Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Les 4 Unité 2
Bonjour et bienvenue!
Comment ça va?
C'est quelle date aujourd'hui?
1 / 22
volgende
Slide 1:
Tekstslide
In deze les zitten
22 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Bonjour et bienvenue!
Comment ça va?
C'est quelle date aujourd'hui?
Slide 1 - Tekstslide
Le programme d'aujourd'hui:
1. Questions?
2. Herhalen getallen en mini SO apprendre 1
3. Doornemen apprendre 3, les verbes être et avoir
4. faire ex. 8
5. Évaluation
6.
Les devoirs:
Apprendre 3 et faire ex. 8
Slide 2 - Tekstslide
Le but du cours:
Objectif du cours:
Pouvoir utiliser les verbes irréguliers: être = zijn et avoir = hebben
Slide 3 - Tekstslide
Mini SO apprendre 1:
1. maman 8. de familie
2. l'oncle 9. het kind
3. le père 10. de dochter
4. le fils
5. les parents
6. de moeder
7. de zus
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Etre (zijn)
Je
suis
Tu
es
Il, elle, on
est
nous
sommes
vous
êtes
ils, elles
sont
Avoir (hebben)
J'
ai
Tu
as
Il, elle, on
a
nous
avons
vous
avez
ils, elles
ont
timer
1:00
Slide 6 - Tekstslide
être of avoir?
Tu es
A
être
B
avoir
Slide 7 - Quizvraag
être of avoir?
On a
A
être
B
avoir
Slide 8 - Quizvraag
elles (avoir)
A
vont
B
sont
C
ont
D
font
Slide 9 - Quizvraag
nous (avoir)
A
sommes
B
êtes
C
avez
D
avons
Slide 10 - Quizvraag
elle (avoir)
A
vont
B
sont
C
ont
D
a
Slide 11 - Quizvraag
ils (avoir)
A
ont
B
avoir
C
sont
D
a
Slide 12 - Quizvraag
Vous (être)
A
êtes
B
avez
C
ont
D
est
Slide 13 - Quizvraag
Tu (être)
A
as
B
est
C
es
D
sont
Slide 14 - Quizvraag
Elles (être)
A
suis
B
être
C
sont
D
est
Slide 15 - Quizvraag
Marie et Pierre (être)
A
est
B
sont
C
ont
D
sommes
Slide 16 - Quizvraag
A. optreden
B. ontdekt worden
C. zin hebben om te
A. zij heeft
B. zij zijn
C. jij/je hebt
D. wij/we zijn
E. jij / je bent
F. wij hebben
1. nous avons
2. tu es
3. ils sont
4. tu as
5. nous sommes
6. elle a
Slide 17 - Sleepvraag
A. optreden
B. ontdekt worden
C. zin hebben om te
A. u heeft
B. zij zijn
C. ik ben
D. men is / wij hebben
E. ik heb
F. jullie zijn
1. vous avez
2. j' ai
3. elles sont
4. je suis
5. on est
6. vous êtes
Slide 18 - Sleepvraag
Slide 19 - Video
Et maintenant: ....
Bekijken apprendre 3
faire ex. 8
Slide 20 - Tekstslide
Hoe goed ken je het werkwoord être (zijn) en avoir (hebben)?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 21 - Poll
Les devoirs:
Apprendre 3 et faire ex. 8
Slide 22 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
La semaine 44 Unité 2, 2.2
Oktober 2021
- Les met
34 slides
Frans
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
Frans chapitre 3 - week 10 - les 1: herh. avoir
Oktober 2021
- Les met
19 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
H1 - Avoir & Etre
September 2021
- Les met
31 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Herhaling Avoir & Etre
Oktober 2023
- Les met
29 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
avoir-être getallen 0-20
December 2020
- Les met
39 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
H1 - Avoir & Etre
Augustus 2024
- Les met
34 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Chapitre 5 les 3
Maart 2020
- Les met
21 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
U.2 / avoir-être V1
November 2020
- Les met
23 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1