Proteïnesynthese 6 GWW

1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieSecundair onderwijs

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

genexpressie

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

proteïnesynthese

Slide 8 - Woordweb

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Link

Slide 12 - Link

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link

Slide 15 - Link

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Link

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Link

Slide 27 - Video

Slide 28 - Tekstslide

Waar in de cel vindt de transcriptie plaats?
A
in de celkern
B
in het cytoplasma
C
in de ribosomen
D
in het endoplasmatisch reticulum

Slide 29 - Quizvraag

Wat is het doel van de transcriptie?
A
DNA vertalen
B
DNA omzetten naar mRNA
C
DNA omzetten naar tRNA
D
proteïnen maken

Slide 30 - Quizvraag

Bij splicing worden de ... verwijderd omdat ze niet coderen voor een eiwit
A
introns
B
exons

Slide 31 - Quizvraag

Waar vindt de translatie plaats?
A
in de celkern
B
in het cytoplasma
C
in de ribosomen
D
in het endoplasmatisch reticulum

Slide 32 - Quizvraag

Wat is het doel van de translatie?
A
DNA omzetten naar mRNA
B
polypeptideketen maken op basis van het mRNA
C
DNA omzetten naar tRNa
D
proteïne maken

Slide 33 - Quizvraag

Een anticodon is een basentriplet
A
in DNA mRNA en tRNA
B
alleen in tRNA
C
alleen in mRNA
D
alleen in DNA

Slide 34 - Quizvraag

Een mRNA-molecule heeft als codon AUG. Welke basesequentie in het DNA codeert voor het aminozuur?
A
UAC
B
TAG
C
ATG
D
TTC

Slide 35 - Quizvraag

Ook al zijn er voldoende noodzakelijke moleculen, het translatie proces zal stoppen omdat:
A
Er een losmakingsfactor bindt op het ribosoom
B
De opbouw van de polypeptide stilvalt
C
Een polypeptide zich opvouwt tot een proteïne
D
Er een stopcodon voorkomt op het mRNA

Slide 36 - Quizvraag

Slide 37 - Tekstslide