uit of het slim is dat Nederland minder aardgas gaat gebruiken.​"
A
Een positief standpunt
B
Een negatief standpunt
C
Een standpunt van twijfel

Slide 6 - Quizvraag


A
Enkelvoudige argumentatie
B
Onderschikkende argumentatie
C
Nevenschikkende argumentatie met afhankelijke argumenten
D
Nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke argumenten

Slide 7 - Quizvraag


A
Enkelvoudige argumentatie
B
Onderschikkende argumentatie
C
Nevenschikkende argumentatie met afhankelijke argumenten
D
Nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke argumenten

Slide 8 - Quizvraag


A
Enkelvoudige argumentatie
B
Onderschikkende argumentatie
C
Nevenschikkende argumentatie met afhankelijke argumenten
D
Nevenschikkende argumentatie met onafhankelijke argumenten

Slide 9 - Quizvraag

Hoe ziet dat eruit in een tekst?

Slide 10 - Tekstslide

Soorten argumentatie
  1. Oorzaak en gevolg
  2. Kenmerk of eigenschap
  3. Voor- en nadelen
  4. Voorbeelden
  5. Vergelijking
  6. Autoriteit

Slide 11 - Tekstslide

Wat voor soort argumentatie is dit? "Dictatoriale leiders zijn het niet gewend om kritisch bejegend te worden. Geen wonder dat Kim Jong-un veel moeite heeft met kritiek die hij in het buitenland krijgt."
A
Oorzaak en gevolg
B
Kenmerk of eigenschap
C
Vergelijking
D
Autoriteit

Slide 12 - Quizvraag

Wat voor soort argumentatie is dit? "Zijn arbeidsethos is volgens mij niet zo hoog. Zo heeft hij zich gisteren ziekgemeld en met het bedrijfsuitje ging hij ook al niet mee."
A
Voorbeelden
B
Kenmerk of eigenschap
C
Voor- en nadelen
D
Vergelijking

Slide 13 - Quizvraag

Wat voor soort argumentatie is dit? "Mikael zal wel wat contactgestoorde trekjes hebben. Hij is immers alleen door zijn moeder op een zo goed als verlaten eiland opgevoed."
A
Autoriteit
B
Kenmerk of eigenschap
C
Voor- en nadelen
D
Oorzaak en gevolg

Slide 14 - Quizvraag

Vind je dit moeilijk? Maak dan de opdrachten die op Magister staan.

Slide 15 - Tekstslide

De titel van de tekst die we gaan lezen is: "Waarom je niet naar het WK in Qatar moet kijken". Wat weet je al over dit onderwerp?

Slide 16 - Open vraag

In hoeverre ben jij het eens met de schrijvers van dit artikel?
-1100

Slide 17 - Poll

Je krijgt de tekst van mij. Bekijk de tekst globaal. Uit welke alinea('s) bestaat de inleiding? En het slot?

Slide 18 - Open vraag

Lees nu de tekst precies en in stilte
  • Markeer signaalwoorden
  • Markeer kernzinnen
  • Zoek moeilijke woorden op (of vraag aan mij)
  • Schrijf het (belangrijkste) tekstdoel op
  • Markeer de hoofdgedachte of schrijf in eigen woorden
  • Klaar? lees de tekst nog een keer
timer
10:00

Slide 19 - Tekstslide

Wat is het standpunt (hoofdgedachte) van de schrijvers in deze tekst?

Slide 20 - Open vraag

Onderstreep nu de argumenten bij het standpunt ("Voetballiefhebbers moeten het WK in Qatar boycotten")
timer
5:00

Slide 21 - Tekstslide

Welke argumentatie kun je herkennen in alinea 2 en 3?
A
Argumentatie op basis van autoriteit
B
Argumentatie op basis van vergelijking
C
Argumentatie op basis van voorbeelden
D
Argumentatie op basis van oorzaak en gevolg

Slide 22 - Quizvraag

In welke alinea('s) worden tegenargumenten genoemd en weerlegd?

Slide 23 - Open vraag

In hoeverre ben jij het eens met de schrijvers van dit artikel?
0100

Slide 24 - Poll

Wat vond je van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll