Observeren en Ziektebeeld uitwerken

Inventariseren Zorgbehoefte
DVP23A4
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Inventariseren Zorgbehoefte
DVP23A4

Slide 1 - Tekstslide

Afronding beroepsopdracht
  • Je hebt van 1 cliënt een zorg- of ondersteuningsvraag geformuleerd aan de hand van diverse bronnen (minimaal 3 bronnen ingezet waarvan 1 het observatieverslag is).
  • Maak een afspraak met je werkbegeleider en onderbouw de verkregen informatie in een gesprek.
  • Je kunt aantonen dat je minimaal 3 bronnen (waarvan 1 het observatieverslag is) hebt ingezet om de zorg- of ondersteuningsvraag van 1 cliënt te onderzoeken;
  • Je kunt onderbouwen hoe je actief relevante informatie over de zorgvrager hebt verzameld door observatie en vanuit diverse bronnen;
Je kunt onderbouwen hoe je belangstelling en betrokkenheid bij de zorgvrager en naastbetrokkenen hebt getoond;
Je kunt onderbouwen hoe je bij de zorgvrager en naastbetrokkenen een duidelijk beeld hebt gekregen van de situatie, mogelijkheden, beperkingen, wensen en verwachtingen;
Je kunt onderbouwen welke gegevens relevant zijn voor de zorg- of ondersteuningsvraag.

Slide 2 - Tekstslide

4 Deelopdrachten
Deelopdracht 1    Zorgvrager in kaart brengen
Deelopdracht 2   Maak een observatieverslag
Deelopdracht 3   Ziektebeeld in kaart brengen
Afrondende opdracht

Slide 3 - Tekstslide

Planning lessen
11-09  Welke bronnen zijn er om zorg- of ondersteuningsbehoefte van de zorgvrager in kaart te brengen?
18-09   Methodische cyclus
25-09  Observatieplan/Werken met een levensboek/verhaal
02-10   Observeren en signaleren
10-10   Observatieplan maken (doel, methoden)
Hoe schrijf je een observatieverslag?
Hoe werk je een ziektebeeld of problematiek uit?
Hoe formuleer ik een zorg- of ondersteuningsvraag?



Week 3: Observeren

Week 4: Rapporteren (Levensboek)

Week 5: Uitwerken ziektebeeld en doelen opstellen

Week 6: Bespreking voortgang eindopdracht


Slide 4 - Tekstslide

Wat is observeren?
A
Het toekennen van een betekenis aan iemands gevoelens of gedachten.
B
Alles waarop je teruggrijpt bij de bepaling van je huidige denken, doen en laten.
C
Doelgericht en bewust waarnemen om bepaalde gegevens te verkrijgen.

Slide 5 - Quizvraag

Wat is waarnemen?
A
Je gedachten die je hebt
B
Wat je ervaart dmv je zintuigen

Slide 6 - Quizvraag

wat is objectieve waarneming?
A
De ervaring van de patiënt
B
dat wat niet gebaseerd is op feiten
C
Het oordeel van de hulpverlener
D
dat wat gebaseerd is op feiten

Slide 7 - Quizvraag

Wat is subjectief waarnemen?
A
je persoonlijke waarneming
B
je waarneming gebaseerd op feiten
C
interpreteren
D
rapporteren

Slide 8 - Quizvraag

Interpreteren is:
A
Waarnemen van gedrag
B
observeren van gedrag
C
objectief weergeven van gedrag
D
Betekenis geven aan het waargenomen gedrag

Slide 9 - Quizvraag

Interpreteren is:
A
Waarnemen van gedrag
B
observeren van gedrag
C
objectief weergeven van gedrag
D
Betekenis geven aan het waargenomen gedrag

Slide 10 - Quizvraag

Deelopdrachten 24-10 af

Slide 11 - Tekstslide

Filmpje
Zie jij hoe vaak de mensen met het witte t-shirt de bal overgooien?

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Tekenoefening observeren en instrueren
  • Maak 2 tallen A en B
  • Zit met de rug tegen elkaar
  • A maakt een simpele tekening bv. ...
  • A intstrueert B zodanig dat op B's vel dezelfde tekening komt te staan, Niet zeggen; teken een huisje

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

Deelopdracht 3
Ziektebeeld uitwerken volgens de Rode Loper (zie mail)
Je hebt specifieke kennis nodig over het ziektebeeld van de com zorgvrager om passende zorg en begeleiding te bieden. Daarvoor heb je kennis nodig over het ziektebeeld en moet je weten met welke professionals je kan samenwerken om de zorg en begeleiding vorm te geven.

Beschrijf van de gekozen zorgvrager:
  • Het ziektebeeld/ de problematiek:
  • Symptomen/klachten
  • Waarneembaar gedrag
  • Minimaal 2 hulp- of ondersteuningsvragen die voortkomen uit het ziektebeeld/ de problematiek.
  • Welke disciplines bij de zorgvrager betrokken zijn en wat hun taak is.
 



Slide 16 - Tekstslide